Installatie
Oven inbouwen
Gebruik de oven enkel wanneer deze
is ingebouwd. Enkel dan is veilig ge-
bruik gegarandeerd.
Voor een correcte werking van de
oven moet voldoende koellucht wor-
den aangevoerd. Andere warmte-
bronnen (zoals een open haard) mo-
gen de benodigde koellucht niet te
veel verwarmen.
Let bij de inbouw zeker op het vol-
gende:
De tussenbodem waarop de oven
wordt geplaatst, mag niet op de
wand aansluiten.
Monteer geen warmtewerende lijsten
aan de zijwanden van de keuken-
kast.
Sluit de oven aan op het elektriciteits-
net.
De deur kan beschadigd raken als u
de deurgreep gebruikt om de oven te
verplaatsen.
Gebruik voor het dragen van de
oven, de grepen aan de zijkant van
het toestel.
Voordat u het toestel inbouwt, is het
verstandig eerst de deur te verwij-
deren (zie 'Reiniging en onderhoud",
paragraaf "Deur verwijderen") en de
accessoires uit de oven te halen. De
oven is dan lichter zo kunt u niet per
ongeluk de handgreep van de deur
gebruiken om de oven op te tillen.
Schuif de oven in de keukenkast en
stel hem bij.
80
Open de deur als u ze niet hebt ver-
wijderd.
Bevestig de oven met de bijgeleverde
schroeven aan de zijwanden van de
kast.
Plaats zo nodig de deur weer terug
(zie "Reiniging en onderhoud", para-
graaf "Deur terugplaatsen").