4. Schuif de interfacekaart in de sleuf en druk de kaart stevig
vast. Draai vervolgens de schroeven vast zoals hieronder
wordt weergegeven.
5. Sluit het netsnoer van de printer aan op het stopcontact.
6. Zet de printer aan.
7. Druk een statusvel af om te controleren of het optionele
onderdeel correct is geïnstalleerd. Zie "Statusvel afdrukken"
op pagina 210 voor meer informatie.
Optionele onderdelen installeren
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
6
209