5. FLITS BRACKETING FUNCTIE TOEGEVOEGD
Bij een flits bracketing serie wordt alleen de intensiteit van het flitslicht gevarieerd. De instellingen voor de
belichting van de achtergrond blijven ongewijzigd.
De bracketing serie loopt als volgt: 'neutraal'
'onderblichting'
'overbelicht'.
Roep het menu op met de Menu
toets, selecteer [Photo Script]
[Flash Bracketing], en druk op de
Edit functietoets.
Selecteer de gewenste variatie in
flitsintensiteit en druk op de Select
functietoets.
Wacht totdat de flitser is geladen,
druk dan op de ontspanknop om de
opname te maken.
Herhaal stap 3 twee maal.
• Deze functie werkt anders dan de gewone bracketing
(zie blz. 56 van de gebruiksaanwijzing). Hier moet de
ontspanknop driemaal worden ingedrukt.
• De cijfers op de balk geven aan of de volgende
opname de eerste, de tweede of de derde van de
bracketing serie is.
• Gebruik flits bracketing alleen wanneer het BUSY
lampje uit is. Flits bracketing zal niet goed werken
wanneer u begint te fotograferen wanneer het BUSY
lampje aan is (knippert).
5