Gebruiksaanwijzing
De brandstoftank vullen
GEVAAR
Benzine is uitermate ontvlambaar en explosief.
Brand of explosie van benzine kan brandwonden
veroorzaken.
• Om te voorkomen dat een statische lading de
benzine tot ontbranding kan brengen, moet
u het benzinevat en/of de machine voordat u
de tank vult op de grond plaatsen, niet op een
voertuig of een ander object.
• Vul de brandstoftank in de open lucht wanneer
de motor koud is. Neem gemorste benzine op.
• Rook niet als u omgaat met benzine, en houd
benzine uit de buurt van open vuur of brandstof.
• Bewaar benzine in een goedgekeurd benzinevat
en buiten bereik van kinderen.
Vul de brandstoftank met verse loodvrije, normale
benzine met een octaangetal van ongeveer 87 van een
bekend merk (Figuur 9).
Belangrijk: Gebruik geen brandstof met meer
dan 10 % ethanol. Gebruik van alternatieve
brandstoffen met een hoog alcoholgehalte kunnen
startproblemen, slechte motorprestaties en interne
motorschade veroorzaken.
Belangrijk: Om startproblemen bij het volgende
seizoen te verminderen, moet u het hele seizoen een
stabilizer toevoegen aan de benzine. Gebruik nooit
benzine die ouder is dan 30 dagen.
g017531
1. Brandstoftankdop
Figuur 9
Het motoroliepeil controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
1. Plaats de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Verwijder de peilstok en veeg deze af met een schone
doek.
3. Steek de peilstok in de vulbuis maar schroef deze
niet vast.
4. Haal de peilstok eruit en controleer het oliepeil.
5. Raadpleeg Figuur 10 om het juiste oliepeil op de
peilstok te bepalen.
1. Oliepeil maximaal.
2. Oliepeil te hoog: tap olie
af uit het carter.
6. Giet als het oliepeil te laag is langzaam olie in de
vulbuis. Wacht 3 minuten en controleer het oliepeil
met de peilstok door de peilstok schoon te vegen
en in de vulbuis te steken zonder deze vast te
schroeven.
Opmerking: Maximaal vullen: 0,59 l, SAE 10W-30
reinigingsolie, met onderhoudsclassificatie SF, SG,
SH, SJ, SL van het American Petroleum Institute
(API) of hoger.
Opmerking: Vul het carter van de motor met
olie tot u een correct oliepeil afleest op de peilstok
zoals getoond in Figuur 10. Als u te veel olie in de
motor hebt gedaan, moet u dit aftappen zoals wordt
uitgelegd onder De motorolie verversen.
1
7. Plaats de peilstok terug en draai deze goed vast.
Belangrijk: Ververs de motorolie na de eerste 5
bedrijfsuren ; daarna moet dit elk jaar gebeuren.
Zie De motorolie verversen.
9
g017530
Figuur 10
3. Oliepeil te laag: vul olie bij.