8. Plaats de peilstok terug en draai deze goed vast.
9. Geef de oude olie af bij een erkend inzamelpunt.
Onderhoud van de bougie
Onderhoudsinterval: Om de 100 bedrijfsuren
Controleer de bougie om de 100 bedrijfsuren. Gebruik
een Champion RN9YCbougie of een bougie van een
equivalent type.
1. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende
onderdelen tot stilstand gekomen zijn.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
3. Maak de omgeving van de bougie schoon.
4. Haal de bougie uit de cilinderkop.
Belangrijk: Als de bougie gebarsten of vuil
is, moet deze worden vervangen. U mag de
elektroden niet reinigen omdat hierdoor gruis in
de cilinder terecht kan komen. Dit leidt meestal
tot beschadiging van de motor.
5. Stel de elektrodenafstand in op 0,76 mm (Figuur 18).
1. Centrale elektrode met isolator
2. Massa-elektrode
3. Elektrodenafstand (niet op schaal weergegeven)
g017530
Figuur 17
Figuur 18
6. Plaats de bougie en de pakkingafdichting.
7. Draai de bougie vast met een torsie van 20 Nm.
8. Sluit de bougiekabel aan op de bougie.
De nylon maaidraad vervangen
Onderhoudsinterval: Jaarlijks
1. Draai de brandstofklep dicht en sluit de
ventilatieknop.
2. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
3. Draai de machine op haar linkerkant, met de
carburator naar boven.
4. Verwijder de nylon maaidraad. Draag hierbij
beschermende handschoenen.
5. Breng een uiteinde van de nylon maaidraad in de
gewenste maaihoogte-instelling. Zorg ervoor dat het
andere uiteinde in de overeenkomende maaihoogte
aan de andere kant van de maaischijf zit.
Opmerking: Als u een vervanghaspel gebruikt, snij de
draad dan af tot een lengte van 200 mm.
De machine schoonmaken
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
WAARSCHUWING
Er kan materiaal losraken dat zit vastgekoekt aan
de onderkant van de maaimachine.
• Draag oogbescherming.
• Blijf in de bedrijfsstand (achter de handgreep).
• Houd omstanders uit de buurt.
1. Kantel de maaimachine op de zijkant.
2. Gebruik een borstel of perslucht om gras en vuil
van het uitlaatscherm, de bovenste kap en de
aangrenzende maaidekoppervlakken te verwijderen.
14