Besturingseenheid
10.2
Aanraakscherm kalibreren
Als de aanraakknoppen niet juist reageren, kunt u het aanraakscherm kalibreren.
1.
Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar.
2.
Raak met uw vinger voor langere tijd het aanraakscherm aan.
3.
Zet de hoofdschakelaar aan terwijl u het aanraakscherm aanraakt.
–
De besturing gaat bij de start van het programma automatisch naar
de functie "Update / Diagnostics".
4.
Tik op de knop "Aanraakfunctie kalibreren".
5.
Tik achtereenvolgens op de getoonde kruisen op het aanraakscherm.
6.
Schakel het apparaat uit met de hoofdschakelaar uit en vervolgens weer
aan.
Het aanraakscherm is volledig gekalibreerd.
10.3
Instellingen in de besturing tot stand brengen
De instellingen in de besturing kunnen worden tot stand gebracht onafhankelijk
van de geselecteerde en actieve bedrijfsmodus.
10.3.1
Gebruikersmenu
10.3.1.1 Overzicht gebruikersmenu
De installatiespecifieke waarden kunnen worden gecorrigeerd of opgevraagd via
het gebruikersmenu. Tijdens de eerste inbedrijfstelling moeten eerst de
fabrieksinstellingen worden aangepast aan de specifieke voorwaarden van de
installatie.
Opmerking!
De beschrijving van de bediening, zie hoofdstuk 10.1 "Bediening van het
bedieningspaneel" op pagina 19.
Er is een PM-code van drie cijfers toegewezen aan de afzonderlijke instelopties
PM-
Beschrijving
code
001
Taal kiezen
002
Tijd instellen
003
Datum instellen
Nulijking uitvoeren
–
Het basisvat moet leeg zijn
–
Er wordt gecontroleerd of het signaal van de niveaumeting
overeenkomt met het gekozen basisvat.
Min. werkdruk P
instellen, zie hoofdstuk 8.2 "Schkelpunten
005
0
Variomat" op pagina 16.
Ontgassing >
010
•
Ontgassingsprogramma
–
Geen ontgassing
–
Permanente ontgassing
–
Intervalontgassing
–
Naloopontgassing
011
•
Duur permanente ontgassing
Bijvulling >
20 — Nederlands
PM-
code
023
024
027
028
029
030
007
008
015
009
010
011
018
10.3.1.2 Gebruikersmenu instellen – tijdinstelling als voorbeeld
In deze paragraaf is uitgelegd hoe de installatiespecifieke waarden worden
ingesteld aan de hand van de tijdsinstelling.
Voer de volgende stappen uit om de installatiespecifieke waarden aan te passen:
1.
Druk op de knop "Instellingen".
–
2.
Druk op de knop "Gebruiker >".
–
Variomat 140 — 25.09.2020 - Rev. A
Beschrijving
•
Maximale bijvultijd ...min
•
Maximale bijvulcycli... /2 uur
•
Met watermeter "Ja/Nee"
–
indien "Ja": doorgaan met 028
–
indien "Nee": doorgaan met 007
•
Bijvulhoeveelheid (reset) "Ja/Nee"
–
indien "Ja", resetten op waarde "0"
•
Maximale bijvulhoeveelheid ... l
•
Ontharding "Ja/Nee"
–
indien "Ja": doorgaan met 031
–
indien "Nee": doorgaan met 007
Onderhoudsinterval... maanden
Pot. vrij contact
•
Meldingsselectie >
–
Meldingsselectie: alleen met "√" gemarkeerde
meldingen worden uitgegeven.
–
Alle meldingen: Alle meldingen worden uitgegeven.
Remote data wijzigen "Ja/Nee"
Foutgeheugen > Geschiedenis van alle meldingen
Parametergeheugen > Geschiedenis van de ingevoerde parameters
Weergave-instellingen > Helderheid, screensaver
•
Helderheid ... %
•
Helderheid saver ... %
•
Saver vertraging ...min
•
Beveiligde toegang "Ja/Nee"
Informatie >
•
Vat
–
Volume
–
Gewicht
–
Diameter
•
Positie
–
Positie in %
•
Softwareversie
De besturing gaat naar de instellingen.
De besturing gaat naar het gebruikersmenu.