14
|
Installatie van de unit
14 Installatie van de unit
In dit hoofdstuk
14.1 Installatieplaats voorbereiden
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
58
WAARSCHUWING
▪
Installeer alle vereiste tegenmaatregelen voor koelmiddellekken volgens de norm
EN378 (zie
koelmiddel" [
▪
Installeer een CO
koelmiddelleidingen, koelvitrines of koelblazers, en - indien aanwezig - schakel de
functie voor koelmiddellekdetectie in (zie de montagehandleiding van de
binnenunits).
WAARSCHUWING
Maak de unit goed vast. Voor instructies, zie
OPMERKING
Houd rekening met negatieve effecten. Bijvoorbeeld gevaar dat er zich water
ophoopt en bevriest in afvoerleidingen voor drukveiligheidskleppen, ophopen van
vuil en afval, of blokkeren van de drukveiligheid door CO
INFORMATIE
De installateur is verantwoordelijk voor het leveren van de lokaal te voorziene
onderdelen.
14.1
Installatieplaats voorbereiden................................................................................................................................................
14.1.1
Vereisten inzake de plaats waar de buitenunit geïnstalleerd wordt ....................................................................
14.1.2
Bijkomende vereisten inzake de installatieplaats van de buitenunit in koude klimaten .....................................
14.1.3
Bijkomende vereisten voor de installatieplaats voor CO₂-koelmiddel .................................................................
14.2
De unit openen en sluiten ......................................................................................................................................................
14.2.1
Over het openen van de units ...............................................................................................................................
14.2.2
De buitenunit openen ............................................................................................................................................
14.2.3
Elektrische componentenkast van de buitenunit openen ....................................................................................
14.2.4
De buitenunit sluiten..............................................................................................................................................
14.3
De buitenunit monteren.........................................................................................................................................................
14.3.1
Over de montage van de buitenunit......................................................................................................................
14.3.2
Voorzorgen bij het monteren van de buitenunit ..................................................................................................
14.3.3
De installatiestructuur voorzien.............................................................................................................................
14.3.4
De buitenunit installeren .......................................................................................................................................
14.3.5
De transportbescherming verwijderen..................................................................................................................
14.3.6
Afvoer voorzien ......................................................................................................................................................
Kies een installatieplaats met voldoende ruimte om de unit in en uit de site te
kunnen vervoeren.
Installeer de unit NIET op een plaats die vaak als werkplaats wordt gebruikt.
Wanneer bouwwerken (bijv. slijpwerk) worden uitgevoerd waarbij veel stof wordt
geproduceerd, MOET de unit worden afgedekt.
"14.1.3 Bijkomende vereisten voor de installatieplaats voor CO₂-
4
63]).
-lekdetector (lokaal te voorzien) in elke kamer met
2
4
"14 Installatie van de
unit" [
in vaste toestand (R744).
2
LREN8~12A7 + LRNUN5A7
CO₂ ZEAS buitenunit en capacity up unit
4P704142-1 – 2022.08
58].
58
59
62
63
68
68
68
69
70
71
71
71
71
73
73
74