20.5.1 Controles proefdraaien
LREN8~12A7 + LRNUN5A7
CO₂ ZEAS buitenunit en capacity up unit
4P704142-1 – 2022.08
1 Controleer of alle afsluiters tussen de buitenunit en de binnenunit volledig
geopend zijn: gas- en vloeistofafsluiters.
2 Controleer of alle elektrische componenten en koelmiddelleidingen goed zijn
geïnstalleerd, voor de binnenunits, de buitenunit en (indien van toepassing)
de capacity up unit.
3 Schakel de voeding van alle units IN: de binnenunits, de buitenunit en (indien
van toepassing) de capacity up unit.
4 Wacht een 10-tal minuten tot de communicatie tussen de buitenunit en de
binnenunits is bevestigd. Het 7-segmentendisplay knippert tijdens de
communicatietest:
▪ Als de communicatie bevestigd is, is het display UIT.
▪ Als de communicatie niet bevestigd is, verschijnt een foutcode op de
afstandsbediening
4
Overzicht" [
146].
5 Schakel de bedrijfsschakelaar van de buitenunit IN. De compressoren en de
ventilatormotoren beginnen te werken.
6 Controleer of de unit zonder foutcodes werkt. Zie
4
proefdraaien" [
137].
7 Controleer of de koelvitrines en koelblazers goed koelen.
De capacity up unit laten proefdraaien
Geldt voor LRNUN5*.
Vereiste: Het koelingcircuit van de buitenunit draait stabiel.
1 Schakel de bedrijfsschakelaar van de capacity up unit IN.
2 Wacht een 10-tal minuten (na het inschakelen van de voeding) tot de
communicatie tussen de buitenunit en de capacity up unit is bevestigd. Het 7-
segmentendisplay op de printplaat van de capacity up unit knippert tijdens de
communicatietest:
▪ Als de communicatie bevestigd is, is het display UIT en beginnen de
compressoren en de ventilatoren te draaien.
▪ Als de communicatie niet bevestigd is, verschijnt een foutcode op de
afstandsbediening
4
Overzicht" [
146].
3 Controleer of de unit zonder foutcodes werkt. Zie
4
proefdraaien" [
137].
4 Controleer of de koelvitrines en koelblazers goed koelen.
Visuele controle
Controleer de volgende punten:
▪
Koelvitrines en koelblazers blazen koude lucht uit.
▪
De temperatuur van de gekoelde ruimte daalt.
▪
Er zit geen kortsluiting in de koelkamer.
▪
De compressor wordt niet in- en uitgeschakeld binnen een tijdsverloop van
minder dan 10 minuten.
van
de
binnenunits.
van
de
binnenunits.
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker
20
Inbedrijfstelling
|
Zie
"23.3.1 Foutcodes:
"20.5.1 Controles
Zie
"23.3.1 Foutcodes:
"20.5.1 Controles
137