Download Print deze pagina

Volvo XC90 2007 Instructieboekje pagina 73

Verberg thumbnails Zie ook voor XC90 2007:

Advertenties

03 Klimaatregeling
Elektronische klimaatregeling, ECC
• Wanneer u de onderste knop hebt inge-
drukt, stroomt er lucht uit de openingen ter
hoogte van benen en voeten.
Druk op AUTO , wanneer u de automatische
luchtverdeling weer wilt activeren.
6. Interieurtemperatuursensor
03
De interieurtemperatuursensor registreert de
temperatuur in het interieur.
7. Ontwaseming voorruit en zijruiten
Met deze knop kunt u de voorruit en de zijrui-
ten snel ontwasemen en ontdooien. De venti-
lator draait dan op hoge snelheid en stuurt
lucht naar de ruiten. Het lampje in de ontwa-
semingsknop brandt, wanneer de functie is
ingeschakeld.
Bij activering van deze functie gebeurt boven-
dien het volgende om de lucht in het interieur
zo veel mogelijk van vocht te ontdoen:
• de airconditioning ( A/C ) wordt automatisch
ingeschakeld (uit te schakelen met de knop
AC);
• de recirculatie wordt automatisch uitge-
schakeld.
Bij het uitschakelen van de
ontwaseming
hervat de klimaatregeling
de voorgaande instellingen.
72
8. Achterruit- en buitenspiegelver-
warming
Met deze knop kunt u de achterruit en de bui-
tenspiegels snel ontdoen van condens of ijs
(zie pagina 48 voor meer informatie over deze
functie).
9. Elektrisch verwarmde voorstoelen
Doe het volgende om de voorstoel te verwar-
men:
– Hoog verwarmingsniveau:
Eenmaal op de knop drukken – beide lamp-
jes branden.
– Laag verwarmingsniveau:
Een tweede keer op de knop drukken – één
lampje brandt.
Verwarming uit:
Een derde keer op de knop drukken – geen
van de lampjes brandt.
U kunt de temperatuur van de verwarming in
een erkende Volvo-werkplaats laten bijstellen.
10 en 11. Temperatuurknoppen
Met de twee draaiknoppen kunt u de tempera-
tuur aan de bestuurderszijde en de passa-
gierszijde instellen.
N.B.
Let erop dat de passagiersruimte niet snel-
ler warm of koud wordt, wanneer u een
hoger of lagere temperatuur kiest dan de
gewenste.
12. Ventilator
Draai aan de knop om de ventilatorsnelheid te
verhogen of te verlagen. In de stand AUTO
wordt de ventilatorsnelheid automatisch gere-
geld. De eerder ingestelde ventilatorsnelheid
wordt dan genegeerd.
N.B.
Als u de knop linksom hebt gedraaid en de
ventilatorindicatie op het display gedoofd
is, zijn de ventilator en de airconditioning
uitgeschakeld.
13. Ventilator, achter in passagiers-
ruimte (optie op modellen met zeven
zitplaatsen)
U kunt de snelheid waarmee de ventilator
draait verhogen of verlagen door aan de knop
te draaien. Dit geldt alleen, als u voor zowel
airconditioning voorin (1) als achterin hebt
gekozen. De knop voor airconditioning achter
in de passagiersruimte vindt u op de midden-
console (zie pagina 46).

Advertenties

loading