•
De buitenboordmotor heeft drie schakelstanden voor bedrijf: Vooruit (F), Neutraal (N) en Achteruit (R).
•
Stop bij het schakelen altijd even in de neutrale stand en laat de motor naar stationair toerental
terugkeren.
•
Bij de op paneel gemonteerde afstandsbediening moet de bestuurder altijd de schakelvergrendeling
indrukken als hij de bedieningshendel uit de neutraalstand beweegt.
•
Zet de bedieningshendel vooruit om de snelheid verder op te voeren.
OP DTS-CONSOLE GEMONTEERDE AFSTANDSBEDIENING
BELANGRIJK: Zet de buitenboordmotor alleen in versnelling terwijl de motor stationair draait. Niet naar
vooruit of achteruit schakelen als de motor niet draait.
nld
BEDIENING
N
F
55
R
3427
3428