Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en
bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen
stickers.
92-5730
1. Choke
2. Snel
93-6673
1. Inschakelen
2. Aftakas
93-6674
1. Handen kunnen bekneld raken – Lees de instructies alvorens
service- of onderhoudswerkzaamheden uit te voeren.
3. Continu snelheidsregeling
4. Langzaam
3. Uitschakelen
4. Parkeerrem
1. Parkeerrem – Om de parkeerrem in werking te stellen, moet u
de koppeling/het rempedaal intrappen en de parkeerremhendel
omhoog zetten; om de parkeerrem vrij te zetten, moet u de
koppeling/het rempedaal intrappen en laten opkomen.
2. Rem – Om deze in werking te stellen, moet u het rempedaal
intrappen.
3. Tractie-aandrijving – trap de bovenkant van het tractiepedaal
naar voren en beneden om vooruit te rijden; trap de onderkant
van het tractiepedaal naar achteren en beneden om achteruit
te rijden.
4. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding .
5. Waarschuwing – Om de voorkomen dat de machine omslaat,
wordt u aangeraden deze niet te gebruiken dwars op hellingen
van meer dan 5 graden, heuvelopwaarts op hellingen van meer
dan 10 graden of heuvelafwaarts op hellingen van meer dan 15
graden.
6. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op
een veilige afstand van de machine.
7. Machine kan voorwerpen uitwerpen – Zorg ervoor dat de
grasgeleider op zijn plaats zit.
8. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd,
maaimes – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
9. Ledematen van omstanders kunnen bekneld raken/worden
afgesneden – Houd omstanders op een veilige afstand van de
machine.
9
93-6676