De maaimessen monteren
1. Monteer beide messen, de meshouder, de klemring
(holle kant naar het mes toe) en de mesbout (Fig. 34).
Belangrijk
Het gebogen deel van het mes moet naar de
binnenzijde van de maaikast wijzen om een goede maai-
kwaliteit te garanderen.
2. Draai de mesbout vast met een torsie van 61 tot 81 Nm.
Maaidek verwijderen
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak.
2. Schakel de aftakas uit.
3. Stel de parkeerrem in werking.
4. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen
tot stilstand gekomen zijn.
5. Verwijder het contactsleuteltje.
6. Verwijder de bougiekabel van de bougie.
7. Zet de maaihoogtehendel in inkeping "D".
8. Verwijder de veer van de maaihoogte-instelling van de
bout (Fig. 37) met behulp van de bij de machine
geleverde veertrekker.
1
3
Figuur 37
1. Veer
2. Bout
Opmerking: De veer bevindt zich tussen het frame en
het rechter achterwiel.
2
m-1851
3. Veertrekker
32
Voorzichtig
Als u het maaidek verwijdert, kan de maaihoogte-
hendel, die onder veerspanning staat, onverwachts
los schieten en uzelf of iemand anders letsel
toebrengen.
Zet de maaihoogtehendel in inkeping "D" en ver-
wijder de veer van de maaihoogte-instelling om de
veerspanning op te heffen.
9. Zet de maaihoogtehendel in inkeping "A".
10. Maak de ring aan het uiteinde van de maaikoppelings-
kabel los van de veer (Fig. 38).
1
5
Figuur 38
1. Maaikoppelingskabel
2. Ring aan kabeleind
3. Veer
11. Verwijder de rubberen wisser en de contramoer van de
maaikoppelingskabel op de bevestigingsbeugel.
12. Schuif de kabel uit de bevestigingsbeugel (Fig. 38).
13. Haal de kabel uit de weg en leg deze in de framerail
zodat de kabel niet kan blijven vastzitten in de
drijfriemen of de poelies.
4
6
2
3
m–2384
4. Contramoer
5. Bevestigingsbeugel
6. Rubberen wisser