Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

Form No. 3329-999
14-38HXLE, 16-38HXLE, en
17-38HXLE
Wheel Horse Gazontractoren
Modelnr. 71242 – Serienr. 240000001 en hoger
Modelnr. 71243 – Serienr. 240000001 en hoger
Modelnr. 71245 – Serienr. 240000001 en hoger
Gebruikershandleiding
Vertaling van de oorspronkelijke versie (NL)

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Toro 14-38HXLE

  • Pagina 1 Form No. 3329-999 14-38HXLE, 16-38HXLE, en 17-38HXLE Wheel Horse Gazontractoren Modelnr. 71242 – Serienr. 240000001 en hoger Modelnr. 71243 – Serienr. 240000001 en hoger Modelnr. 71245 – Serienr. 240000001 en hoger Gebruikershandleiding Vertaling van de oorspronkelijke versie (NL)
  • Pagina 2: Inhoudsopgave

    Motor afzetten ......erkende Service Dealer of met de klantenservice van Toro. Het Veiligheidssysteem gebruiken .
  • Pagina 3: Veiligheid

    U kunt het modelnummer en het serienummer noteren in de Instructie ruimte hieronder: Lees deze handleiding aandachtig door. Zorg ervoor dat u vertrouwd raakt met de bedieningsorganen en weet hoe u de machine moet gebruiken. Modelnr.: U dient erop toe te zien dat de machine nooit door kinderen wordt bediend of door volwassenen die niet Serienr.: van de instructies op de hoogte zijn.
  • Pagina 4 – Vul zo nodig brandstof bij voordat u de motor – Alleen goedgekeurde trekstangbevestigingspunten aanzet. Nooit de dop van de brandstoftank gebruiken. verwijderen of brandstof bijvullen als de motor – Belasting beperken tot wat u veilig kunt beheersen. draait of heet is. –...
  • Pagina 5: Onderhoud En Stalling

    Veilige Bediening Toro Rijdende Maaimachine De volgende paragraaf bevat veiligheidsinstructies die specifiek zijn toegesneden op Toro-producten en niet zijn opgenomen in de CEN-norm. Gebruik uitsluitend door Toro goedgekeurde werktuigen. De garantie kan komen te vervallen als u de machine gebruikt met werktuigen die niet zijn goedgekeurd.
  • Pagina 7: Hellingsdiagram

    Hellingsdiagram...
  • Pagina 9: Veiligheids- En Instructiestickers

    Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 92-5730 1. Choke 3. Continu snelheidsregeling 2. Snel 4. Langzaam 93-6676 1. Parkeerrem – Om de parkeerrem in werking te stellen, moet u de koppeling/het rempedaal intrappen en de parkeerremhendel omhoog zetten;...
  • Pagina 10 93-6677 1. Waarschuwing – Gebruik de maaimachine niet als de gras- geleider omhoog geklapt of verwijderd is; zorg ervoor dat de grasgeleider is gemonteerd. 93-7010 2. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd, maaimes – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen. 1.
  • Pagina 11 104-4163 1. Risico van explosie 4. Draag oogbescherming 2. Geen vonken of vuur en 5. Lees de Gebruikers- niet roken. handleiding 3. Risico van bijtende 6. Houd omstanders op vloeistof/chemische veilige afstand van de brandwonden accu. 99-8141 1. Maaien in de achteruit- 3.
  • Pagina 12 104-4164 1. Bevat lood; niet weggooien. 4. Geen vonken of vuur en niet 6. Ogen direct met water 8. Minimale vulstreep. roken. spoelen en snel arts 2. Recyclen. 9. Instructies om accu te raadplegen. 5. Zwavelzuur kan blindheid of gebruiken. 3.
  • Pagina 13: Benzine En Olie

    Benzine en olie Gebruik van stabilizer/conditioner Aanbevolen benzine Gebruik van stabilizer/conditioner in de machine biedt de volgende voordelen: Gebruik loodvrije, normale benzine voor automobielen (octaangetal minimaal 85). U mag ook gelode normale Houdt de benzine vers gedurende een stalling van benzine gebruiken als er geen gewone loodvrije benzine maximaal 90 dagen.
  • Pagina 14: Gebruiksaanwijzing

    Gebruiksaanwijzing Parkeerrem in werking stellen 1. Trap het rempedaal in (Fig. 3) en houdt dit ingetrapt. Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Bedieningsorganen Zorg ervoor dat u vertrouwd bent met alle bedienings- organen (Fig. 2) voordat u de motor start en de machine gebruikt.
  • Pagina 15: Gebruik Van De Koplampen

    Gebruik van de koplampen 1. Trek aan de maaihoogtehendel en zet deze in de gewenste stand (Fig. 6). Uitsluitend model 71242 en model 71243 De koplampen worden bediend via een Aan/Uit schakelaar op het dashboard (Fig. 2). De lampen werken alleen als de motor loopt en de schakelaar op Aan staat.
  • Pagina 16: Motor Afzetten

    3. Zet de maaikoppelingshendel (aftakas) in de stand 3. Verwijder het contactsleuteltje. Uitgeschakeld (Fig. 5). Het Veiligheidssysteem 4. Zet de gashendel op Choke (Fig. 8). gebruiken Voorzichtig Niet-aangesloten of beschadigde interlock- schakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben op de werking van de machine. Dit kan lichamelijk letsel veroorzaken.
  • Pagina 17: Veiligheidssysteem Testen

    Een rood lampje op het voorste paneel gaat branden Gevaar (Fig. 11) om aan te geven dat de interlockschakelaar is uitgezet. Wanneer u achteruit rijdt terwijl de maaimessen of andere werktuigen in gebruik zijn, bestaat het gevaar dat u een kind of een andere omstander overrijdt, met ernstig letsel of de dood tot gevolg.
  • Pagina 18: De Machine Met De Hand Duwen

    4. Schakel de aftakas uit, zet de tractiepedaal in de Opmerking: U kunt de machine uitsluitend laten rijden als neutraalstand, stel de parkeerrem in werking en start de de aandrijfhendel in de stand In Werking staat. motor. Als de motor loopt, schakelt u de aftakas in en zet u het tractiepedaal in de Achteruit-stand.
  • Pagina 19: Zijafvoer Of Fijnmaken Van Gras

    3. Til de grasgeleider op en schuif de lippen boven op de Voorzichtig afvoerafsluiter onder de bevestigingsstang van de grasgeleider door. Kinderen of omstanders kunnen letsel oplopen als 4. Draai de afvoerafsluiter naar beneden op de opening en zij de machine verplaatsen of proberen te bedienen op de onderste lip van de maaimachine (Fig.
  • Pagina 20 Maai afwisselend in verschillende richtingen, zodat het gras rechtop blijft staan. Dit zorgt ook voor een betere verspreiding van het maaisel, wat de vertering en bemesting ten goede komt. Het tempo waarmee het gras groeit, varieert per jaargetijde. Om dezelfde maaihoogte te behouden, wat een goede gewoonte is, moet u in het vroege voorjaar vaker maaien.
  • Pagina 21: Onderhoud

    Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Motoroliepeil controleren. Veiligheidssysteem controleren. Na elk gebruik Maaikast reinigen. Accuzuur controleren. Remmen controleren. Om de 5 bedrijfsuren Maaimes controleren. Chassis smeren. Schuimfilterelement onderhoudsbeurt geven. Om de 25 bedrijfsuren Bougie controleren.
  • Pagina 22: Motoroliepeil Controleren

    Motoroliepeil controleren 7. Maak de omgeving van de peilstok (Fig. 15) schoon, zodat er geen vuil in de vulopening kan komen, wat in motorschade kan resulteren. Controleer het oliepeil om de 8 bedrijfsuren of dagelijks. Ververs de motorolie na de eerste 5 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren.
  • Pagina 23: Motoroliefilter Vervangen

    4. Stel de parkeerrem in werking. 6. Giet ongeveer 80% van de gespecificeerde hoeveelheid olie langzaam in de vulbuis (Fig. 16). Controleer het 5. Zet de motor af en wacht totdat alle bewegende delen oliepeil; zie stappen 8 en 9 van Motoroliepeil tot stilstand gekomen zijn.
  • Pagina 24: Accu Monteren

    6. Maak de minkabel (zwart) los van de accupool Zuurpeil controleren (Fig. 18). 1. Klap de zitting naar voren. Hieronder bevindt zich de accu. 2. Kijk aan de zijkant van de accu. Het zuurpeil moet tot aan de Bovenste streep komen (Fig. 19). m-4965 m–5004 Figuur 19...
  • Pagina 25: Accu Opladen

    3. Verwijder de vuldoppen van de accu (Fig. 19). 6. Monteer de accu in de machine en sluit de accukabels aan; zie Accu monteren, blz. 24. 4. Giet langzaam gedistilleerd water in elke cel van de accu totdat het zuurpeil de Bovenste streep (Fig. 19) op Opmerking: Gebruik de machine nooit wanneer de accu is de accubehuizing bereikt.
  • Pagina 26: Machine Smeren

    5. Draai de stelmoer aan totdat u een lichte weerstand Smeerpunten voelt tegen de voeler als u deze in- en uitschuift. 1. Smeer de voorwielen en de assen van de 6. Monteer een nieuwe pen en bevestig de veer van de wielophangingen totdat er wat vet bij de lagers naar remarm opnieuw.
  • Pagina 27: Schuimelement En Papierelement Reinigen

    7. Trek de hendel van het luchtfilterdeksel omhoog en 1. Klop het element voorzichtig tegen een vlak oppervlak draai deze in de richting van de motor (Fig. 23). om vuil en stof te verwijderen. 2. Reinig voorzichtig de rubberen afdichting op het papierelement om te voorkomen dat er vuil in de motor komt.
  • Pagina 28: Bougie Controleren

    6. Maak de bougiekabel los van de bougie (Fig. 25). Opmerking: Controleer of de elektrodenafstand correct 2. Draai de bougie vast met een torsie van 20 Nm. 3. Sluit de bougiekabel aan op de bougie (Fig. 25). 4. Sluit de motorkap. Het koelsysteem reinigen Verwijder elke dag met een droge borstel gras en aangekoekt vuil van de motor.
  • Pagina 29: Brandstoffilter Vervangen

    1. Parkeer de machine zo dat de linkervoorkant iets lager 5. Open de motorkap. staat dan de rechterkant, zodat alle olie uit de tank kan 6. Druk de uiteinden van de slangklemmen naar elkaar toe lopen. en schuif ze weg van het filter (Fig. 28). 2.
  • Pagina 30: Onderhoud Van De Zekeringen

    Onderhoud van de zekeringen 8. Draai de lamphouder 1/4 slag linksom en verwijder deze uit de reflector (Fig. 31). De elektrische installatie is beveiligd door middel van 10 A steekzekeringen. 1. Om een zekering te vervangen, trekt u de zekering omhoog (Fig.
  • Pagina 31: Onderhoud Van De Maaimessen

    Onderhoud van de 3. Verwijder de bout (16 mm, 5/8” sleutel), de klemring, de meshouder en het mes (Fig. 34). Plaats indien nodig maaimessen een houten blok als een wig tussen het maaimes en het maaidek om het mes vast te zetten, zodat u de bout kunt Om een goed maairesultaat te verkrijgen, moet u de maai- losdraaien.
  • Pagina 32: De Maaimessen Monteren

    De maaimessen monteren Voorzichtig 1. Monteer beide messen, de meshouder, de klemring (holle kant naar het mes toe) en de mesbout (Fig. 34). Als u het maaidek verwijdert, kan de maaihoogte- Belangrijk Het gebogen deel van het mes moet naar de hendel, die onder veerspanning staat, onverwachts binnenzijde van de maaikast wijzen om een goede maai- los schieten en uzelf of iemand anders letsel...
  • Pagina 33: Maaidek Monteren

    14. Verwijder de bouten en de moeren en trek de twee 23. Verwijder de drijfriem van het maaidek van de onderste bevestigingsbeugels van het maaidek omlaag uit de motorpoelie (Fig. 41). vooras (Fig. 39). 1890 m-4630 Figuur 41 Figuur 39 Bovenaanzicht 1.
  • Pagina 34: Belangrijk

    14. Kijk onder de machine en haal de maaikoppelingskabel Belangrijk De riemgeleiders niet van de poelie af uit de framerail. buigen. De ruimte tussen de riemgeleiders en de rand van de poelie mag maximaal 3 mm bedragen, zodat de riem 15.
  • Pagina 35: Drijfriem Van Maaimes Vervangen

    22. Draai de contramoeren goed vast. 2. Plaats de riemgeleider van de spanpoelie zo dat die naar links wijst, in een hoek van 90 t.o.v. de arm van de 23. Monteer de rubberen wisser. spanpoelie (Fig. 46). 24. Schakel de aftakas uit. 3.
  • Pagina 36: Schuinstand Van De Maaimachine (Lengterichting) Instellen

    10. Verwijder de R-pen en de ring uit de stelbeugel 7. Controleer de horizontale stand van de machine en stel (Fig. 48). deze bij als u de instelling niet hebt gecontroleerd; zie De Maaimachine horizontaal stellen, blz. 35. 8. Zet de maaihoogtehendel in inkeping “C”. 9.
  • Pagina 37: Onderkant Van Maaimachine Wassen

    12. U controleert de schuinstand van de maaimachine door 17. Als de schuinstand correct is, moet u nogmaals de afstand tussen de onderkant van de maaimachine controleren of de maaimachine horizontaal staat; zie (middenvoor en middenachter) en de vlakke ondergrond Maaimachine horizontaal stellen, blz.
  • Pagina 38: Reiniging En Stalling

    A. Voeg een stabilizer/conditioner op aardoliebasis toe Waarschuwing aan de brandstof in de tank op basis van de instructies van de fabrikant ervan. Gebruik geen stabilizer op alcoholbasis (ethanol of methanol). Een gebroken of ontbrekende wasaansluiting kan voorwerpen uitwerpen of contact met het maaimes Opmerking: Stabilizer/conditioner werkt het best als veroorzaken, waardoor u en anderen gevaar lopen.
  • Pagina 39: Elektrisch Schema

    Elektrisch schema KEY SWITCH NO CONNECTION B I A AND X Y WIRE COLOR CODES START B I S BROWN PINK (IGNITION) BLUE BLACK GREY YELLOW WHITE VIOLET GREEN KEY SW ORANGE BATTERY (PTO) SHOWN WITH PTO DISENGAGED FUEL SOLENIOD ALTERNATOR SEAT CLOSED WHEN OPERATOR...
  • Pagina 40: Problemen, Oorzaak En Remedie

    Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De startmotor slaat niet aan. 1. De aftakas is ingeschakeld. 1. Schakel de aftakas uit. 2. De parkeerrem is niet in 2. Stel de parkeerrem in werking. werking. 3. De accu is leeg. 3.
  • Pagina 41 Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De motor verliest vermogen. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het luchtfilter is vuil. 2. Het luchtfilterelement reinigen. 3. Het oliepeil in het carter is te 3. Het carter bijvullen met olie. laag.
  • Pagina 42 Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De machine maait ongelijkmatig. 1. De bandenspanning is niet 1. Zorg dat de banden de correcte correct. spanning hebben. 2. De maaimachine staat niet 2. De maaimachine horizontaal en horizontaal. in de correcte schuinstand stellen 3. De onderkant van het maaidek 3.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

16-38hxle17-38hxle712427124371245

Inhoudsopgave