Samenvatting van Inhoud voor Toro TimeCutter 14-38Z
Pagina 1
Form No. 3351–354 14-38Z en 16-42Z TimeCutter Z Rijdende Maaimachine Modelnr. 74402 – Serienr. 240000001 en hoger Modelnr. 74403 – Serienr. 240000001 en hoger Gebruikershandleiding Registreer uw product op www.Toro.com Vertaling van de oorspronkelijke instructies (NL)
Als u service, originele Toro-onderdelen of aanvullende Veiligheid informatie nodig hebt, kunt u contact opnemen met een erkende Service Dealer of met de klantenservice van Toro. U dient hierbij altijd het modelnummer en het serienummer Instructies voor veilige van het product te vermelden. De locatie van het plaatje...
Elke bestuurder moet ervoor zorgen dat hij of zij Vervang geluiddempers die gebreken vertonen. professionele en praktische instructie krijgt. Bij een Controleer de messen, bevestigingsbouten en het dergelijke instructie moet de nadruk liggen op: maaimechanisme altijd op sporen van slijtage of –...
– voordat u de maaimachine gaat controleren, De volgende lijst bevat veiligheidsinstructies die specifiek schoonmaken of andere werkzaamheden gaat zijn toegesneden op Toro-producten, of andere veiligheids- uitvoeren; instructies die niet zijn opgenomen in de CEN-norm. – als u een vreemd voorwerp raakt. Controleer de...
Werken op hellingen Geluidsdruk bij Model 74402 Gebruik de maaimachine niet op hellingen van meer Deze machine oefent een geluidsdruk van 86 dBA uit op dan 12,5 graden. het gehoor van de bestuurder, gebaseerd op metingen bij identieke machines volgens procedures zoals vastgelegd in Maai niet in de buurt van steile hellingen, greppels, steil Richtlijn 98/37/EG.
Veiligheids- en instructiestickers Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de gebruiker en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen stickers. 93-6677 1. Waarschuwing – Gebruik 2. Handen of voeten kunnen de maaimachine niet als worden gesneden/ de grasgeleider omhoog geamputeerd, maaimes –...
Pagina 10
106-8717 1. Lees de instructies 3. Smeer de machine om de alvorens service- of 25 bedrijfsuren. onderhoudswerkzaam- 4. Motor 106-8742 heden uit te voeren. 2. Controleer de banden- 1. Parkeerrem spanning om de 25 bedrijfsuren. 106-8743 1. Maaihoogte Symbolen op accu Sommige of alle symbolen staan op de accu.
Benzine en olie Waarschuwing Aanbevolen benzine Benzine is schadelijk of dodelijk bij inname. Langdurige blootstelling aan dampen kan leiden Gebruik normale LOODVRIJE benzine voor automobielen tot ernstig letsel en ziekte. (octaangetal minimaal 87). Gelode normale benzine kan worden gebruikt als loodvrije benzine niet verkrijgbaar is. Voorkom dat u dampen lange tijd inademt.
Gebruiksaanwijzing Bedieningsorganen Zorg dat u vertrouwd bent met alle bedieningsorganen Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie (Fig. 3 en 4) voordat u de motor start en de machine in de linker- en rechterzijde van de machine. gebruik neemt. Veiligheid staat voorop Lees aandachtig alle veiligheidsinstructies en -stickers in het hoofdstuk Veilige bediening.
Starten en stoppen van de motor Motor starten 1. Neem plaats op de bestuurdersstoel en zet de m–4268 schakelhendels in de remstand. Figuur 7 2. Schakel de aftakas uit (Fig. 5). 1. Uit 3. Starten 2. Lopen 4. Ontsteking Motor afzetten 1.
Het Veiligheidssysteem Vooruit- en achteruitrijden Met de gashendel regelt u de snelheid van de motor, Voorzichtig oftewel het toerental (in omwentelingen per minuut). Zet de gashendel op Snel om de beste prestaties te verkrijgen. Gebruik de machine altijd met de motor op vol gas. Niet-aangesloten of beschadigde interlock- schakelaars kunnen onverwachte gevolgen hebben Voorzichtig...
Hoe verder u de schakelhendels beweegt (in beide richtingen), des te sneller zal de machine in de gewenste richting rijden. Om te stoppen, zet u beide schakelhendels in de neutraalstand. Achteruit 1. Zet de hendels in de middelste, onvergrendelde stand. 114 mm 102 mm 2.
Bestuurdersstoel instellen Machine met de hand duwen U kunt de stoel naar voren en naar achteren verschuiven. Belangrijk U moet de machine altijd met de hand De positie van de stoel moet zo zijn dat u de machine het duwen. Slepen kan schade aan de machine veroorzaken. best kunt bedienen en dat u comfortabel zit.
De voetsteun instellen De voetsteun kan maar voren of naar achteren worden gezet overeenkomstig de wensen van de bestuurder. 1. Til de voetsteun omhoog en plaats de stangen in de overeenkomstig aangebrachte gaten (Fig. 15). m–6479 Figuur 17 1. Motorkap 2.
Afvoerafsluiter monteren en Maaitips verwijderen (voor beide Snel-stand gashendel modellen) Voor een optimaal maairesultaat en een maximale lucht- circulatie moet u de gashendel op Snel zetten. Om het gras Afvoerafsluiter monteren goed af te maaien is lucht nodig; zet de maaihoogte dus niet te laag en zorg ervoor dat het maaidek niet helemaal door 1.
Vijl regelmatig kerven en inkepingen weg en slijp de messen indien dit nodig is. Als een mes beschadigd of versleten is, moet u dit onmiddellijk vervangen door een origineel TORO-mes.
Onderhoud Opmerking: Bepaal vanuit de normale bedieningspositie de linker- en rechterzijde van de machine. Aanbevolen onderhoudsschema Onderhoudsinterval Onderhoudsprocedure Motoroliepeil controleren. Na elk gebruik Veiligheidssysteem controleren. Maaikast reinigen. Na de eerste 5 Motorolie verversen. bedrijfsuren Om de 5 bedrijfsuren Maaimessen controleren. Alle smeerpunten smeren.
Motorolie controleren Controleer het oliepeil om de 8 bedrijfsuren of dagelijks. Ververs de motorolie na de eerste 5 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren. Type olie: Reinigingsolie (API-onderhoudsclassificatie SF, SG, SH, SJ of hoger) Carterinhoud: 1868 Figuur 20 1400 cc/1,4 liter als het filter niet wordt vervangen; 1700 cc/1,7 liter als het filter wordt vervangen 1.
9. Vervang het oliefilter indien dit nodig is (Fig. 22). Onderhoud van het luchtfilter 10. Reinig de omgeving van de peilstok en schroef de dop Schuimelement: Om de 25 bedrijfsuren of jaarlijks los (Fig. 19). reinigen, waarbij de kortste periode moet worden aangehouden.
4. Schuif het papierelement en het schuimelement Schuimelement en papierelement voorzichtig van het ventilatorhuis (Fig. 24). installeren Belangrijk Motor nooit laten lopen zonder dat het complete luchtfilter gemonteerd is, daar anders de motor kan worden beschadigd. 1. Plaats het schuimelement en het papierelement op het ventilatorhuis.
Bougie controleren vervangen door een origineel TORO-mes. Om het slijpen en vervangen te vergemakkelijken, is het handig extra 1. Bekijk de binnenkant van de bougie (Fig. 26). Als de messen in voorraad te hebben. isolator lichtbruin of grijs is, werkt de motor naar behoren.
1. Monteer het mes op de as (Fig. 29). altijd veilig kan worden gebruikt, moet u ter vervanging uitsluitend originele Toro-messen gebruiken. Gebruik ter Belangrijk Het gebogen deel van het mes moet naar de...
Smeren Smeer de machine volgens het tijdschema op de instructie- sticker Controle en Onderhoud (Fig. 32) onder de be- stuurdersstoel. Het maaidek moet vaker worden gesmeerd bij gebruik in zeer stoffige of zanderige omstandigheden. Smeren met Nr. 2 vet op lithium- of molybdeenbasis voor algemene doeleinden.
Zuurpeil controleren Waarschuwing Gevaar Als accukabels verkeerd worden verbonden, kan dit schade aan de machine en de kabels tot gevolg Accuzuur bevat zwavelzuur; dit is een dodelijk gif hebben en vonken veroorzaken. Hierdoor kunnen dat ernstige brandwonden veroorzaakt. accugassen tot ontploffing komen, die lichamelijk letsel kunnen veroorzaken.
4. Giet langzaam gedistilleerd water in elke cel van de Benzine aftappen uit de accu totdat het zuurpeil de Bovenste streep (Fig. 35) op brandstoftank de accubehuizing bereikt. Belangrijk De accu niet te vol vullen; uitgelopen Gevaar accuzuur (zwavelzuur) kan ernstige corrosie en beschadiging van het chassis veroorzaken.
7. Steek de brandstofslang op het filter. Schuif de Maaidek horizontaal stellen slangklem dicht op het filter om de brandstofslang vast te zetten (Fig. 37). De maaimessen moeten in dwarsrichting horizontaal staan. Controleer de horizontale stand van het maaidek telkens wanneer u het maaidek monteert of wanneer het Brandstoffilter vervangen maairesultaat onregelmatig is.
6. Verwijder de R-pen en de ring uit de stelbeugel Schuinstand van het maaidek (Fig. 40). (lengterichting) instellen 7. Om een maaimes (maaimessen) horizontaal te stellen, moet u de stelbeugel(s) in een ander gat plaatsen en de Controleer de schuinstand van het maaidek telkens wanneer ring en de R-pen monteren.
8. Zet de maaihoogte op stand D (76 mm) en draai de 12. Nadat u de stelmoeren gelijk hebt afgesteld, controleert messen voorzichtig rond, zodat zij in de lengterichting u nogmaals de schuinstand. Draai aan de moeren, totdat wijzen (Fig. 43). de rand van het voorste maaimes 1,6–7,9 mm lager staat dan de rand van het achterste mes (Fig.
Drijfriem van het maaidek 9. Draai de riemgeleider vast (Fig. 45). vervangen 10. Monteer de drijfriemkappen op de buitenste assen. Tekenen dat een riem aan het slijten is, zijn: gieren tijdens het draaien van de riem, slippen van de messen tijdens het maaien, gerafelde randen, schroeiplekken en scheuren.
Maaidek verwijderen Opmerking: Voordat u het maaidek verwijdert, moet u onthouden in welke gaten de stelbeugels zijn geplaatst (Fig. 47). 1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak en schakel de aftakas uit. 2. Zet de schakelhendels in de remstand, schakel de motor uit, verwijder het contactsleuteltje en wacht totdat alle bewegende delen tot stilstand zijn gekomen alvorens de m–6432...
Zekeringen De elektrische installatie is beveiligd door middel van zekeringen. Deze behoeven geen onderhoud. Als er een zekering is doorgebrand, moet u echter het onderdeel of circuit controleren op defecten of kortsluiting. Zekering: Hoofdleiding F1 – 30 A, steekzekering-type Laadcircuit F2 – 25 A, steekzekering-type 1.
Grasgeleider vervangen 6. Plaats de veer op de stang, met de einddraden omlaag, tussen de beugels van de grasgeleider. Schuif de stang door de tweede beugel van de grasgeleider en de Waarschuwing binnenste borgring (Fig. 50). 7. Steek de stang aan de voorkant van de grasgeleider in Als een afvoeropening niet is afgesloten, kan het de korte afstandhouder op het maaidek.
Reiniging en stalling C. Motor opnieuw starten en laten lopen totdat deze afslaat. 1. Schakel de aftakas uit, stel de parkeerrem in werking, D. Bedien de choke of hulpstarter. Start de motor en zet de motor af en verwijder het contactsleuteltje. laat deze lopen totdat de motor niet meer start.
Problemen, oorzaak en remedie Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De motor raakt oververhit. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het oliepeil in het carter is te 2. Het carter bijvullen met olie. laag. 3. De koelribben en luchtkanalen 3.
Pagina 39
Probleem Mogelijke oorzaken Remedie De motor verliest vermogen. 1. De motor is te zwaar belast. 1. De rijsnelheid verminderen. 2. Het luchtfilter is vuil. 2. Het luchtfilterelement reinigen. 3. Het oliepeil in het carter is te 3. Het carter bijvullen met olie. laag.
Pagina 40
Probleem Mogelijke oorzaken Remedie Onregelmatige maaihoogte. 1. Maaimes(sen) bot. 1. Mes(sen) slijpen. 2. Maaimes(sen) verbogen of niet 2. Nieuw(e) maaimes(sen) in balans. monteren. 3. Het maaidek staat niet 3. Het maaidek horizontaal en in horizontaal. de correcte schuinstand stellen 4. Een antiscalpeerwiel is niet 4.