ALGEMEENHEDEN
Vorstbescherming van de installatie
Vorstbescherming van het gebouw
Vorstbescherming van de boiler
Antipendelfunctie
(branderstarten)
Anti-legionnella functie
(enkel met omgevingsvoeler RRG)
Schoorsteenveger functie
Uitschakeling van de
schoorsteenvegerfunctie
Gegarandeerde minimumfuncties
Bij installaties met buitenvoeler, wordt de vorstbescherming van de installatie
door de buitenvoeler gestuurd.
Hier wordt de pomp van de verwarmingskring als volgt omgeschakeld:
Buitentemperatuur
Pompen
< 4 °C
Continu werking pompen in WERKING
- 5 °C bis 1,5 °C
Om de 6 h pompen in WERKING gedurende 10 min
> 1,5 °C
Pompen BUITEN WERKING
Het gebouw is tegen de vorst beschermd welke ook de werkingsmodus zij.
- Omgevingsvoeler RRG
(met actieve voeler):
- Ketelsturingsmodule KBM of
omgevingsvoeler RRG
(zonder actieve voeler):
- Kamerthermostaat
RAV/RTW/RTD:
De boiler is tegen de vorst beschermd; de boiler wordt automatisch
opgewarmd wanneer zijn temperatuur lager is dan de theoretische
temperatuur.
De ketel is uitgerust met een start-blokkeringsmechanisme van 3 minuten om
het aantal starten van de brander te beperken.
De opwarming gebeurt eenmaal per week op maandag bij de eerste
boileropwarming en duurt maximaal 2,5 h. In "standby" modus is deze
functie geblokkeerd. Indien ze gedurende meer dan één dag uitgeschakeld
werd, zal de anti-legionnellafunctie herhaald worden bij de eerstkomende
aftapping van warm water.
Op de KBM gedurende meer dan 3 s. de twee toeten
op het symbool
stopt.
De zogezegde "schoorsteenvegerfunctie" is actief.
De brander start en werkt op het maximaal ketelvermogen tot er een reactie
van temperatuursbeveiliging komt.
Opmerking: Het display geeft de huidige theoretische omgevingstemperatuur
weer.
Om de functie uit te schakelen, de toets
Een storingsmelding (zie tabel 14) verschijnt bij een eventuele slechte
werking van componenten; dit veroorzaakt geen vergrendeling tengevolge
van de storing, maar laat het herstarten niet toe en geeft een resetfunctie.
Een resetfunctie is verzekerd bij de volgende storingen:
Modus warm water:
Storing boilervoelers: De sww-functie is geblokkeerd, de
verwarmingsmodus voor de omgevingsverwarming blijft verzekerd.
Buskabel naar de omgevingsvoeler RRG onderbroken: De boilertemperatuur
wordt gestuurd op de ingestelde waarde op de ketelsturingsmodule KBM.
Modus verwarming:
Storingen op de buitenvoeler: In het geval van een defecte buitenvoeler,
wordt de keteltemperatuur gestuurd comform met een buitentemperatuur van
de 0°C.
De ingestelde vorstbeschermingstemperatuur
is dezelfde voor alle werkingsmodi.
De vorstbescherming van het gebouw
wordt verzekerd door de warmtevraag in
de normale of verlaagde verwarmingsmodus.
De vorstbescherming van het gebouw
wordt verzekerd door de warmtevraag
van de kamerthermostaat.
en
indrukken.
tot de punter
47