10
Beschikbare therapiemodi
De tabel hieronder beschrijft de therapiemodi die op het apparaat beschikbaar zijn:
Therapiemodi
CPAP
S
S/T
Beschikbare therapiefuncties
Het apparaat voorziet in de volgende therapiefuncties als deze voor u zijn voorgeschreven.
Bi-Flex-comfortfunctie
Als dit is geactiveerd, verschaft het apparaat uitsluitend in de S-modus een comfortfunctie die Bi-Flex heet.
De Bi-Flex-functie stelt de therapie af door een geringe mate van drukontlasting toe te voegen tijdens de
eindfasen van de inademing en tijdens actieve uitademing (aan het begin van de uitademing). Bi-Flex-niveaus
1, 2 en 3 weerspiegelen progressief toenemende drukontlasting die optreedt aan het einde van de inademing
en aan het begin van de uitademing.
Ramp
Als dit is geactiveerd, voorziet het apparaat in een lineaire ramp-functie. De ramp-functie verlaagt de druk,
waarna de druk geleidelijk wordt opgevoerd (ramp) tot aan de voorgeschreven drukinstelling, zodat patiënten
gemakkelijker in slaap kunnen vallen.
BiPAP S/T gebruikshandleiding
Continue positieve luchtwegdruk; CPAP houdt gedurende de gehele
ademhalingscyclus een constant drukniveau in stand.
Spontane drukondersteuning; een bi-niveau-therapiemodus waarbij ademhalingen
door de patiënt worden geactiveerd en gecycleerd. Het apparaat triggert naar
IPAP (positieve luchtwegdruk voor uitademing) in reactie op een spontane
inademingsinspanning en schakelt over naar EPAP (expiratoire positieve
luchtwegdruk) tijdens de uitademing. Het apparaat schakelt ook over op een
door de patiënt geactiveerde ademhaling als er gedurende 3 seconden geen
uitademingsinspanning van de patiënt wordt gedetecteerd. De mate van
drukondersteuning (PS) die wordt geleverd, wordt bepaald door het verschil tussen
de instellingen voor IPAP en EPAP (PS = IPAP – EPAP).
Spontane/getimede drukondersteuning; een bi-niveau-therapiemodus waarbij
elke ademhaling door de patiënt is geactiveerd en gecycleerd of door de machine
is geactiveerd en gecycleerd. De S/T-modus is vergelijkbaar met de S-modus, met
het verschil dat het apparaat ook door de machine geactiveerde ademhalingen
activeert op basis van een ingestelde ademhalingssnelheid en door de machine
gecycleerde ademhalingen cycleert op basis van een ingestelde inademingstijd als
de patiënt niet spontaan ademt binnen een ingestelde tijd.
Beschrijving