De motoren centreren na gebruik van de joystick
Als u de joystick loslaat blijven de motoren in de laatste opgedragen stand staan, tenzij de laatste opdracht gieren was
(ronddraaien van de joystick). Draai het stuurwiel voorbij de elektronische arreteerstand of draai de joystick rond om de
motoren te centreren.
De ERC-hendels verstellen in de joystickmodus
Als de ERC-hendels worden versteld terwijl de joystick wordt gebruikt, wordt er een niet-kritieke storing in het systeem
gezet. Er klinkt een reeks pieptonen met tussenperioden van zes seconden, de storing 'ERC override' wordt op de
VesselView gemeld en de ERC neemt de besturing van de boot over van de joystick. Nadat de ERC-hendels zijn
teruggezet op neutraal kan de boot weer met de joystick worden bestuurd.
Automatische trimfunctie
De joystickbesturing voor buitenboordmotoren heeft een automatische trimfunctie die kan worden gebruikt in combinatie
met het Skyhook positiesysteem en de joystick. De functie trimt de motoren automatisch omhoog of omlaag tot een stand
die door de bootbouwer is ingesteld.
Automatische trimfunctie inschakelen
De automatische trimfunctie wordt ingeschakeld als de ERC-hendels in versnelling worden gezet en dan naar neutraal wordt teruggezet, of als de motoren
worden gestart.
Automatisch omhoog trimmen
Als de bestuurder de besturing van de boot met de joystick wil overnemen, zet de automatische trimfunctie alle lager getrimde motoren omhoog in de
vooringestelde stand, als de automatische trimfunctie is ingeschakeld zoals hierboven beschreven. De automatische trimfunctie trimt de motoren ook
omhoog als Skyhook wordt ingeschakeld. Nadat de motoren tot de vooringestelde stand omhoog zijn getrimd, wordt de automatische trimfunctie
uitgeschakeld: hij kan alleen weer worden ingeschakeld zoals hierboven beschreven.
Automatisch omlaag trimmen
Als de bestuurder de besturing van de boot met de joystick wil overnemen en een of meer motoren hoger dan de vooringestelde stand zijn getrimd, wordt
op de VesselView-display een popup weergegeven. En ook als Skyhook wordt ingeschakeld terwijl een of meer motoren hoger dan de vooringestelde stand
zijn getrimd, wordt de popup weergegeven. De popup verdwijnt na 10 seconden, maar de bestuurder heeft 15 seconden de tijd om de functie voor
automatisch omlaag trimmen in te schakelen.
Om het omlaag trimmen in te schakelen, drukt u kort op de knop voor alles omlaag trimmen op de ERC of de trimpad. Alle motoren die hoger dan de
vooringestelde stand zijn getrimd, worden automatisch tot aan de vooringestelde stand omlaag getrimd. Om het automatisch omlaag trimmen van een
bepaalde motor te stoppen, drukt u op een van de trimknoppen (omhoog of omlaag) voor die motor. Om het omlaagtrimmen van alle motoren te stoppen,
drukt u op een willekeurige knop voor alles trimmen.
BELANGRIJK: De vooringestelde positie voor de automatische trimstand is tot op ±3° nauwkeurig, wat betekent dat de
automatische trimfunctie de trimstand in beide richtingen tot maximaal 3° te hoog of laag kan instellen. Als een of meer
motoren automatisch omhoog getrimd zijn en de resterende motoren automatisch omlaag worden getrimd, kan het verschil
in de trimstand van de motoren wel 6° bedragen. Dit is geen defect.
Alle motoren in dezelfde automatische trimstand zetten:
1.
Zorg dat de motoren zijn afgezet maar de contactsleutels op Aan staan, en trim alle motoren helemaal omlaag. Houd
de trimknop nog drie seconden ingedrukt.
2.
Start de motoren.
3.
Schakel de automatische trimfunctie opnieuw in.
4.
Schakel de joystick of Skyhook opnieuw in. De motoren worden automatisch tot dezelfde stand omhoog getrimd.
Besturingsoverdracht
Op sommige boten kan de besturing van de boot op meerdere plaatsen worden verricht. Deze plaatsen worden doorgaans
dashboards of stations genoemd. "Besturingsoverdracht" is de term voor de methode voor het overdragen van de
besturing van het ene dashboard (of station) op een ander dashboard.
Voorkom ernstig of dodelijk letsel door verlies van de controle over de boot. De bootbestuurder mag nooit het actieve
station verlaten als de motor in versnelling is geschakeld. Overdracht van de besturing mag alleen plaatsvinden als beide
stations bemand zijn. Overdracht van de besturing door één persoon mag alleen worden uitgevoerd met de motor in
neutraal.
Met de functie besturingsoverdracht kan de bootbestuurder bepalen welk dashboard de boot bestuurt. Voordat
besturingsoverdracht kan plaatsvinden, moeten de ERC-hendels van het actieve dashboard en die op het dashboard
waaraan de besturing wordt overgedragen, op neutraal staan.
NB: Als u probeert om de besturing over te dragen terwijl de ERC-hendels niet op neutraal staan, klinkt er een pieptoon en
zal de besturingsoverdracht niet plaatsvinden, tenzij de hendels van de dashboard op neutraal worden gezet en er opnieuw
een verzoek tot besturingsoverdracht wordt gedaan.
90-8M0112088
JULI 2015
nld
WAARSCHUWING
!
Hoofdstuk 2 - Op het water
Bladzijde 21