Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Gossen MetraWatt PROFITEST MPRO MXTRA DIN VDE 0100 Gebruiksaanwijzing pagina 43

Inhoudsopgave

Advertenties

Geologische analyse
Afgezien van extreme gevallen gaat de meting van de bodem die
moet worden onderzocht tot een diepte die ongeveer gelijk is met
de afstand van de sonde d.
Het is dus mogelijk dat u door een variatie van de sondeafstand
informatie verkrijgt over de lagenstructuur van de ondergrond.
Goed geleidende lagen (grondwaterspiegel) waarin de aardelek-
trode moet worden aangelegd, kunnen daarom in een slecht
geleidende omgeving worden getraceerd.
Specifieke aardingsweerstanden zijn onderhevig aan grote
schommelingen die verschillende oorzaken kunnen hebben als
porositeit, doorvochtiging, oplossingsconcentratie van zouten in
het grondwater en klimatologische schommelingen.
Het verloop van de specifieke aardingsweerstand ρ
het jaargetijde (de bodemtemperatuur en de negatieve tempera-
tuurcoëfficiënten van de grond) kan tamelijk goed bij benadering
worden weergegeven door een sinuscurve.
(%)
E
30
20
10
jan.
mrt. mei
jul.
-10
-20
-30
Specifieke aardingsweerstanden ρE al naar gelang het jaargetijde zonder
beïnvloeding door neerslag (ingraafdiepte van de aarddraad <1,5m)
In de volgende tabel worden enkele specifieke aardingsweerstan-
den voor verschillende bodems samengesteld.
Soort bodem
specifieke aardingsweerstand
ρ
[Ωm]
E
natte moerasbodem
akkerbodem, leem- en kleibo-
dem, vochtig grind
vochtige zandbodem
droge zandbodem,
droog grind
stenige bodem
Rots
Specifieke aardweerstand ρ
bij verschillende bodemsoorten
E
GMC-I Messtechnik GmbH
naargelang
E
sept. nov.
8 ...
60
20 ...
300
200 ...
600
200 ...
2000
300 ...
8000
4
10
...
10
10
Berekenen van de spreidingsweerstanden
Voor de vaak voorkomende aardelektrodevormen zijn in deze
tabel de formules aangegeven voor het berekenen van de sprei-
dingsweerstanden.
In de praktijk volstaan meestal deze vuistregels.
Nummer
Aardelektrode
Stripaardelektrode
1
(stralenaardelektrode)
Stafaardelektrode
2
(diepte-aardelektrode)
3
Ringaardelektrode
4
Maasaardelektrode
5
Plaataardelektrode
6
Halfronde aardelektrode
Formules voor het berekenen van de spreidingsweerstand R
schillende aardelektroden
R
= spreidingsweerstand (Ω)
A
ρ
= Specifieke weerstand (Ωm)
E
I = Lengte van de aardelektrode (m)
D = Doorsnede van een ringaardelektrode, doorsnede van het reserve-
kringoppervlak van een maasaardelektrode of doorsnede van een
halfronde aardelektrode (m)
2
F = Oppervlak (m
) van het omsloten oppervlak van een ring- of maas-
aardelektrode
a = Kantlengte (m) van een kwadratische aardelektrodeplaat; bij recht-
hoekige platen moet voor a het volgende worden ingezet: √ b x c, b
en c zijn hierbij de twee zijden van de rechthoek.
3
J = Inhoud (m
) van een aparte fundering
Vuistregel
Hulpgrootheid
2 ρ
E
--------- -
=
R
A
I
ρ
E
--- -
=
R
A
I
2 ρ
E
=
--------- -
D
1,13
=
R
A
3D
2 ρ
E
=
D
1,13
--------- -
=
R
A
2D
2 ρ
E
--------- -
=
R A
4,5 a
ρ
E
=
D
1,57
------- -
=
R
A
π D
voor ver-
A
2
F
2
F
3
J
43

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave