5.13 Wielnaven, oliestand con-
troleren
Aandacht
!
Oliepeil aan beide wielnaven controleren.
Soort olie zie paragraaf "Bedrijfsstoffentabel".
Afb. 129
Machine zo rijden dat de afsluitschroef (1)
l
(Afb. 129)horizontaal staat.
Omgeving van de afsluitschroef reinigen en de
l
schroef eruit draaien.
Oliepeil controleren. De olie moet aan de on-
l
derste rand van de boring staan, evt. olie bij-
vullen.
Afsluitschroef weer vast erin schroeven.
l
BW 213 D-4
5.14 Trillager, oliestand contro-
leren
Aandacht
!
Controle alleen in bedrijfswarme toestand na
ca. 1/2 uur loop met trillen.
Gevaar van lagerschade! Er mag geen vuil in
de behuizing van de opwekker dringen.
Bij olieverlies de oorzaak vaststellen, de ban-
dage evt. laten repareren.
Oliesoort zie paragrafen "Bedrijfsstoffen" en
"Bedrijfsstoffentabel".
Machine neerzetten op horizontale onder-
l
grond.
Afb. 130
Bandage zo bewegen dat de oliecontrolestop
l
(1) (Afb. 130) aan de linkerkant van de banda-
ge op het laagste punt staat.
Omgeving van de controle- en van de olievul-
l
stop grondig reinigen.
Controlestop (1) eruit draaien.
l
Er moet wat olie uit de controleboring druppelen.
Evt. olievulstop (2) eruit draaien en wat olie in-
l
gieten door de vulopening (2) tot er olie uit de
controleopening druppelt.
Olievul- (2) en controlestop (1) weer vast-
l
schroeven.
Herhaal de controle aan de tegenovergelegen
l
kant.
BOMAG
www.duma-rent.com
Na iedere 250 werkuren
93