Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder
en bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of
verdwenen stickers.
1. Trap de tractiepedaal naar
voren om voorwaarts te
rijden en naar achteren om
achteruit te rijden
2. Om de parkeerrem in
werking te stellen, trapt u het
rempedaal in en zet u de
parkeerremhendel omhoog
Onderdeelnr. 98-5015
1. Risico om gegrepen te worden door aandrijfas – blijf uit de buurt
van bewegende onderdelen
Onderdeelnr. 98-1508
3. Om de parkeerem vrij te
zetten, trapt u het rempedaal
in
4. Om de tractor tot stilstand te
brengen, trapt u het
rempedaal in
5. Gevaar – lees de
gebruikershandleiding en
zorg ervoor dat u die begrijpt
6. Machine kan kantelen –
gebruik de maaimachine niet
dwars op hellingen van meer
dan 5 graden, heuvel-
opwaarts op hellingen van
meer dan 10 graden of
heuvelafwaarts op hellingen
van meer dan 15 graden
7. Handen of voeten kunnen
worden gesneden/
geamputeerd – blijf uit de
buurt van draaiende messen
en bewegende onderdelen
Onderdeelnr. 99-2986
1. Ledematen kunnen
bekneld raken/afgesneden
worden – kijk achterom en
naar beneden als u
achteruit rijdt
9
8. Machine kan voorwerpen
uitwerpen – houd
omstanders op een afstand
9. Maaimachine kan voor-
werpen uitwerpen – zorg
ervoor dat de grasgeleider op
zijn plaats zit
10. Ledematen kunnen bekneld
raken/afgesneden worden –
kijk achterom en naar
beneden als u achteruit rijdt;
neem geen passagiers mee
en houd kinderen op afstand
2. Schakel de functie voor
niet-werken-in-achteruit
niet uit als er kinderen of
omstanders in de buurt
zijn
3. Houd kinderen uit de buurt