Inbedrijfstelling
Instellen van het gasblok
1
2
Instellen van de verbrandings-
kwaliteit
•
Sluit het toestel waterzijdig,
gaszijdig en elektrisch aan.
Door het afwijkende ontstekingsgedrag
van aardgas LL en aardgas H moet het
gasluchtmengsel worden aangepast.
•
Als de ontsteking heeft plaatsge-
vonden, kunt u met de instel-
schroef (2) op de gasklep de
voorgeschreven CO2-waarde bij
vollast instellen.
•
Stel de CO2-waarde bij deellast in
met de instelschroef (1) op het
gasblok.
Instelwaarden aardgas
Aardgas L / H
RENDAMAX 30
Gasdruk
mbar
CO
max. 65/85/120
%
2
CO
max. 100
%
2
CO
min. 65/85/120
%
2
CO
min. 100
%
2
De min. en max. CO2-waarden moet
altijd minstens 0,3% van elkaar
verschillen.
Omschakeling van aardgas op
vloeibaar gas
Voor het ombouwen van aardgas op
vloeibaar gas dient u de volgende
kleppen te gebruiken (verkrijgbaar als
set)
R30 65:
6,0 mm
R30 85:
6,0 mm
R30 100:
6,8 mm
Instelwaarden vloeibaar gas
Vloeibaar gas
RENDAMAX 30
Gasdruk
mbar
CO
max. 65/85/120
%
2
CO
max. 100
%
2
CO
min. 65/85/120
%
2
CO
min. 100
%
2
De min. en max. CO2-waarden moet
altijd minstens 0,3% van elkaar
verschillen.
20
8,8 ± 0,2
9,4 ± 0,2
8,2 ± 0,2
8,8 ± 0,2
50
9,8 ± 0,2
10,4 ± 0,2
9,0 ± 0,2
9,6 ± 0,2
19