nl Reinigingsfuncties
18 Reinigingsfuncties
Gebruik de reinigingsfuncties om het apparaat te reini-
gen.
18.1 Reinigingsfunctie "zelfreiniging"
Met de reinigingsfunctie "zelfreiniging" reinigt de bin-
nenruimte zichzelf vrijwel automatisch.
Reinig de binnenruimte om de 2 tot 3 maanden met de
reinigingsfunctie. U kunt de reinigingsfunctie desge-
wenst vaker gebruiken. De reinigingsfunctie heeft ca.
2,5 - 4,7 kilowattuur nodig.
Apparaat voor de reinigingsfunctie voorbereiden
Om een goed reinigingsresultaat te verkrijgen en scha-
de te vermijden, dient u het apparaat zorgvuldig voor te
bereiden.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brand!
Brandbare voorwerpen die in de binnenruimte worden
bewaard kunnen vlam vatten.
▶
Bewaar nooit brandbare voorwerpen in de binnen-
ruimte.
▶
Wanneer er rook wordt geproduceerd moet het ap-
paraat worden uitgeschakeld of de stekker uit het
stopcontact worden gehaald en moet de deur ge-
sloten worden gehouden om eventueel optredende
vlammen te doven.
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen tijdens
de reiniging vlam vatten.
▶
Verwijder voordat de reiniging start altijd de grove
verontreiniging uit de binnenruimte en van de acces-
soires.
De buitenkant van het apparaat wordt zeer heet tijdens
het reinigen.
▶
Nooit brandbare voorwerpen, zoals bijv. droogdoe-
ken, aan de deurgreep hangen.
▶
Voorkant van het apparaat vrijhouden.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
Bij beschadigde deurafdichting ontsnapt grote hitte in
het bereik van de deur.
▶
De dichting niet schuren en niet afnemen.
▶
Nooit het apparaat met beschadigde afdichting of
zonder afdichting gebruiken.
1.
Watertank uit het apparaat nemen.
2.
Haal de accessoires en vormen uit de binnenruimte.
3.
De rekjes losmaken en uit de binnenruimte nemen.
→ "Rekjes", Pagina 28
4.
Verwijder grove verontreiniging uit de binnenruimte.
5.
De binnenkant van de apparaatdeur en de randop-
pervlakken bij de deurafdichting met zeepsop en
een zachte doek reinigen.
De deurafdichting niet afnemen en niet schuren.
Verwijder sterke verontreinigingen op de binnenruit
met ovenreiniger.
6.
Voorwerpen uit de binnenruimte halen. De binnen-
ruimte moet leeg zijn.
Accessoirehouders gebruiken
Met de accessoirehouders kunt u een accessoire bij
de reinigingsfunctie mee reinigen.
1.
De accessoirehouders op dezelfde manier als de
rekjes inhangen.
→ "Rekjes", Pagina 28
26
Opmerking:
De verticale staaf
moet vooraan zijn.
2.
Grove verontreinigingen van de accessoires verwij-
deren.
3.
De accessoires op de accessoirehouder leggen.
Opmerking: Alleen meegeleverde, geëmailleerde
accessoires mee reinigen, bijv. universele braadsle-
de of bakplaat. Roosters zijn niet geschikt voor de
reinigingsfunctie en zouden verkleuren.
Reinigingsfunctie "zelfreiniging" instellen
WAARSCHUWING ‒ Kans op gevaar voor de
gezondheid!
De reinigingsfunctie warmt de binnenruimte tot een
heel hoge temperatuur op zodat resten van braden,
grillen en bakken verbranden. Hierbij komen dampen
vrij die tot irritaties van de slijmvliezen kunnen leiden.
▶
Tijdens de reinigingsfunctie de keuken grondig ven-
tileren.
▶
Niet gedurende langere tijd in de ruimte verblijven.
▶
Kinderen en huisdieren uit de buurt houden.
WAARSCHUWING ‒ Kans op brandwonden!
De binnenruimte wordt zeer heet tijdens het reinigen.
▶
Nooit de apparaatdeur openen.
▶
Het apparaat laten afkoelen.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
De buitenkant van het apparaat wordt zeer heet tij-
dens het reinigen.
▶
Nooit de apparaatdeur aanraken.
▶
Het apparaat laten afkoelen.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
Opmerking: De ovenlamp brandt niet tijdens de reini-
gingsfunctie.
Vereiste: → "Apparaat voor de reinigingsfunctie voor-
bereiden", Pagina 26.
1.
Schakel het apparaat in met
2.
Druk op
.
3.
"Zelfreiniging"
met of instellen.
4.
Naar de volgende regel met
5.
De reinigingsstand met of selecteren.
aan de accessoirehouders
.
navigeren.