2. Starteenheid
Met deze functie wordt bepaald welke eenheid verschijnt na inschakelen van
de weegschaal.
3. Versnelling van de zwaartekracht
70
<Start unit> kiezen.
De gewenste starteenheid kiezen.
De gekozen eenheid verschijnt na
herstarten.
In de weegschalen met
typetoelating zijn niet alle
weegeenheden beschikbaar.
<Acceleration of gravity> kiezen.
In het invoervenster de lokale
valversnelling in te voeren.
KEN-TM/KET_TAM-BA-nl-1631