7.3.1
Computer
Computerinterface kiezen/configureren.
3. Poort
4. Adres
KEN-TM/KET_TAM-BA-nl-1631
<Computer> kiezen.
De configuratieopties worden afgelezen.
<Port> kiezen.
Beschikbare interfaces worden afgelezen
waarmee het apparaat aan de computer
kan worden aangesloten.
<Adress> kiezen.
In het invoerscherm het gewenste adres
invoeren en met de toets bevestigen.
41