NordicTrack T23.0 Gebruikershandleiding pagina 24
Verberg thumbnails
Zie ook voor T23.0:
- Gebruikershandleiding (40 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (40 pagina's) ,
- Gebruikershandleiding (40 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
6. Meet desgewenst uw hartslag.
Aandacht: als u de handgreep met hartslag-
monitor en de borstkas hartslagmonitor
tegelijkertijd gebruikt, zal het bedieningspaneel
uw hartslag niet nauwkeurig weergeven. Zie
bladzijde 18 voor meer informatie over de borstkas
hartslagmonitor.
Verwijder de
plastic velletjes
van de metalen
contactpunten
voordat u de
handgreep met
hartslagmonitor
gaat gebruiken.
Zorg er ook voor
dat uw handen
schoon zijn.
Ga, om uw hartslag te meten, op de voetrails
staan en houdt de contactpunten met uw handpal-
men ongeveer tien seconden lang vast. Beweeg
uw handen niet. Wanneer uw pols gevonden kan
worden zal uw hartslag weergegeven worden.
Houd de contactpunten ongeveer 15 secon-
den lang vast voor de meest nauwkeurige
hartslagwaarde.
7. Zet desgewenst de ventilator aan.
De ventilator kent meerdere snelheidsinstellin-
gen en een automatische instelling. Wanneer de
automatische instelling gekozen wordt, zal de snel-
heid van de ventilator automatisch toenemen en
afnemen naar mate de snelheid van de loopband
toeneemt en afneemt.
Druk herhaaldelijk op de ven-
tilatortoetsen om een ventila-
torsnelheid te kiezen of om de
ventilator uit te zetten.
Contactpunten
24
8. Verwijder de sleutel uit het bedieningspaneel
wanneer u klaar bent met oefenen.
Stap op het loopvlak en raak de thuistoets of
de terugtoets op het scherm aan of druk op de
Stoptoets op het bedieningspaneel. Een samen-
vatting van de workout zal dan op het scherm
verschijnen. Raak de toets Finish (beëindigen) aan
om naar het hoofdscherm terug te keren nadat u
de samenvatting van de workout heeft bekeken. U
kunt ook uw resultaten of bewaren of weergeven
met een van de opties op het scherm. Stel dan de
hellingstand van de loopband op nul. De hel-
lingstand van de loopband moet op nul staan
wanneer u de loopband in de opbergstand
inklapt anders kan de loopband beschadigd
worden. Trek vervolgens de sleutel uit het bedie-
ningspaneel en berg deze veilig op.
Druk de stroomschakelaar in de off-stand (uit) en
trek de stroomkabel uit wanneer u klaar bent met
oefenen. BELANGRIJK: als u dit niet doet, kun-
nen de elektrische onderdelen van de loopband
voortijdig slijten.
HOE EEN VOORAF INGESTELDE WORKOUT TE
GEBRUIKEN
1. Steek de sleutel in het bedieningspaneel.
Raadpleeg HOE HET APPARAAT AAN TE ZETTEN
op bladzijde 21.
2. Kies een vooraf ingestelde workout.
U kunt ook op de toets Calorie (Calorieën),
Intensity (Intensiteit) of Speed (Snelheid), of op
de toets Incline (Helling) op het bedieningspaneel
drukken om een vooraf ingesteld workout te kiezen.
Aandacht: u kunt ook de toets met het hardlopertje
op het scherm aanraken om het Workouts menu te
kiezen.
Kies dan de gewenste workout. Het scherm zal de
naam, duur en de afstand van de workout weer-
geven. Het scherm zal ook het geschatte aantal
calorieën dat u tijdens de workout zult verbranden
en een profiel van de hellinginstellingen van de
workout weergeven.
Advertenties
Inhoudsopgave
