Inhoudsopgave
Advertenties
12
2.7
Veiligheidsvoorschriften
gebruik
van
systeem
1. Het hydraulisch systeem staat onder hoge druk!
2. Bij het aankoppelen van hydraulische cilinders
en
–motoren moet
voorgeschreven
hydrauliekslangen!
3. Bij het aansluiten van de hydrauliekslangen aan
het hydraulisch systeem van de trekker moet
erop worden gelet, dat zowel het hydraulisch
systeem van de trekker als machine drukloos is!
4. Bij
hydraulische
trekker en werktuig moeten de snelkoppelingen
worden gemerkt zodat verkeerde bediening
wordt uitgesloten! Bij verwisselen van de
aansluitingen keert de functie om, bijv. heffen
i.p.v. zakken. Gevaar voor ongelukken!
5. Hydraulische
slangleidingen
bedrijfstellen en vervolgens minstens een keer
per jaar door een vakman op werkveiligheid
laten controleren!
6. Hydraulische
slangverbindingen
controleren en bij veroudering vervangen. De
nieuw geplaatste slangen moeten voldoen aan
de
technische
machinefabrikant!
7. De gebruiksduur van slangleidingen mag niet
meer zijn dan 6 jaar, inclusief een eventuele
opslagtijd van ten hoogste twee jaar. Ook bij
vakkundige opslag en toelaatbare belasting zijn
slangen en slangverbindingen onderhevig aan
natuurlijke
veroudering.
opslagtijd en gebruiksduur beperkt. Afwijkend
hiervan kan de gebruiksduur overeenkomstig de
ervaringswaarden, met name met het in acht
nemen van het potentiële gevaar, worden
vastgelegd. Voor slangen en slangleidingen van
thermoplastisch
richtwaarden gelden!
8. Alvorens
aan
werkzaamheden te verrichten, eerst de machine
laten zakken, systeem drukloos maken en motor
afzetten!
9. Bij het opsporen van lekkages, wegens gevaar
voor verwondingen de juiste hulpmiddelen
gebruiken!
10. Vloeistoffen (hydraulische olie) die onder hoge
druk ontsnappen kunnen door de huid dringen
en zware verwondingen veroorzaken!
F
Bij verwonding onmiddellijk een arts
raadplegen! Gevaar voor infecties!
Veiligheid
een
hydraulisch
gelet
worden
op
aankoppeling
van
functieverbindingen
tussen
voor
het
regelmatig
specificaties
van
Daardoor
is
materiaal
kunnen
andere
het
hydraulisch
systeem
bij
2.8
Algemene
ongevallenpreventievoorschriften
bij
onderhoud
a
Niet op de machine klimmen met of
de
zonder hulpmiddelen bij service en
de
reinigingswerkzaamheden.
voor ongelukken!
1. Het is verboden onder de opgeheven, niet
beveiligde machine te staan. Tijdens het in- en
uitklappen van de schijvenpakketten op een
veilige afstand buiten het machinebereik blijven
(behalve de bestuurder)!
2. Service, reparatie en schoonmaakwerkzaam-
heden evenals het verhelpen van storingen,
altijd uitvoeren met uitgeschakelde aandrijving
en stilstaande motor! Contactsleutel uitnemen!
in
3. Bij schoonmaken en reparatie van de machine
een veiligheidshelm dragen!
4. Regelmatig controleren of moeren en bouten
nog vastzitten en zonodig natrekken!
5. Alle bevestigingsbouten en moeren volgens
voorschrift van de fabrikant natrekken!
6. Bij laswerkzaamheden aan de machine die aan
de
de trekker gekoppeld is, moeten de accukabels
worden losgekoppeld!
7. Wielen (van het rijwerk) alleen in de werkstand
van de machine verwisselen!
8. Bij het vervangen van scherpe machinedelen
geschikt gereedschap en werkhandschoenen
gebruiken!
hun
9. Vervangende onderdelen moeten minstens aan
de
door
vastgelegde technische eisen voldoen! Daarom
uitsluitend
gebruiken!
10. Na met verf overspuiten van de machine de
waarschuwingsstickers vervangen!
veiligheids-
service,
reparatie
de
fabrikant
van
de
%%* -onderdelen
originele
en
en
Gevaar
machine
Advertenties
Inhoudsopgave
