Het invriezen en bewaren van levensmiddelen
Ca. 24 uur vóór het inruimen
^ Stel met de Aan/Uit – schakelaar /
temperatuurregelaar een gemiddelde
of lage temperatuur in.
^ Schakel de winterschakeling in.
Zie hoofdstuk: "Winterschakeling".
De producten die al zijn ingevroren krij-
gen zo een koudereserve.
Het inruimen
De levensmiddelen kunnen overal in de
diepvrieszone worden ingevroren.
In een diepvrieslade en op een glas-
plaat kan maximaal 25 kg worden
gelegd.
^ Leg de in te vriezen producten over
de hele breedte in een diepvrieslade
of op een glasplaat.
^ Wanneer u de diepvriesladen niet ge-
bruikt, leg dan de in te vriezen pro-
ducten direct op de bodem of dicht
tegen de zijwanden van de diepvries-
zone.
^ Zorg ervoor dat het materiaal waarin
de in te vriezen producten zijn ver-
pakt droog is, zodat de producten
niet aan elkaar of aan de bodem van
de diepvriesladen vastvriezen.
Leg in te vriezen levensmiddelen
niet tegen reeds ingevroren levens-
middelen om te voorkomen dat de
laatste gaan ontdooien.
28
Ca. 24 uur na het inruimen
^ Stel met de Aan/Uit – schakelaar /
temperatuurregelaar een iets hogere
temperatuur in.
^ Schakel de winterschakeling uit.
Grote stukken vlees
Wanneer u een groot stuk vlees wilt in-
vriezen, bijv. kalkoen of wildbraad kunt
u het beste de glasplaat tussen de 2
diepvriesladen verwijderen. Zo is er
meer plaats.
^ Haal de diepvriesladen uit het appa-
raat, til de glasplaat iets op en haal
deze uit het apparaat.