7. Verwijder de ROM-module uit sleuf A. Bewaar de
ROM-module in een antistatische verpakking, gelijk aan de
verpakking waarin de module is geleverd.
8. Plaats de printplaat weer in de printer.
9. Zet de printplaat vast met de twee schroeven.
10. Sluit alle interfacekabels en het netsnoer weer aan.
11. Sluit het netsnoer vervolgens op een stopcontact aan.
12. Zet de printer aan.
Interfacekaarten
De printer wordt geleverd met een interfacesleuf van type B. Er
zijn diverse optionele interfacekaarten beschikbaar waarmee u de
interfacemogelijkheden van de printer kunt uitbreiden.
230
Optionele onderdelen installeren