Bepaalde resultaten van Autotest bekijken:
Druk na voltooide Autotest op de toets [ ] om door het veld met testen te
lopen.
Druk op de toets [TEST].
Resultaat van de geselecteerde functie wordt getoond.
Druk op de toets [ ] (of [ ]) om de volgende functie van de Autotest te
selecteren.
Herhaal dit tot u alle resultaten hebt gezien.
U sluit het bekijken v
het geselecteerde Autotestnummer wordt getoond of door op de toets [ESC]
te drukken.
7.1.1 Hoo
fdmenu Autotest
In het instrument kunnen tot 99 Autotesten worden opgeslagen.
7.1.2 Auto test instellingen
Toetsen in hoofdmenu Autotest:
TEST
/
/
TAB
ESC
F1
F2
MEM
an de resultaten af door op de toets [ ] te drukken tot
#3
*
TEST
EXA1
De geselecteerde Autotest starten.
Het Autotestnummer of de meetfunctie selecteren (zie § 7.1.1 -
Hoofdmenu Autotest).
Individuele Autoteststap/meetfunctie selecteren.
Veld testparameter binnengaan (zie § 7.1.3 - Testparameters
Autotest).
Autotestmenu zonder wijzigingen verlaten.
Editor voor het hernoemen van de geselecteerde Autotest en
di
ens beschrijv
ing binneng
besc
hrijving v
an Au
Men
u voor het
instellen
binnengaan (z
ie § 7.1.7
instellen).
De gekozen A
utotest b
Autotest bew
aren (se
Resultaten van
Autotes
93
Overige functies van het apparaat
Autotest nummer.
Geeft aan dat de vooraf ingestelde Autotest
is gewijzigd en nog niet is opgeslagen. De
Autotest kan toc
h worden uitgevoerd.
Optionele Autotestnaam (zie § 7.1
en beschrijving van Autotest).
Indicatie van vergrendelde Autotest (zie §
7.1.2 - Autotest instellingen).
a
an (zie § 7.1
totes
t
).
van
de pauzevlag en commentaren
- O
pmerkingenscherm en o
ewar
en (zie § 7.1.5 - Instellingen
quen
tie, nummer, naam)).
t be
waren/terughalen.
.4 - Naam
.4 - Naam en
pmerking
Rev 001
bij