1. Klik op Print Setup (Afdrukinstellingen) of Print (Afdrukken)
in het menu File (Bestand) van de door u gebruikte toepas-
sing. Het dialoogvenster Print (Afdrukken) of Print Setup
(Afdrukinstellingen) verschijnt.
2. Controleer of uw printer geselecteerd is en klik op Printer,
Setup, Properties (Eigenschappen) of Options (Opties). (Het
kan zijn dat u op twee of meer van deze knoppen moet klik-
ken.) Het venster Document Properties (Documenteigenschap-
pen) verschijnt, met daarin de menu's Page Setup en
Advanced. Deze menu's bevatten de printerdriverinstellingen.
De printersoftware gebruiken
4
4-15