6. Plaats een vel papier met de afdrukzijde omlaag tussen de
zijgeleiders en duw dit naar binnen tot u weerstand voelt. De
printer voert het papier onmiddellijk in en is gereed om met
afdrukken te beginnen.
Opmerking:
De printer drukt niet af als de printerkap open is.
7. Controleer de instellingen van de printerdriver volgens de
instructies in hoofdstuk 4 en pas deze aan, indien nodig. Stuur
een afdruktaak naar de printer.
Wanneer de printer gegevens ontvangt, drukt deze de pagina af.
De pagina wordt vervolgens uitgevoerd naar de papiergeleider.
Verwijder de afgedrukte pagina en breng een nieuw vel papier
aan om door te gaan met het afdrukken van het document. Om
een vel uit te voeren, drukt u op de Load/Eject-knop.
Als de eerste regel op de pagina te hoog of te laag is afgedrukt,
kunt u dit verhelpen met de functie voor precisieverplaatsing.
Zie "De Top-of-form positie (bovenzijde formulier) instellen" op
pagina 2-41.
Let op:
c
Draai nooit aan de knop om de top-of-form positie (bovenzijde
formulier) in te stellen of een vel papier uit te voeren terwijl de
printer aan staat. De printer kan hierdoor beschadigd raken of de
top-of-form positie (bovenzijde formulier) kwijtraken.
Afdrukken op losse vellen
3
3-11