nl
12
Fig. 6: Start van de tweede pomp
De vorige basislastpomp draait op max. toerental verder als pieklastpomp. Dit proces wordt
bij een toenemende last herhaald tot het maximumaantal pompen (hier: 3 pompen).
Fig. 7: Start van de derde pomp
1
Systeemdruk basiswaarde
2
Inschakeldrempel van de basislastpomp
3
Uitschakeldrempel van de basislastpomp
4
Inschakeldrempel van de pieklastpompen
5
Uitschakeldrempel van de pieklastpompen
6
Setpoint toerental van de basislastpomp
Wanneer de behoefte daalt, wordt de regelende pomp uitgeschakeld als deze het ingestel-
de toerental bereikt en tegelijkertijd de gewenste basiswaarde overschrijdt. Een eerdere
pieklastpomp neemt de regeling over.
•
Toerental instellen: Installatie→Frequentieomvormer→Grenswaarden
Als er geen pieklastpomp meer actief is, schakelt de basislastpomp bij overschrijden van de
uitschakeldrempel (3) en na verstrijken van de vertragingstijd, eventueel na een nullast test
uit.
•
Uitschakeldrempel instellen: Regelingsinstelling→Gewenste waarden→In- en uitscha-
keling van de basislastpomp
•
Vertragingstijd instellen: Regelingsinstelling→Gewenste waarden→Vertragingen
Inbouw- en bedieningsvoorschriften • Wilo-Control SC2.0-Booster • Ed.01/2023-09