2.2
Veiligheids- en ongevallenpreventievoorschriften
Cayros BAG0172.8 03.20
1. De kleding van de gebruiker moet nauw aansluiten. Draag stevi-
ge schoenen!
2. Wees extra voorzichtig bij alle scherpe en spitse werktuigen en
bouwdelen - levensgevaar!
3. Maak uzelf voor aanvang van de werkzaamheden vertrouwd
met alle inrichtingen en bedieningselementen en de functie
daarvan, zowel op de tractor als op de ploeg!
Tijdens het werk is het daarvoor te laat.
4. De ploeg mag alleen met de voorgeschreven componenten
worden bevestigd!
5. Bij de driepuntsaanbouw moeten de aanbouwcategorie (pendi-
ameter, kogeldiameter) van de tractor en de ploeg altijd over-
eenstemmen!
6. Bij het aan- en afkoppelen van de machine aan of van de tractor
is bijzondere voorzichtigheid geboden!
7. Voor het aan- en afbouwen van de machine aan de drie-
puntsophangingen de bedieningsinrichtingen in een stand zet-
ten, waarbij onbedoeld heffen en zakken is uitgesloten!
8. Bij het bedienen van de buitenbediening voor de driepuntsaan-
bouw mag men niet tussen tractor en machine gaan staan!
9. Bij het verblijven tussen de tractor en de machine met erop wor-
den gelet, dat het voertuig is beveiligd tegen wegrollen door
aantrekken van de parkeerram en/of wielkeggen!
10. De machine voor gebruik altijd controleren op verkeers- en ge-
bruiksveiligheid!
11. Houd stickers, die veiligheidsinstructies bevatten, altijd schoon
en leesbaar! Vervang deze in geval van beschadiging!
12. Machines conform de voorschriften aankoppelen. Rijgedrag,
stuur- en remgedrag worden door de machine en ballastgewich-
ten beïnvloed. Let daarom op voldoende stuur- en rembekrach-
tiging!
13. Bij gebruik van openbare verkeerswegen moeten de geldende
bepalingen voor het wegverkeer worden aangehouden.
14. Let in de transportstand van de machine altijd op voldoende
zijwaartse borging van de tractordriepunt!
15. Packer-vangarmen voor het wegtransport naar binnen draaien
en borgen!
16. Neem de toelaatbare as- en steunlasten en totaalgewichten in
acht!
17. Voor het wegrijden de omgeving controleren (kinderen)!
18. Houd bij rijden door bochten rekening met de grote uitzwaai en
middelpuntvliedende kracht van de machine!
19. Verlaat de bestuurdersplaats nooit tijdens het rijden!
20. Meerijden tijdens het werken en de transportrit op de machine is
verboden.
21. Plaats voor het verlaten van de tractor de machine op de grond,
zet de motor uit en neem de contactsleutel uit!
Veiligheid
9