Instellen van de ploeg
7.6
Trekpuntinstelling
Over het algemeen moet de ploeg zodanig wor-
den ingesteld, dat er geen zijwaartse trek aan de
tractor optreedt. Om te zorgen dat dit niet ge-
beurt, moeten de trekstangen in de juiste stand
worden gebracht.
Normaal gesproken moet de ploeg zodanig wor-
den ingesteld, dat de aanbouwconstructie
het midden van het tractorspoor naloopt. De
instelling wordt uitgevoerd via de trekspindel
bij de frame-inzwenkcilinder.
Bij ploegen met frame-inzwenkinrichting
moet de frame-inzwenkcilinder geheel zijn
ingeschoven!
Trekt de tractor naar het geploegde deel toe
Trekstangen in de richting van het geploegde
deel verstellen
→
Trekpuntspindel
S
Trekt de tractor naar het ongeploegde deel
toe:
Trekstangen in de richting van het ongeploegde
deel verstellen
Trekpuntspindel
S
→
Standaard:
Vario:
40
A
in
S
in elkaar draaien
uit elkaar draaien.
Cayros BAG0172.8 03.20