Talk Setting (Spreekinstelling)
Deze functie is ideaal voor het maken van aankondigingen tussen uw zanguitvoeringen. Als u een song zingt, worden gewoonlijk
verscheidene effecten zoals reverb, delay en vocal harmony toegewezen aan de MIC/LINE IN Setup. Als u echter uw publiek
toespreekt, kunnen deze effecten storend of onnatuurlijk klinken. Als de knop [TALK] is aangezet, worden de Delay- en Vocal
Harmony-effecten uitgezet en de hoeveelheid reverb automatisch verlaagd. Talk-instellingen kunnen ook worden aangepast,
waardoor u alle gewenste effecten aan uw stem kunt toevoegen, als u uw publiek toespreekt. De knop [TALK] uitzetten, roept
automatisch weer de MIC/LINE IN Setup voor zingen op.
Selecteer een menu.
Druk op de knop
[MIC. SETTING].
Voor zingen
Talk Setting Parameters
VOLUME
PAN
REVERB DEPTH
CHORUS DEPTH
TOTAL VOLUME ATTENUATOR
DSP MIC ON/OFF
DSP MIC TYPE
DSP MIC DEPTH
Microphone Overall Settings (Algemene microfooninstellingen)
Druk op de knop
[MIC. SETTING].
I 3BAND EQ
EQ (Equalizer) is een processor die het frequentiespectrum in meerdere banden verdeelt, die naar wens kunnen worden
versterkt of verzwakt, om zo de frequentierespons naar wens aan te passen. De Tyros2 heeft een hoogwaardige driebands
equalizer functie voor het microfoongeluid.
G Hz ............... Past de middenfrequentie van de corresponderende band aan.
G dB............... Hiermee wordt het niveau van de desbetreffende band met maximaal 12 dB versterkt of verzwakt.
Voor spreken
Dit bepaalt het uitgangsvolume van het microfoongeluid.
Hiermee stelt u de stereopositie van het microfoongeluid in.
Dit stelt de diepte van het reverb effect in, dat wordt toegepast op het microfoongeluid.
Dit stelt de diepte van het chorus effect in, dat wordt toegepast op het microfoongeluid.
Hiermee wordt de hoeveelheid verzwakking bepaald die wordt toegepast op het algehele
geluid (met uitzondering van de microfooningang). Zo kunt u effectief de balans aanpassen
tussen uw stem en het totaalgeluid van het instrument.
Hiermee wordt het DSP-effect aan- of uitgezet dat wordt toegepast op het microfoongeluid.
Hiermee wordt het DSP-effecttype geselecteerd dat wordt toegepast op het
microfoongeluid.
Hiermee wordt de diepte ingesteld van het DSP-effect dat wordt toegepast op het
microfoongeluid.
Stel elke parameter in.
Gebruik, indien nodig, de [TAB]-
knoppen om de Talk Setting display
op te roepen.
LET OP
Instellingen in de Talk Settings display
worden automatisch opgeslagen in
Flash ROM, zodra u de display verlaat.
Als u echter het instrument uitzet
zonder deze display te verlaten, zullen
de instellingen verloren gaan.
Druk, indien nodig, op de [TAB]-knop
om de Microphone Overall Settings
display op te roepen.
Selecteert de rij waarin
de gewenste parameters
zich bevinden door op
de corresponderende
LCD-knop te drukken.
Naslagwerk
Een microfoon gebruiken
OPMERKING
• De instellingen van de Talk Setting
display kunnen worden
weggeschreven naar de Userdrive
of externe apparaten via de
[FUNCTION] → UTILITY →
SYSTEM SETUP display als een
System Setupfile (pagina 196).
LET OP
Instellingen in de Microphone
Overall Settings display worden
automatisch opgeslagen in
Flash ROM, zodra u de display
verlaat. Als u echter het
instrument uitzet zonder deze
display te verlaten, zullen de
instellingen verloren gaan.
Tyros2 gebruikershandleiding
177