LAB-1505-09AA: Gebruiksaanwijzing voor CARILLON
Proximaal anker (coronaire snus)
Oogje van het
proximale anker
Plaatsingssysteem
Plaatsingskatheter:
De plaatsingskatheter vergemakkelijkt de percutane toegang van een meetkatheter,
bevestiging van de cartridge, plaatsing van het implantaat, activering van het
vergrendelingsmechanisme van het distale anker en het terugvangen van het implantaat
(indien nodig).
De plaatsingskatheter is vervaardigd uit een huls van met gevlochten metaal versterkt
polymeer met een luer-Y-connector en kan een injectiedruk van maximaal 1700 kPa (246 psi)
weerstaan. De kathetertip is radiopaak. De plaatsingskatheter is aan het distale uiteinde
gebogen en heeft een buitendiameter van 9 Fr (3,0 mm) en een bruikbare lengte van 70 cm.
De binnendiameter is 2,5 mm waardoor een voerdraad van 0,89 mm (0,035 inch) of een
diagnostische of buigbare katheter met een buitendiameter van 7 Fr (2,3 mm) past
(afbeelding 1.2).
De rechte poort wordt gebruikt om een meetinstrument op te voeren en te verwijderen en om
het implantaat in te brengen. De zijpoort kan worden gebruikt om een radiopaak
contrastmiddel te injecteren.
Cardiac Dimensions
Control Copy
Distaal anker (vena cordis magna)
Oogje van het distale anker
Vergrendelingsbocht in draad
Pijlpunt
Afbeelding 1.1: CARILLON
®
, Inc.
®
Mitral Contour System
Verbindingslint
Proximale krimpmof
®
XE2-implantaat
ORIGINAL
™
(XE2)
Distale krimpmof
Pagina 3 van 23