Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Onderhoud Koelsysteem; Luchtinlaatrooster Reinigen; Onderhouden Remmen; Onderhoud Van De Rem - Toro TURBO FORCE Gebruikershandleiding

Loopmaaier voor professioneel gebruik. maaidek van 91 cm, 16 pk, met t-bar en hydro-aandrijving
Verberg thumbnails Zie ook voor TURBO FORCE:
Inhoudsopgave

Advertenties

Onderhoud koelsysteem

Luchtinlaatrooster reinigen

Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Verwijder aangekoekt gras en vuil van de cilinder en de
koelribben van de cilinderkop, het luchtinlaatrooster
op het uiteinde van het vliegwiel, de carburateur, de
regelhendels en de verbindingen. Dit zal mede zorgen
voor een adequate koeling en een correct motortoerental
en zal de kans verkleinen dat de motor oververhit raakt
en technische schade oploopt.

Onderhouden remmen

Onderhoud van de rem

Stel de parkeerrem altijd in werking wanneer u de
machine stopt of onbeheerd achterlaat. Als de
parkeerrem niet goed werkt, moet u deze afstellen.
De parkeerrem controleren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of dagelijks
Controleer de remmen op een horizontaal oppervlak en
een helling.
1. Parkeer de machine op een horizontaal oppervlak
en schakel de aftakas uit.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht tot alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Stel de parkeerrem in werking. Er moet tamelijk
veel kracht worden uitgeoefend om de parkeerrem
in werking te stellen. Als de parkeerrem niet goed
werkt, moet u deze afstellen. Zie Parkeerrem
afstellen
Opmerking: Als de rem is ingeschakeld, moet de
remhendel 1-uurpositie staan (Figuur 36).
Remmen afstellen
Als de parkeerrem niet goed werkt, moet u deze afstellen.
1. Parkeer de maaimachine op een horizontaal
oppervlak, schakel de aftakas uit en stel de
parkeerrem in werking.
2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht tot alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Controleer de rem voordat u deze afstelt; zie
Remmen controleren.
4. Zet de parkeerrem vrij; zie Parkeerrem vrijzetten in
Gebruiksaanwijzing (bladz. 12).
5. Draai de bovenste en onderste contramoeren
(Figuur 36).
6. Om de rem af te stellen, verwijdert u de R-pen en de
gaffelpen van het onderste deel van de remhendel
(Figuur 36).
7. Draai de remstang in de gaffels. Om de rem vaster
te zetten, moet u de afstand op de stang tussen de
gaffels verlengen. Om de rem losser te zetten, moet
u de afstand op de stang tussen de gaffels verkorten
Figuur 36).
Opmerking: De remstang moet met dezelfde
afstand in beide gaffels worden gedraaid.
31

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

30071

Inhoudsopgave