2. Zet de motor af, verwijder het contactsleuteltje en
wacht tot alle bewegende onderdelen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurderspositie verlaat.
3. Reinig de smeernippels met een doek. Indien nodig
verf van de voorkant van de nippel(s) afkrabben.
4. Zet een smeerpistool op de nippel. Spuit vet in de
nippels totdat er vet bij de lagers naar buiten komt.
5. Veeg overtollig vet weg.
De lagers smeren
Onderhoudsinterval: Bij elk gebruik of
dagelijks—Smeer het lager van
het draaipunt van het voorste
zwenkwiel.
Om de 400 bedrijfsuren—Smeer de
voorwiellagers. (vaker in vuile of
stoffige omstandigheden).
Smeer de lagers van de voorste zwenkwielen en de
voorste draaipunten (Figuur 18).
Spanpoelie van de drijfriem
van de aftakas smeren
Onderhoudsinterval: Om de 50 bedrijfsu-
ren—Spanpoelie van de drijfriem van
de aftakas smeren.
Smeer het draaipunt van de spanpoelie (Figuur 19).
Figuur 18
22
Figuur 19