4. Wijzig de trapweerstand indien gewenst.
Tijdens het trappen kunt u de weerstand van de pedalen
wijzigen door op de toetsen voor weerstandsverhoging
en -verlaging te drukken. Er zijn zestien weerstandsniveaus.
Opmerking: Na het drukken op de toetsen duurt het even
voordat de pedalen het gekozen weerstandsniveau bereiken.
5. Volg uw vooruitgang aan de hand van het display.
De console geeft de verstreken tijd en de afgelegde
afstand weer. Opmerking: Wanneer een slim programma
is kozen, geeft het display de resterende tijd van
het programma weer in plaats van de verstreken tijd.
Het geeft ook uw trapsnelheid in toeren per minuut
(RPM), het aantal verbrande calorieën en vetcalorieën
en uw hartslag weer als u de hartslagsensor in de
handgreep gebruikt.
6. Meet uw hartslag indien gewenst.
Zie HOE UW HARTSLAG TE METEN op pagina 8.
7. Wanneer u klaar bent met oefenen, gaat de console
automatisch in de slaapstand.
Als de pedalen enkele minuten lang niet bewegen,
gaat de console in de slaapstand. Als de pedalen
gedurende enkele minuten niet bewegen en de toetsen
van de console niet worden ingedrukt, wordt de console
automatisch uitgeschakeld.
HOE DE VOORAF INGESTELDE PROGRAMMA'S
TE GEBRUIKEN:
1. Schakel de console in.
De console inschakelen gebeurt door op een willekeurige
toets van de console te drukken of door gewoon te
beginnen met trappen. Het volledige display licht
kortstondig op; de console is nu klaar voor gebruik.
2. Selecteer een programma.
Wanneer u de console inschakelt, knippert het woord
MANUAL op het display.
Druk op de toets UP of DOWN om het programma te
selecteren; selecteer dit op basis van uw doelen en van
het profiel dat op de console wordt weergegeven. Druk
dan op ENTER om te bevestigen.
Opmerking: Programma's 2, 3, 4, 6 en 7 zijn
Prestatieprogramma's en progamma's 1, 5, 8, 9
en 10 zijn Uithoudingsprogramma's.
Raadpleeg een coach voor meer bijzonderheden over
de selectie en het gebruik van een programma.
Het profiel knippert dan op het display.
3. Voer uw gegevens in.
Dan kunt u het doel van uw training kiezen: tijd, afstand
en calorieën.
Selecteer de gegevens met behulp van UP en DOWN en
druk dan op ENTER. Ga op dezelfde manier te werk voor
Afstand en Calorieën, en druk dan op START/STOP om
te starten.
Voor een snellere start drukt u op de Quick Start-toets en
begint u meteen te trappen.
4. Wijzig de trapweerstand indien gewenst.
Tijdens het trappen kunt u de weerstand van de pedalen
wijzigen door op de toetsen voor weerstandsverhoging en
-verlaging te drukken. Er zijn zestien weerstandsniveaus.
Opmerking: Na het drukken op de toetsen duurt het even
voordat de pedalen het gekozen weerstandsniveau bereiken.
5. Wanneer u klaar bent met oefenen, wordt de
console automatisch uitgeschakeld.
Als de pedalen gedurende enkele minuten niet bewegen,
wordt de console uitgeschakeld.
Aan het einde van een programma hoort u een toon
en knippert het programma.
WATT-PROGRAMMA:
1. Schakel de console in.
De console inschakelen gebeurt door op een willekeurige
toets van de console te drukken of door gewoon te
beginnen met trappen. Het volledige display licht
kortstondig op; de console is nu klaar voor gebruik.
2. Selecteer een WATT-programma.
Wanneer u de console inschakelt, knippert het woord
MANUAL op het display.
Druk op de toets UP of DOWN om het programma WATT
te selecteren. WATT knippert dan op het display. Druk op
ENTER om te bevestigen.
3. Voer uw gegevens in.
Dan kunt u het doel van uw training kiezen: tijd, afstand
en calorieën.
Selecteer de gegevens met behulp van UP en DOWN en
druk dan op ENTER.Ga op dezelfde manier te werk voor
Afstand, Calorieën en WATT, en druk dan op START/
STOP om te starten.
OPMERKING: Daar dit programma op uw snelheid
is gebaseerd, kunt u de trapweerstand niet wijzigen
indien gewenst.
4. Wanneer u klaar bent met oefenen, wordt de
console automatisch uitgeschakeld.
Als de pedalen gedurende enkele minuten niet bewegen,
wordt de console uitgeschakeld.
Aan het einde van een programma hoort u een toon en
knippert het programma.
HARTSLAGGESTUURDE PROGRAMMA'S:
1. Schakel de console in.
De console inschakelen gebeurt door op een willekeurige
toets van de console te drukken of door gewoon te
beginnen met trappen. Het volledige display licht
kortstondig op; de console is nu klaar voor gebruik.
2. Selecteer een hartslagprogramma.
Wanneer u de console inschakelt, knippert het woord
MANUAL op het display.
Druk op de toets UP of DOWN om het hartslagprogramma
te selecteren. Het HR-programma knippert dan op het
display. Druk op ENTER om te bevestigen.
10