12.9.2
Vervangen van de zwenkvleugels
1. Draai de zelfborgende moer los (messing
CuZn) (Afb. 86/6).
2. Verwijder de zelfborgende moer (Afb. 86/6),
schotelveren (Afb. 86/7) en zwenkvleugels
(Afb. 86/8) van de fixeerpen.
3. Zorg dat de kunststofring (Afb. 86/9) op de
fixeerpen achterblijft.
4. Monteer de nieuwe zwenkvleugels.
4.1 Schuif de nieuwe zwenkvleugels (Afb.
86/8) op de fixeerpen.
4.2 Schuif de schotelveren (Afb. 86/7) om
en om (niet stapelen) op de fixeerpen.
4.3 Borg de kunststofring (Afb. 86/9),
zwenkvleugels (Afb. 86/8) en
schotelveren (Afb. 86/7) met behulp
van een nieuwe zelfborgende moer
(messing CuZn) (Afb. 86/6) beweeglijk
op de strooiplaat.
4.4 Haal de zelfborgende moer (Afb. 86/6)
met behulp van gereedschap zo vast
aan dat de zwenkvleugel (Afb. 86/8)
nog net met de hand kunt zwenken,
maar tijdens de toepassing niet
zelfstandig omhoog zwenkt.
BAG0092.0 02.07
WAARSCHUWING
Gevaar voor uitwerpen van zwenkvleugels van de strooiplaat als
gevolg van het onbedoeld losraken van de schroefverbindingen!
Vervang beslist ook de gebruikte zelfborgende moeren van de
schroefverbindingen bij het vervangen van de zwenkvleugels door
nieuwe zelfborgende moeren. Een gebruikte zelfborgende moer
beschikt niet meer over de benodigde klemkracht voor het correct
borgen van een schroefverbinding.
Afb. 86
Reinigen, service en onderhoud
125