Samenvatting van Inhoud voor Daikin VRV IV RKXYQ5TAY1B
Pagina 1
Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie Uitgebreide handleiding voor de installateur en de gebruiker RKXYQ5TAY1B Nederlands VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie RDXYQ5TAV1B...
Inhoud 6.2.2 Compressorunit openen..........17 Inhoud 6.2.3 Deksel van de schakelkast van de warmtewisselaarunit openen ........17 Compressorunit monteren............18 6.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij de montage van de 1 Algemene veiligheidsmaatregelen compressorunit ............18 Over de documentatie ............... 6.3.2 Richtlijnen bij de installatie van de compressorunit ..18 1.1.1 Betekenis van de waarschuwingen en symbolen ..
Pagina 3
1 Algemene veiligheidsmaatregelen 7.3.2 Mogelijke comfortinstellingen........38 17.5.1 Over master-gebruikersinterface instellen ....51 7.3.3 Voorbeeld: Automatische stand bij koelen....39 17.5.2 Gebruikersinterface als master instellen (VRV DX) ..51 7.3.4 Voorbeeld: Automatische stand bij verwarmen... 39 17.5.3 Over besturingssystemen ..........51 8 Inbedrijfstelling 18 Energie besparen en optimale werking Overzicht: Inbedrijfstelling ............
Daikin gemaakt of goedgekeurd werden. ze onder toezicht staan of onderricht zijn in het veilige gebruik van WAARSCHUWING het toestel en de mogelijke gevaren begrijpen. Kinderen mogen niet met het toestel spelen.
1 Algemene veiligheidsmaatregelen ▪ In plaatsen met toestellen of machines die elektromagnetische VOORZICHTIG golven uitzenden. Elektromagnetische golven kunnen Draag gepaste persoonlijke beschermingsuitrustingen besturingssysteem storen, waardoor de apparatuur slecht kan (beschermende handschoenen, veiligheidsbril, enz.) werken. wanneer u het systeem installeert of onderhoudt. ▪...
1 Algemene veiligheidsmaatregelen OPMERKING WAARSCHUWING ▪ Om te voorkomen dat de compressor defect raakt, mag De omgevingstemperatuur in de unit kan veel hoger u NIET meer bijvullen dan de gespecificeerde oplopen dan die van de kamer, bv. 70°C. In geval van een hoeveelheid koelmiddel.
Laatste herzieningen van de meegeleverde documentatie kunnen op de regionale Daikin-website of via uw dealer beschikbaar zijn. Leg de stroomtoevoerkabels op minstens 1 meter afstand van televisietoestellen en radio's om geen interferenties te hebben. De documentatie is oorspronkelijk in het Engels geschreven. Alle Afhankelijk van de radiogolven volstaat een afstand van 1 ...
3 Over de doos Voor de installateur ▪ Zonder verpakking. Draag de unit langzaam zoals weergegeven: Over de doos Overzicht: Over de doos In dit hoofdstuk worden de stappen beschreven die u moet uitvoeren nadat de dozen met de compressorunit en de warmtewisselaarunit ter plaatse zijn geleverd.
4 Over de units en opties 3.3.3 Accessoires van de warmtewisselaarunit verwijderen 1× 1× 1× 1× 1× 1× 3× Optioneel filter voor vuil Montagehandleiding voor de warmtewisselaarunit Afdichting Afvoerslang Warmtewisselaarunit Metalen klem Schroef (voor afscherming van transmissiebedrading) (zie "6.9.5 Elektrische bedrading aansluiten op de 3.3.1 De warmtewisselaarunit uitpakken warmtewisselaarunit" op...
4 Over de units en opties 4.2.1 Identificatielabel: Compressorunit Over de compressorunit en de warmtewisselaarunit Plaats Deze montagehandleiding betreft volledig door inverter aangedreven VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie. De compressorunit en warmtewisselaarunit zijn ontworpen voor installatie binnenshuis zijn bedoeld voor lucht-lucht- warmtepomptoepassingen.
4 Over de units en opties overzicht beschikbare units vindt Beschrijving Modelnaam productcatalogus voor VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie. Met optionele montagekast voor KJB111A In het overzicht vindt u de toegelaten combinaties van binnenunits, de schakelaar compressorunits en warmtewisselaarunits. Niet alle combinaties zijn Ga als volgt te werk om een BRP2A81 te installeren: toegelaten.
5 Voorbereiding 5.2.1 Vereisten voor de plaats waar de compressorunit wordt geïnstalleerd A B C INFORMATIE Lees tevens de volgende vereisten: ▪ Algemene vereisten voor de installatieplaats. Zie hoofdstuk “Algemene veiligheidsmaatregelen”. KRC19-26A A B C ▪ Vereisten voor koelmiddelleidingen (lengte, 7 Maak de kabels vast met kabelbinders.
5 Voorbereiding ▪ Serviceruimte. Let op de volgende vereisten: ▪ Serviceruimte. Let op de volgende vereisten: (mm) ≥10 ≥10 (mm) ≥50 ≥500 Bovenaanzicht Vooraanzicht ▪ Zorg ervoor dat ingeval van een waterlek, het water geen schade kan veroorzaken aan de installatieruimte en de omgeving. ▪...
5 Voorbereiding Dit systeem werkt met R410A als koelmiddel. R410A is op zich een Als de ruimte opgedeeld is, maar een opening volledig veilig, niet-toxisch en niet-brandbaar koelmiddel. Niettemin aanwezig is tussen de ruimten die voldoende groot is moet de ruimte waarin het systeem wordt geïnstalleerd, groot om een vrije luchtcirculatie toe te laten.
5 Voorbereiding INFORMATIE De elektrische bedrading Op een verdeler kunnen maximum 8 aftakkingen worden voorbereiden aangesloten. 5.4.1 Over het voldoen aan de normen inzake 5.3.5 Lengte koelmiddelleiding en elektriciteit hoogteverschil Deze apparatuur is conform met: De leidinglengten en hoogteverschillen moeten voldoen aan de ▪...
6 Installatie 6.2.2 Compressorunit openen Transmissiebedrading Ommantelde + afgeschermde kabel (2 draden) GEVAAR: RISICO OM ZICH TE VERBRANDEN Plastic snoeren 0,75~1,25 mm² GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE (afgeschermde kabels voor de transmissiebedrading zijn 1 Verwijder het servicedeksel van de compressorunit. optioneel) Maximale kabellengte 300 m (= afstand tussen compressorunit en verste binnenunit)
6 Installatie 6.4.2 Richtlijnen bij de installatie van de Compressorunit monteren warmtewisselaarunit 6.3.1 Voorzorgsmaatregelen bij de montage INFORMATIE van de compressorunit Optionele apparatuur. Lees ook de installatiehandleiding van de optionele apparatuur bij de installatie hiervan. INFORMATIE Afhankelijk van de omstandigheden ter plaatse, kan het Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de gemakkelijker zijn om eerst de optionele apparatuur te volgende hoofdstukken:...
6 Installatie ▪ Luchtlekken. Draai aluminiumtape rond de aansluiting tussen de ▪ Condensatie. Neem maatregelen tegen condensatie. Isoleer de warmtewisselaarunit en het kanaal. Zorg ervoor dat er geen volledige afvoerleiding in het gebouw. luchtlekken tussen het kanaal en de warmtewisselaarunit of in ▪...
6 Installatie ▪ Afvoerpomp: 6.5.2 Voorzorgsmaatregelen bij het aansluiten van koelmiddelleidingen ▪ Minimum debiet: 45 l/h ▪ Feedbackcontact. U kunt een contact aansluiten dat de status INFORMATIE van de afvoerpomp doorgeeft aan de warmtewisselaarunit. De Lees ook de voorzorgsmaatregelen en vereisten in de warmtepomp gebruikt dit contact als input.
6 Installatie Te hardsolderen deel Tape Handbediende klep Reduceerklep Stikstof ▪ Gebruik GEEN anti-oxidanten hardsolderen leidingverbindingen. Door resten kunnen leidingen verstopt raken en kan uitrusting stuk gaan. ▪ Gebruik GEEN vloeimiddel bij het hardsolderen van koper-op- koper koelmiddelleidingen. Gebruik fosforkoper toevoegmetaal (BCuP), waarbij geen vloeimiddel wordt vereist.
6 Installatie Aanhaalmomenten Verdeelstuk Aansluitingen Compressorunit Methode 1: p < p > Afmeting Aanhaalmoment N•m (rechtsom draaien om te Sluit aan op alle afsluiter sluiten) servicepoorten (mm) Schacht tegelijk. Klephuis Zeskantsle Deksel Servicepoo RDXYQ utel (afsluiterde ksel) Ø9,5 5,4~6,6 4 mm 13,5~16,5 11,5~13,9 Ø12,7...
6 Installatie 6.5.7 Koelmiddelleiding aansluiten op compressorunit OPMERKING ▪ Gebruik de als accessoire bijgeleverde leidingen bij het uitvoeren van lokale leidingwerken. ▪ Let er ook op dat de lokale leidingen geen andere leidingen of bodem- of zijpaneel raken. 1 Verwijder servicedeksel.
6 Installatie 3 Voorzie een natte doek voor de EPS om de afvoerbak te De koelmiddelleiding controleren beschermen. 4 Soldeer de vloeistof- en de gasleiding. 6.6.1 Over het controleren van de koelmiddelleidingen OPMERKING Leidingadapter (Ø19,1→22,2 (geleverd Zijn de werkzaamheden aan Werk de leidingen af.
6 Installatie Reduceerklep OPMERKING Stikstof Zorg ervoor dat de kleppen van alle (lokaal voorziene) Weegschaal Fles R410A-koelmiddel (hevelsysteem) lokale leidingen OPEN staan (behalve de afsluiters van de Vacuümpomp compressorunit!) voordat u begint met de lektest of het Afsluiter vloeistofleiding (circuit 2: naar binnenunits) vacuümdrogen.
6 Installatie 6.6.5 Vacuümdrogen OPMERKING aansluitingen binnenunits warmtewisselaarunit, alle binnenunits warmtewisselaar zelf moeten ook worden getest op lekken en op vacuüm. Laat ook, indien aanwezig, alle (lokaal voorzien) lokale kleppen naar de binnenunits en de warmtewisselaarunit open. Lektesten en vacuümdrogen moeten worden uitgevoerd voordat de voeding van de unit wordt ingeschakeld.
6 Installatie OPMERKING Koelmiddelfles Aangesloten op de servicepoorten van de afsluiters. Welke afsluiters worden gebruikt Als de stappen binnen de 12 minuten na het inschakelen hangt af van de circuits die u op voorhand van de compressorunit, de warmtewisselaarunit en de wil vullen: binnenunits worden uitgevoerd, werkt de compressor niet voordat de communicatie tussen de compressorunit, de...
6 Installatie 10 Open klep A. De berekende hoeveelheid Koppel het verdeelstuk los van 11 Breng koelmiddel in de unit tot de resterende berekende extra extra koelmiddel is nog niet de vloeistofleiding(en). hoeveelheid koelmiddel is bereikt, en sluit dan klep A. bereikt Ga verder met de instructies 12 Druk op BS3 om de handmatige stand voor bijvullen van extra...
6 Installatie Aftakkingen De elektrische bedrading aansluiten Maximum aantal aftakkingen voor kabels tussen units Transmissiebedrading Ommantelde + afgeschermde 6.9.1 Over het aansluiten van de elektrische kabel (2 draden) bedrading Plastic snoeren Typische werkstroom 0,75~1,25 mm² De elektrische bedrading aansluiten bestaat doorgaans uit de (afgeschermde kabels voor de volgende stappen: transmissiebedrading zijn...
6 Installatie WAARSCHUWING OPMERKING ▪ Gebruik ALLEEN koperdraden. ▪ De bescherming van dit product tegen omgekeerde polariteit werkt alleen bij het opstarten van het product. ▪ Controleer of de lokale bedrading voldoet aan de Eventuele omgekeerde polariteit wordt dus niet geldende wetgeving.
6 Installatie 6.9.4 Elektrische bedrading aansluiten op de INFORMATIE compressorunit Draai de schroef op de linkerkant van de schakelkast los draai schakelkast horizontaal OPMERKING vergemakkelijken. ▪ Volg het bedradingsschema (bij de unit geleverd, op 1× het deksel van de schakelkast). ▪...
7 Configuratie Klemmenstrook (lokaal te voorzien) WAARSCHUWING Afgeschermde kabel. Afgeschermde kabels voor de transmissiebedrading zijn optioneel. Sluit afgeschermde kabel de afscherming alleen aan op de aarding van de warmtewisselaarunit (a2). RKXY RDXY Vloeistofleiding X1M (A1P) Gasleiding F1 F2 Isolatie Transmissiebedrading (F1/F2) Afwerkingstape 6.10.2 Compressorunit sluiten...
7 Configuratie ▪ Lokale instellingen uitvoeren ▪ Energie besparen en optimale werking INFORMATIE Het is belangrijk dat de installateur alle informatie in dit hoofdstuk achtereenvolgens leest en dat het systeem gepast wordt geconfigureerd. GEVAAR: GEVAAR VOOR ELEKTROCUTIE 1 2 3 4 Lokale instellingen uitvoeren 1 2 3 4 DIP-schakelaars...
7 Configuratie Initialisering: standaardsituatie Actie Knop/display BS2 [X×] Selecteer instelling 10. OPMERKING ("X×" hangt af van de Schakel de voeding ten minste 6 uur voor gebruik in om de instelling die u wilt carterverwarming stroom voorzien selecteren.) compressor te beschermen. BS3 [1×] Geef de waarde van Schakel de voeding van de compressorunit, de warmtewisselaarunit...
7 Configuratie Instelling Waarde / Beschrijving Instelling Waarde / Beschrijving [1‑1] Unit werkt momenteel niet in de [1‑5] Voor meer informatie, zie instelling [2‑8]. geluidsarme werking. Geeft de status Geeft de actuele Unit werkt momenteel in de geluidsarme van de werking.
Pagina 36
7 Configuratie Instelling Waarde Beschrijving [2‑9] 0 (standaard) Auto 41°C -streeftemperatuur tijdens verwarmen. 43°C 46°C [2‑12] 0 (standaard) Gedeactiveerd. Geactiveerd. Geluidsarme werking en/of stroomverbruikbegrenzing inschakelen via externe besturingsadapter (DTA104A61/62). Verander deze instelling wanneer het systeem in de geluidsarme stand of met stroomverbruikbegrenzing moet draaien wanneer een extern signaal naar de unit wordt gestuurd.
7 Configuratie Instelling Waarde Beschrijving [2‑26] 20u00 2 (standaard) 22u00 Begintijdstip geluidsarme werking. 24u00 Deze instelling wordt gebruikt in combinatie met instelling [2‑22]. [2‑27] 6u00 7u00 Eindtijdstip geluidsarme werking. 3 (standaard) 8u00 Deze instelling wordt gebruikt in combinatie met instelling [2‑22].
7 Configuratie Wanneer uw systeem bijvoorbeeld in de koelstand staat, dan moet ▪ Wanneer de vraag van de binnenunits afneemt, gaat het systeem bij een lage buitentemperatuur (bijv. 25°C) minder worden gekoeld over naar een stabiele toestand, bepaald door de bovenstaande dan bij een hoge buitentemperatuur (bijv.
7 Configuratie Evolutie kamertemperatuur: Om dit te activeren in… Verander… Koelen [2‑81]=0. Deze instelling wordt gebruikt in combinatie met instelling [2‑8]. Verwarmen [2‑82]=0. Deze instelling wordt gebruikt in combinatie met instelling [2‑9]. 7.3.3 Voorbeeld: Automatische stand bij koelen 100% Ingestelde temperatuur binnenunit Start werking Werkingsduur Gematigd...
8 Inbedrijfstelling Evolutie kamertemperatuur: INFORMATIE Gedurende de eerste bedrijfsperiode van de unit kan het nodige opgenomen vermogen hoger zijn dan dat vermeld op het typeplaatje van deze unit. Dit fenomeen wordt veroorzaakt door de compressor, die een continue looptijd van 50 uur nodig heeft voordat een vlotte werking en stabiel stroomverbruik wordt gerealiseerd.
8 Inbedrijfstelling Laat het systeem proefdraaien na de eerste installatie. Anders wordt Afsluiters de storingscode aangegeven op de gebruikersinterface en is de Zorg dat de afsluiters aan zowel de vloeistof- als de normale werking niet mogelijk of kunt u een afzonderlijke binnenunit gaszijde open zijn.
9 Aan de gebruiker overhandigen Beëindiging Beschrijving OPMERKING Abnormaal Aanduiding van storingscode op het 7- In Europa worden de broeikasgasemissies van de totale beëindigd segmentendisplay. koelmiddelvulling in het systeem (uitgedrukt in ton CO equivalent) gebruikt om de onderhoudstermijnen te "8.4.3 Correctie na abnormaal beëindigen bepalen.
11 Opsporen en verhelpen van storingen De warmtewisselaar van de buitenunit kan verstopt geraken door 11.2 Voorzorgsmaatregelen bij het stof, vuil, bladeren, enz. Er wordt geadviseerd de warmtewisselaar opsporen en verhelpen van jaarlijks te reinigen. Een verstopte warmtewisselaar kan de oorzaak storingen zijn van een te lage druk of een te hoge druk, met slechtere prestaties als gevolg.
11 Opsporen en verhelpen van storingen 11.3.1 Storingscodes: Overzicht Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing ▪ Storing ventilator warmtewisselaar. In de warmtewisselaarunit: ▪ Feedbackcontact afvoerpomp is open. ▪ Controleer aansluiting op printplaat: A1P (X15A) ▪ Controleer aansluiting op klemmenstrook (X2M) ▪ Controleer de connectoren van de ventilator. Aardlekdetector geactiveerd Herstart de unit.
Pagina 45
11 Opsporen en verhelpen van storingen Hoofdcode Subcode Oorzaak Oplossing Storing sensor gastemperatuur (na onderkoeling Controleer aansluiting op printplaat of actuator. Compressorunit: (R6T) - A1P (X30A) Storing hogedruksensor Controleer aansluiting op printplaat of actuator. Compressorunit: (S1NPH): open keten - A1P (X32A) Storing hogedruksensor Controleer aansluiting op printplaat of actuator.
Compressor M1F~M3F Ventilatormotor ▪ Een deel van de recentste technische gegevens is beschikbaar R1T (A) Thermistor (lucht) op de regionale Daikin-website (publiek toegankelijk). R2T (A) Thermistor (gas) R3T (A) Thermistor (warmtewisselaar) ▪ De volledige recentste technische gegevens zijn beschikbaar op...
13 Technische gegevens Sluit de beveiliging S1PH niet kort om de unit te laten Printplaatconnector functioneren. Klemmenstrook op printplaat (A*P) Voor aansluiting van INDOOR-OUTDOOR F1-F2 Connector transmissiebedrading, en OUTDOOR-OUTDOOR F1-F2 Elektronische expansieklep transmissiebedrading, zie de servicehandleiding. Elektromagnetische klep (4-wegsklep) Legende: Ruisfilter (ferrietkern) Printplaat (primair) Ruisfilter...
14 Over het systeem Voor de gebruiker Over het systeem Gebruikersinterface De VRV IV-warmtepomp voor binneninstallatie kan worden gebruikt VOORZICHTIG voor toepassingen met verwarmen/koelen. Raak de interne delen van de controller nooit aan. OPMERKING Verwijder het voorpaneel niet. Sommige onderdelen in het Gebruik het systeem niet voor andere doeleinden.
17 Bediening Ontdooien Bediening Bij het verwarmen bevriest de luchtgekoelde pijpenbundel van de warmtewisselaarunit hoe langer, hoe meer, zodat steeds minder 17.1 Werkingsgebied energie kan worden overgebracht naar de pijpenbundel van de warmtewisselaarunit. De verwarmingscapaciteit neemt af en het Gebruik het systeem binnen de volgende temperatuur- en systeem moet ontdooien om nog voldoende warmte te leveren aan vochtgehaltewaarden om een veilige en efficiënte werking te de binnenunits.
17 Bediening ▪ Deze stand is niet mogelijk bij een lage kamertemperatuur 17.2.5 Gebruik van het systeem (MET (<20°C). keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de afstandsbediening) 17.3.2 Gebruik van het Overzicht van de keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de ontvochtigingsprogramma (ZONDER afstandsbediening keuzeschakelaar koelen/verwarmen op de afstandsbediening) KEUZESCHAKELAAR ALLEEN VENTILEREN/AIRCONDITIONING...
18 Energie besparen en optimale werking Koelmiddelleiding 17.4.1 Over de luchtstroomklep Gebruikersinterface (specifiek afhankelijk van het type binnenunit) Dubbelstroomunits+multi-stroomunits VRV DX VRV directe-expansiebinnenunit (DX) EKEXV Expansieklepkit Luchtbehandelingsunit Hoekunits Wanneer het systeem is geïnstalleerd zoals in de afbeelding hiervoor, dan moet één van de gebruikersinterfaces worden Units voor plafondmontage ingesteld als hoofdgebruikersinterface.
19 Onderhoud en service ▪ Verlucht dikwijls. Zorg bij langdurig gebruik vooral voor De selectiemethode van de binnenunits is belangrijk omdat de verluchting. beschikbare capaciteit niet dezelfde is als bij basisgebruik. ▪ Houd deuren en ramen dicht. Als de deuren of ramen open Gelieve contact op te nemen met uw installateur voor meer blijven, zal er lucht uit de kamer stromen, met een kleiner koel- of informatie over Hi-sensible toepassingen.
19 Onderhoud en service ▪ Controleer en verwijder alles dat de inlaat- en uitlaatopeningen 19.4 Dienst-na-verkoop en garantie van de binnenunits en de warmtewisselaarunit zou kunnen blokkeren. 19.4.1 Garantieperiode ▪ Maak de luchtfilters en behuizingen van de binnenunits en de warmtewisselaarunit schoon.
20 Opsporen en verhelpen van storingen ▪ Normaal gebruik zonder veelvuldig starten en stoppen van de unit. Opsporen en verhelpen van Afhankelijk van het model, bevelen wij aan het toestel niet meer storingen dan 6 keer/uur te starten en te stoppen. ▪...
20 Opsporen en verhelpen van storingen Storing Maatregel Hoofdcode Inhoud Het systeem werkt, ▪ Controleer of de luchtinlaat of -uitlaat van Storing thermistor gebruikersinterface (binnenunit) maar koelt of verwarmt de warmtewisselaarunit of de binnenunit Storing ventilator of afvoerpomp onvoldoende. niet geblokkeerd is. Verwijder eventuele (warmtewisselaarunit) obstakels zorg...
20 Opsporen en verhelpen van storingen 20.2.6 Symptoom: Uit het toestel komt witte rook Hoofdcode Inhoud (binnenunit) Storing in communicatie gecentraliseerde besturing - binnenunit ▪ Wanneer het vochtgehalte bij het koelen hoog is. Als de Storing automatische adressering (inconsistentie) binnenkant van een binnenunit extreem vuil is, zal de Storing automatische adressering (inconsistentie) temperatuurverdeling in de kamer ongelijk zijn.
De carterverwarming verwarmt de compressor zodat deze vlot kan Ter plaatse te voorzien starten. Niet door Daikin gemaakte apparatuur en uitrustingen die met het product volgens de instructies in de meegeleverde documentatie gecombineerd mogen worden. 20.2.18 Symptoom: U voelt warme lucht wanneer de binnenunit gestopt is Meer dan één binnenunit draait op hetzelfde systeem.