Onderhoud
DMU39912
Opbergen van de buitenboordmotor
Alvorens
uw
Yamaha-buitenboordmotor
voor een langere periode (2 maanden of lan-
ger) op te bergen, moet u verschillende be-
langrijke procedures volgen om ernstige
schade te voorkomen.
Het is raadzaam uw buitenboordmotor aan
een onderhoudsbeurt te laten onderwerpen
door een erkende Yamaha-dealer alvorens u
hem voor langere tijd opbergt. De volgende
procedures kunnen echter door de eigenaar
worden uitgevoerd.
DCM02212
●
Plaats de buitenboordmotor niet op zijn
zijkant vooraleer het koelwater volledig
is weggevloeid. Anders kan er water in
de cilinder terechtkomen via de uitlaat-
klep en motorstoringen veroorzaken.
46
●
U dient de buitenboordmotor te vervoe-
ren en op te bergen zoals beschreven in
"De buitenboordmotor demonteren".
●
Bewaar de buitenboordmotor op een
droge, goed verluchte plaats, be-
schermd tegen rechtstreeks zonlicht.
DMU28305
Procedure
DMU39612
ZMU06762
Spoelen in een testtank
DCM00301
Alvorens de motor te starten, dient u te
controleren of de koelwatermantels met
water worden gevoed. Anders kan de
motor oververhit en daardoor beschadigd
raken.
Het doorspoelen van het koelwatersysteem
ZMU06807
is van cruciaal belang om te voorkomen dat
het koelwatersysteem verstopt raakt met
zout, zand of vuil. Bovendien is het conser-
veren/smeren van de motor noodzakelijk om
overmatige motorschade door roestvorming
te voorkomen. Voer het doorspoelen en be-
nevelen op hetzelfde tijdstip uit.
1.
Was de ommanteling van de buiten-
boordmotor
OPGELET: Spuit geen water in de
luchtinlaat.
tie, zie pagina 49.
2.
Wanneer u de ingebouwde brandstof-
tank gebruikt, laat u de brandstof hele-
maal uit de tank lopen, zet u de brand-
stofkraan in de gesloten stand en draait
u de ontluchtingsschroef aan. Raad-
pleeg een Yamaha-dealer voor het leeg-
laten van de ingebouwde brandstoftank.
3.
Wanneer u een draagbare brandstoftank
gebruikt, koppelt u de brandstofslang
los, brengt u de kap van het brandstof-
met
zuiver
Voor meer informa-
[DCM01840]
water.