Samenvatting van Inhoud voor Amazone ZA-X Perfect 602
Pagina 1
Bedieningshandleiding ZA-X Perfect 602 ZA-X Perfect 902 ZA-X Perfect 1402 ZA-XW Perfect 502 Kunstmeststrooier Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de MG2891 aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0044.8 01.21 Bewaar de Printed in Germany bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
Pagina 2
Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
+ 49 (0) 5405 50 1-0 Email: amazone@amazone.de Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer: MG2891 Productiedatum: 01.21 ...
Pagina 4
Geachte lezers, Wij passen onze bedieningshandleidingen regelmatig aan. Uw suggesties helpen ons onze bedieningshandleidingen nog gebruikersvriendelijker te maken. AMAZONEN-WERKE H. DREYER SE & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 E-mail: amazone@amazone.de ZA-X BAG0044.8 01.21...
Inhoud Tips voor de gebruiker ................8 Doel van het document ......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsinstructies ..............9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 Beschrijving van veiligheidssymbolen ................... 11 Organisatorische maatregelen ....................12 Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen .................
Pagina 7
Inhoud 10.4 Aanwijzingen voor het strooien van slakkenkorrels (bijv. Mesurol) ........105 10.4.1 Controle van de strooihoeveelheid bij stilstand ..............106 Storingen ....................108 11.1 Storingen, oorzaken en oplossingen ................... 108 Reinigen, service en onderhoud............. 109 12.1 Reinigen ..........................109 12.2 Smeervoorschrift ........................
Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding • beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine. • voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken.
Pagina 10
Algemene veiligheidsinstructies Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen voor het leven van de gebruiker of derden, •...
Algemene veiligheidsinstructies Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het dreigende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
Algemene veiligheidsinstructies Organisatorische maatregelen De eigenaar dient de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen, zoals: Veiligheidsbril • Veiligheidsschoenen • Beschermende kleding • Beschermingsmiddelen voor de huid, enz. • De bedieningshandleiding • altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! dient te allen tijde voor gebruikers en onderhoudsmedewerkers •...
Algemene veiligheidsinstructies Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het bedienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de Geïnstrueerd...
Algemene veiligheidsinstructies Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektrische/elektronische resterende energie in de machine.
Onderdelen, slijtageonderdelen en hulpstoffen Onderdelen van de machine die niet meer in perfecte staat zijn, dienen direct te worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele AMAZONE-onderdelen en slijtageonderdelen of de door AMAZONEN-WERKE goedgekeurde onderdelen, zodat de goedkeuring volgens nationale en internationale voorschriften van kracht blijft. Bij onderdelen en slijtageonderdelen...
Algemene veiligheidsinstructies 2.13 Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bijv. MD 075) bij uw dealer. Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren.
Algemene veiligheidsinstructies 2.13.1 Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen Waarschuwingssticker De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht. Afb. 1 Afb. 2 Afb. 3 Afb. 4 ZA-X BAG0044.8 01.21...
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 075 Gevaar voor snijden of afsnijden van vingers en hand door toegankelijke bewegende onderdelen die aan het arbeidsproces deelnemen! Dit gevaar kan zwaar lichamelijk letsel met verlies van lichaamsdelen veroorzaken. Reik nooit met uw handen of armen in het •...
Pagina 19
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 082 Gevaar voor vallen door meerijden treeplanken of platforms! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. Het is verboden om personen mee te laten rijden op de machine en om rijdende machines te betreden.
Pagina 20
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 096 Gevaar voor onder hoge druk uittredende hydraulische olie door lekkende hydraulische slangen! Dit gevaar kan zwaar lichamelijk letsel veroorzaken met mogelijk de dood tot gevolg als onder hoge druk uittredende hydraulische olie door de huid dringt en in het lichaam terechtkomt.
Pagina 21
Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD 102 Gevaar bij werkzaamheden aan de machine, zoals monteren, instellen, oplossen van storingen, reinigen, onderhoud en reparaties, door onbedoeld starten en wegrollen van de tractor en de machine! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken.
Algemene veiligheidsinstructies 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheidsinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies • kan personen in gevaar brengen, schadelijk zijn voor het milieu en beschadigingen aan de machine veroorzaken. kan leiden tot het verlies van alle aanspraken op •...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en gebruiksveiligheid! De machine en tractor voor gebruik altijd controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van ongevallen Neem behalve deze instructies ook de algemeen geldende •...
Pagina 24
Algemene veiligheidsinstructies Voordat u de machine aan de driepuntshydraulica van de tractor • aan- of loskoppelt, dient u de bedieningshendel van het hydraulisch systeem van de tractor te blokkeren in een positie waarin onbedoeld heffen of zakken wordt uitgesloten! • Zet de steunelementen (indien aanwezig) bij het aan- en afkoppelen van machines in de juiste stand (stabiliteit bij stilstand)!
Pagina 25
Algemene veiligheidsinstructies Transport van de machine Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende • verkeersregels te houden! • Controleer voor transport of voedingsleidingen correct zijn aangebracht; ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο...
• Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
Algemene veiligheidsinstructies 2.16.3 Elektrisch systeem Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de • accu (minpool) los te koppelen! • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven zekeringen. Het gebruik van te zware zekeringen veroorzaakt onherstelbare schade aan het elektrische systeem – brandgevaar! •...
Pagina 28
Algemene veiligheidsinstructies Let in bochten op de toelaatbare hoek en de schuifafstand van • de aandrijfas! • Controleer vóór het inschakelen van de aftakas, of het gekozen aftakastoerental van de tractor overeenkomt met het toelaatbare aandrijftoerental van de machine. • Stuur personen weg uit de gevarenzone van de machine voordat u de aftakas inschakelt.
Maak voordat u elektrisch gaat lassen aan tractor en aangebouwde machines eerst de kabel van de dynamo en accu van de tractor los! • Reserveonderdelen moeten minimaal voldoen aan de door AMAZONEN-WERKE vastgestelde technische eisen! Originele AMAZONE-onderdelen voldoen aan deze eisen! ZA-X BAG0044.8 01.21...
Op- en afladen Op- en afladen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken en/of zich stoten door het onbedoeld vallen van de omhoog gebrachte machine! • Gebruik beslist de aangegeven sjorpunten voor het bevestigen van bevestigingsmiddelen, wanneer u de machine met behulp van een hefwerktuig op- en aflaadt.
Beschrijving van het product Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen Beschermbeugel • Aandrijfasbescherming • Rooster in bak • Veiligheidssymbolen (waarschuwingsstickers) • Voedingskabels tussen tractor en machine Voedingsleidingen in parkeerstand: Afb. 8/… (1) 2-weg-eenheid (2) Kabel met aansluiting voor verlichting (3) Hydraulische slangen Afb. 8 Verkeerstechnische uitrusting ZA-X: Afb.
• onderhoudswerkzaamheden; • het uitsluitend gebruiken van originele AMAZONE onderdelen. Het op andere wijze gebruiken dan hierboven is vermeld, is verboden en geldt als gebruik in strijd met de voorschriften. Voor schade die voortvloeit uit gebruik in strijd met de voorschriften •...
Beschrijving van het product In de gevarenzone van de machine mogen geen personen aanwezig zijn zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch • systeem loopt. • zolang tractor en machine niet tegen onbedoeld starten en wegrollen zijn beveiligd. De bedieningspersoon mag de machine alleen bewegen of werkgereedschappen van transport- in arbeidsstand en van arbeidsstand in transportstand zetten of in beweging brengen wanneer er geen personen in de gevarenzone van de machine...
Beschrijving van het product Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebruiken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Motorvermogen van de tractor Bakinhoud: 600 l vanaf 37 kW (50 pk) 900 l vanaf 44 kW (60 pk) 1400 l vanaf 59 kW (80 pk) 1700 l...
Dit hoofdstuk informeert u over de opbouw van de machine en de werking van de afzonderlijke componenten. Werking Afb. 11 De kunstmeststrooier AMAZONE ZA-X is voorzien van twee trechterpunten en strooischijven (Afb. 12/1) die tegengesteld aan de rijrichting en tegengesteld van binnen naar buiten roterend worden aangedreven en zijn uitgerust met een korte (Afb.
Opbouw en werking Afscherm- en functierooster in de bak (beveiligingsvoorziening) Het afscherm- en functieroosters dekken de complete bak af en dienen als bescherming tegen het per ongeluk • aanraken van de draaiende roerkoppen • bij het vullen als bescherming tegen verontreinigingen en kunstmestklonters.
Opbouw en werking Druk vóór het sluiten van het • rooster de arretering omlaag (Afb. 19). Het rooster wordt bij het sluiten • automatisch vergrendeld. Afb. 18 Beschermbeugel (beveiligingsvoorziening) Dient als rambeveiliging, als ongevallenpreventie bij draaiende strooischijven. Afb. 20/1: • voor ZA-X 902 / 1402 Afb.
Opbouw en werking Cardanas De cardanas zorgt voor de krachtoverbrenging tussen tractor en machine. Aandrijfas serie (710 mm) • Afb. 21 Afb. 23: Cardanas met wrijvingskoppeling • (optioneel, 760 mm) De wrijvingskoppeling altijd aan de machine aanbouwen! Afb. 22 WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld starten en onbedoeld wegrollen van tractor en machine! Koppel de cardanas alleen op de tractor aan resp.
Pagina 41
Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar door vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde onderdelen van de aandrijfas in de buurt van de krachtoverbrenging tussen tractor en aangedreven machine! Deze gevaren veroorzaken zwaar lichamelijk letsel met mogelijk dodelijke afloop. Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en aangedreven machine.
Opbouw en werking 5.4.1 Cardanas aankoppelen 1. Reinig en smeer de aftakas van de tractor en de ingaande as van de aandrijving van de machine. 2. Verbind de tractor met de machine. 3. Beveilig de tractor tegen onbedoeld starten en wegrollen. 4.
Opbouw en werking 5.4.3 Aandrijfas met wrijvingskoppeling (optioneel) Bij frequent afbreken van de breekbout tussen aansluitvork en flensbus van de aandrijving en bij tractoren met hard aangrijpende aftakaskoppeling wordt de aandrijfas met wrijvingskoppeling aanbevolen. Werking en onderhoud: Kortstondig optredende momentpieken vanaf ca. 400 Nm, zoals ze bijv.
Opbouw en werking Hydraulische aansluitingen Alle hydraulische slangleidingen zijn voorzien van grepen. • Op de grepen bevinden zich kleurmarkeringen met een markeringsgetal of -letter, om de betreffende hydraulische functie van de persleiding aan een tractorregeleenheid toe te kennen! Bij de markeringen is folie op de machine gelijmd, die de betreffende hydraulische functies verduidelijken.
Opbouw en werking 5.5.1 Hydraulische slangen aansluiten WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door functiestoringen als gevolg van verkeerd aangesloten hydraulische slangen! Let bij het aansluiten van de hydraulische slangen op de kleurcodering op de hydraulische stekers. Controleer of de hydraulische oliën onderling compatibel zijn •...
Opbouw en werking Strooischijven In rijrichting gezien: • linker strooischijf (Afb. 28/1) met markering rechter strooischijf (Afb. 28/2) met • markering R. Strooiplaat: • Lang (Afb. 28/3) - waarden van de instelschaal tussen 30 en 50. Kort (Afb. 28/4) - waarden van de •...
Opbouw en werking Schuiven Afb. 31/... (1) Schuiven (2) Doorlaatopening Afb. 30 De zaaihoeveelheid wordt handmatig ingesteld met de stelhefbomen (Afb. 32/1, Afb. 33/1) door de grootte van de doorlaatopeningen te veranderen. De stelhefbomen dienen als aanslag voor de geopende schuiven. De hiervoor noodzakelijke schuifstand kan uit de strooitabel worden gehaald.
Opbouw en werking 2-weg-eenheid Via de 2-weg-eenheid wordt het hydraulisch openen en sluiten van de schuif geregeld. Afb. 33 De 2-weg-eenheid wordt aan tractorzijde op een enkelvoudig werkende • regeleenheid aangesloten, maakt afzonderlijke bediening van beide sluitschuiven mogelijk. • A → Kogelkranen gesloten B →...
Opbouw en werking Omschakelen tussen eenzijdig en tweezijdig strooien Een schuif is open, hendel in stand B. Een schuif is gesloten, hendel in stand A! 1. Hendel van gesloten schuif in stand B. 2. Bedien tractorregeleenheid (ontlasten). Schuif gaat open. →...
Opbouw en werking 5.11 Driepunts-aanbouwframe Het frame van de ZA-X is zodanig uitgevoerd, dat het voldoet aan de eisen en afmetingen van de driepuntsaanbouw categorie II resp. categorie I en II. ZA-X 902 /1402 Afb. 37/… (1) Bovenste koppelingspunt met omzetbare topstangbout voor categorie I / categorie II (2) Onderste koppelingspunten categorie II Afb.
Opbouw en werking 5.12 Grens-/kantstrooien Limiter X (optioneel) Alleen voor ZA-X 902 en ZA-X 1402! Ligt het 1e rijpad op halve werkbreedte afstand van de veldrand, dan kan de grens verder met de Limiter X met de afstandsbediening worden gestrooid. Afb.
Opbouw en werking 5.13 Afdraai-inrichting (optioneel) Met de afdraai-inrichting wordt de schuifstand voor de gewenste strooihoeveelheid met een nomogram bepaald. Montage: 1. Verwijder de kunststof stop (Afb. 42/1). 2. Monteer de afvoergoot (Afb. 43/1) met de bevestigingsbouten (Afb. 43/2). Afb. 41 Afb.
Opbouw en werking 5.14 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel) Met de afneembare transport- en parkeerinrichting is aankoppelen aan de driepuntshydraulica van de tractor en manoeuvreren op het erf en in gebouwen makkelijk. Om wegrijden van de kunstmeststrooier te voorkomen, zijn de twee rollen voorzien van een vastzetsysteem VOORZICHTIG De kunstmeststrooier alleen bij een...
Opbouw en werking 5.15 Aanhangwagenkoppeling VOORZICHTIG De aanhangwagenkoppeling dient voor het aankoppelen van werktuigen en 2-assige aanhangers, als: de rijsnelheid niet hoger wordt • Afb. 46 dan 25 km/h; • de aanhanger is voorzien van een mechanische oplooprem of een remsysteem dat door de bestuurder van de trekker kan worden bediend;...
Pagina 55
Opbouw en werking • ZA-X 602 (Afb. 50) Afdekkap ZA-XW 502 • De afdekkap wordt over de hoeken van de bak getrokken en blijft op zijn plaats door een spanrubber. Afb. 49 ZA-X BAG0044.8 01.21...
Opbouw en werking 5.18 Rijenstrooi-inrichting voor speciale cultures De 2-rijige strooi-inrichting (Afb. 53) voor rijen- en speciale cultures kan te allen tijde worden aangebouwd. De strooibare afstand tussen de rijen is instelbaar tussen 2 m en 6 m. 4 x L=118 mm Afb.
Pagina 58
Opbouw en werking Omrekening van strooihoeveelheden in g/plant naar kg/ha D [g/plant] Strooihoeveelheid [kg/ha] = x 10 s [m] x b [m] – Meststofhoeveelheid per plant – Afstand tussen de rijen – Werkbreedte = 2 x b – Afstand van de planten Strooien in rijculturen: De insteltabel voor strooihoeveelheden in kg/ha hebben betrekken op het berijden van ieder tweede rijspoor (Afb.
Pagina 59
Opbouw en werking Kalkstikstof 19,8% N Perika SKW: 1,02 kg/l 1,26 kg/l ESTA kieseriet graan. 25% MgO K+SA: 1,02 kg/l Perika (Kst) 19,8% N Agroline: Schuif- Werkbreedte [m] = 2 x s stand km/h km/h km/h km/h km/h 150 120 100 100 256 205 170 170 136 114 114 415 332 277 277 221 185 185 147 123 166 133 111 138 111 620 496 411 411 330 275 275 220 183 247 198 165 206 165 137...
DüngeService App voor Android en iOS mobiele • apparatuur • van de online-DüngeService www.amazone.de → Service → DüngeService Via de hieronder afgebeelde QR-codes kunt u direct de AMAZONE- website benaderen, om de DüngeService App te downloaden. Android Importeurs: ...
Pagina 61
→ DüngeService de actuele aanvullingen op de strooitabel, • kunt u telefonisch advies inwinnen bij de AMAZONE DüngeService voor het indelen van de meststof en de aanbevolen instellingen voor uw kunstmeststrooier. +49 (0) 54 05 / 501 111 •...
Vervolgens worden de opvangmatten gefotografeerd met de smartphone. Met behulp van de foto's controleert de app de dwarsverdeling. Indien nodig wordt een wijziging van de instellingen voorgesteld. Gebruik de AMAZONE-homepage voor het downloaden van: App EasyCheck • Bedieningshandleiding EasyCheck •...
Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over • het inbedrijfstellen van uw machine; • de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw tractor kunt aansluiten/aankoppelen. Voor het in bedrijf stellen van de machine moet de gebruiker •...
Inbedrijfstelling Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar voor breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! • Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
Inbedrijfstelling 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening Afb. 56 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van tractor of [kg] Voorasbelasting van de lege tractor kentekenbewijs [kg] Achterasbelasting van de lege tractor [kg] Totaalgewicht van aan achterzijde zie technische gegevens van machine of het aangekoppelde machine of gewicht aan gewicht aan de achterzijde achterzijde...
Inbedrijfstelling 6.1.1.2 Berekening van het minimaal noodzakelijke ballastgewicht voor G om de V min bestuurbaarheid van de tractor te waarborgen • − • • • Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
Pagina 67
Inbedrijfstelling 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens draagvermogen bedieningshandleiding (twee banden) van tractor Minimaal ballastgewicht voor/achter Totaalgewicht ≤ Voorasbelasting ≤ ≤ Achterasbelasting ≤ ≤ Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de • toelaatbare waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastingen en het draagvermogen van de banden.
Inbedrijfstelling Montage van de aandrijfas aan de machine VOORZICHTIG Gebruik alleen de door AMAZONE voorgeschreven • aandrijfas! Monteer de aandrijfas alleen bij niet-aangebouwde strooier • en in onbeladen toestand. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen of opwikkelen door de onbeschermde ingangsas van de...
Inbedrijfstelling Lengte van de cardanas aan de tractor aanpassen WAARSCHUWING Gevaren door beschadigde en/of vernielde, wegvliegende onderdelen ontstaan, als de aandrijfas bij het oplichten/zakken van de aan de tractor aangekoppelde machine wordt samengedrukt of uit elkaar wordt getrokken, omdat de lengte van de aandrijfas niet goed is aangepast! Laat de lengte van de cardanas in alle bedrijfsstanden door een vakwerkplaats controleren en zo nodig aanpassen, voordat u de...
Pagina 70
Inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld wegrollen van de tractor en de aangekoppelde machine! • zakken van de opgelichte machine! • Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en wegrollen, en de opgelichte machine tegen onbedoeld zakken voordat u de gevarenzone tussen tractor en opgelichte machine betreedt voor het aanpassen van de cardanas.
Inbedrijfstelling Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten bij handelingen aan de machine door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven, onbeveiligde machine;...
Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Raadpleeg bij het aan- en afkoppelen van machines het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 23. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld starten en wegrollen van de machine en tractor bij het aan- of afkoppelen van de machine! Beveilig de tractor en machine tegen onbedoeld starten en wegrollen voordat u voor het aan- of afkoppelen in de gevarenzone tussen...
Pagina 73
Machine aan- en afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten als de machine onbedoeld loskomt van de tractor! Gebruik de daartoe bestemde inrichtingen om de tractor en • machine in overeenstemming met de voorschriften aan elkaar te koppelen.
Machine aan- en afkoppelen 3. Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine voordat u naar de machine rijdt. 4. Koppel eerst de aandrijfas en de voedingsleidingen aan, voordat u de machine aan de tractor koppelt. 4.1 Rij de tractor zodanig naar de machine, dat er vrije ruimte (ca.
Pagina 75
Machine aan- en afkoppelen 1. Zet de machine altijd op een vlakke en stevige ondergrond. 2. Koppel de machine van de tractor af. 2.1 Beveilig de machine tegen onbedoeld wegrollen. Zie hiervoor blz. 71. 2.2 Ontlast de topstang. 2.3 Ontgrendel en ontkoppel de haak van de topstang vanaf de tractorstoel.
Instellingen Instellingen Neem bij alle werkzaamheden ten behoeve van het afstellen van de machine de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken in acht "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de • machine", vanaf blz. 17 en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23. •...
Instellingen Instelling van de montagehoogte WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten voor personen achter/onder de kunstmeststrooiers als gevolg van het onbedoeld wegvallen van de machine, wanneer de topstanghelften per ongeluk uit elkaar worden gedraaid of getrokken! Stuur personen weg uit de gevarenzone achter resp. onder de machine, voordat u de montagehoogte van de topstang instelt.
Instellingen 8.1.1 Nabemesting De korte strooiplaten zijn voorzien van de zonder gereedschap opklapbare zwenkvleugels (Afb. 61/1), die de extra bemesting in graan tot een groeihoogte van 1 m - zonder andere accessoires - mogelijk maken. 1. Schakel de aftakas van de tractor uit (indien nodig).
Instellingen Instellen van de strooihoeveelheid VOORZICHTIG De instelling van de strooihoeveelheid mag alleen bij aangebouwde machine, uitgeschakelde aandrijving en gesloten schuiven worden uitgevoerd. 8.2.1 Schuifstand via de stelhefbomen instellen De betreffende schuifstand kan direct uit de tabel worden afgelezen of met de afdraai-inrichting (optioneel) worden bepaald.
Instellingen 8.2.2 Instellen van de strooihoeveelheid volgens de strooitabel Raadpleeg de strooitabel voor de schuifstand - rekening houdend met de te strooien soort kunstmest; • de werkbreedte [m]; • de werksnelheid [km/h]; • de gewenste strooihoeveelheid [kg/ha]. • WAARSCHUWING De instelwaarden uit de strooitabel moeten als richtwaarden worden beschouwd, omdat de strooieigenschappen van de mestsoorten kunnen veranderen waardoor andere instellingen noodzakelijk zijn.
Instellingen 8.2.3 Schuifstand via de afdraai-inrichting bepalen (optioneel) Met de afdraai-inrichting wordt de schuifstand voor de gewenste strooihoeveelheid zonder strooitabel met nomogram of rekenschijf bepaald. Hierdoor wordt rekening gehouden met de veranderlijke strooieigenschappen van de kunstmestsoorten. Bij de bepaling van de schuifstand blijven beide schuiven van de doorlaatopeningen gesloten en de aftakas uitgeschakeld.
Pagina 82
Instellingen Voorbeeld: Gewenste werkbreedte: 12 m Gewenste strooihoeveelheid: 260 kg/ha Werksnelheid: 8 km/h 1. Bevestig de opvangbak (Afb. 67/1) met de beugel aan de houder (Afb. 67/2). Vergrendel de opvangbak aan de klem (Afb. 67/3). 2. Open de zijschuiven (Afb. 67/4) van de afvoergoot ca.
Pagina 83
Instellingen 4. Meet de meetafstand op het veld nauwkeurig af. Markeer het begin- en eindpunt (Afb. 70). 5. Rij de meetafstand exact van begin- tot eindpunt onder veldomstandigheden, d.w.z. Afb. 71 met verwachte, constante werksnelheid. Open hierbij de zijschuif (Afb. 67/4) van de afvoergoot met de kabel (Afb.
Instellingen Instellen van de werkbreedte De mestsoort en de gewenste werkbreedte bepalen de • instelwaarden van de zwenkbare strooiplaten. De specifieke strooi-eigenschappen van de mestkorrels beïnvloeden de werpbreedte. Met de zwenkbare strooiplaten kan worden ingespeeld op de specifieke strooi-eigenschappen van een mestsoort, zodat de betreffende mestkorrels over de gewenste werkbreedte kunnen worden uitgestrooid.
Instellingen 8.3.1 Instellen van de strooiplaatstanden Afb. 74 (1) Schaal (2) Schaal (3) Korte strooiplaat (4) Lange strooiplaat (5) Afleeszijde (6) Afleeszijde (7) Vleugelmoer Voor een exacte instelling zonder gereedschap van de afzonderlijke strooiplaatstanden is elke strooischijf voorzien van twee verschillende, unieke schalen.
Pagina 86
Instellingen Stel de strooiplaten als volgt in: 1. Schakel de aftakas van de tractor uit. 2. Beveilig de tractor tegen het onbedoeld starten en wegrollen, zie hiertoe het hoofdstuk "Tractor tegen onbedoeld starten en wegrollen beveiligen", vanaf blz. 71. 3. Wacht tot eventueel roterende strooischijven volledig tot stilstand zijn gekomen, voordat u de werkbreedte instelt.
Instellingen Controle van de werkbreedte met de mobiele testbank (optioneel) De instelwaarden uit de strooitabel moeten als richtwaarden worden beschouwd, omdat de strooieigenschappen van de kunstmestsoorten kunnen veranderen. Het wordt aangeraden, de ingestelde werkbreedte van de centrifugaalstrooier met de mobiele testbank te controleren. Voor meer hierover zie de bedieningshandleiding "Mobiele testbank".
Instellingen Grens-, sloot- en kantstrooien 1. Grensstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb. 75): De aangrenzende slag is een weg of een water. Volgens de mestrichtlijnen mag er geen mest over de grens vallen; • Afb. 76 2. Slootstrooien volgens de mestrichtlijnen (Afb.
Instellingen Grens- en randstrooien met Limiter X (optioneel) 8.5.1 De Limiter X dient voor het grensstrooien aan de linkerzijde op halve werkbreedte. De instelling van de Limiter X is afhankelijk van de randafstand, het soort kunstmest en of grensstrooien of randstrooien moet worden uitgevoerd.
Pagina 90
Instellingen Instelling volgens strooitabel Afb. 80 • Voor het instellen wordt het grensstrooischerm op de geleidingsbeugel (Afb. 79/1) verschoven. De waarden die in de strooitabel kunnen worden afgelezen • staan ook op het grensstrooischerm (Afb. 79/2). • De punt van de cilindersteun dient als wijzer voor de instelwaarden (Afb.
Instellingen 8.5.2 Grens- en randstrooien met de grensstrooiplaat Tele-Quick De grensstrooiplaat Tele-Quick dient voor het grensstrooien aan de linkerzijde op halve werkbreedte. Met de draaibare, telescoopachtige grensstrooiplaat Tele-Quick kan de werkafstand van de kunstmest worden ingesteld op de afstand van het eerste spoor (rijpad) tot de veldgrens.
Pagina 92
Instellingen Werkwijze bij het instellen 1. Verwijder de grensstrooiplaat (Afb. 81/1) uit de houder (Afb. 81/2). 2. Demonteer de lange strooiplaat (Afb. 81/3) van de linker strooischijf (Afb. 81/4). → Als deze niet wordt gebruikt de grensstrooiplaat Tele-Quick respectievelijk de lange strooiplaat in de houder bevestigen.
Instellingen 7. Draai bij het grensstrooien de schuifstand van de stelhefboom (Afb. 84/1) van de linker machinezijde twee deelstreepjes op de schaal (Afb. 84/2) terug. Zet na beëindiging van het grensstrooien de linker schuifstand weer terug in de uitgangsstand en vervang de strooiplaten.
Instellingen Roerkop uit- en inschakelen Verwijder voor het uitschakelen van de roerkop (Afb. 87/1) de lunspen (Afb. 87/2) onder de betreffende trechterpunt. WAARSCHUWING Let bij het inschakelen van de roerkop beslist op dat de roerkopvinger (Afb. 87/3) in draairichting voor de korte strooiplaat (Afb.
Transport Transport Raadpleeg bij transportritten het hoofdstuk • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 25. • Controleer voor transport of voedingskabels correct zijn aangebracht. ο ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο het remsysteem en hydraulische systeem op in het oog lopende gebreken;...
Pagina 96
Transport Breng de centrifugaalstrooier bij vervoer over de openbare weg • slechts zo ver omhoog dat de bovenzijde van de reflectors zich maximaal 1500 mm boven het wegdek bevindt! Beveilig de machine tegen plotseling zakken, voordat u zich op • de openbare weg begeeft! VOORZICHTIG De aanhangwagenkoppeling dient voor het aankoppelen van...
Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de • machine" en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23 • Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken of ingesloten raken bij het bedienen van de machine als gevolg van...
Pagina 98
Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten als gevolg van het onbedoeld losraken van de aangebouwde / aangekoppelde machine! Controleer voor het werken met de machine door middel van een visuele controle of de topstang- en trekstangpennen tegen onbedoeld losraken zijn geborgd.
Werken met de machine 10.1 Centrifugaalstrooier vullen VOORZICHTIG De kunstmeststrooier alleen vullen als deze aan de tractor • is aangekoppeld! De kunstmeststrooier nooit in gevulde toestand wegzetten • of wegrijden (met transportinrichting). Gevaar voor kantelen! → Controleer vóór het vullen van de bak, of er geen resten of •...
Werken met de machine 10.2 Strooien De strooiplaten en zwenkvleugels zijn vervaardigd van bijzonder • slijtvast en roestvrij staal. Toch zijn de strooiplaten en zwenkvleugels aan slijtage onderhevig. Mestsoort, strooitijden en strooihoeveelheden beïnvloeden de • levensduur van strooiplaten en zwenkvleugels. •...
Pagina 101
Werken met de machine VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk bij de bediening/het aanspreken van de overbelastingskoppeling van de cardanas (indien aanwezig)! Schakel de aftakas van de tractor onmiddellijk uit, wanneer de overbelastingskoppeling van de cardanas wordt aangesproken. Zo wordt beschadiging van de overbelastingskoppeling voorkomen. VOORZICHTIG Gevaar als gevolg van breuk van de cardanas bij ontoelaatbare hoek van de aangedreven cardanas!
Pagina 102
Werken met de machine De kunstmeststrooier is aan de tractor gekoppeld en de • hydrauliekslangen zijn aangesloten. • De instellingen zijn uitgevoerd. 1. Koppel de aftakas bij laag tractormotortoerental aan. • Beide schuiven pas openen bij voorgeschreven toerental van de aftakas! Stel voor het toerental van de aftakas 540 min-1 in, tenzij •...
Werken met de machine 10.2.1 Verwijderen van resthoeveelheden WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven machine. onbedoeld starten en wegrollen van de tractor/machine •...
Werken met de machine 10.3 Aanbevelingen voor werkzaamheden op de wendakker Om nauwkeurig aan veldgrenzen en -randen te kunnen werken, is het belangrijk dat de rijpaden correct worden aangelegd. Bij gebruik van grensstrooiapparaat Limiter • grensstrooiplaat Tele Quick • wordt het eerste rijpad (Afb. 91/T1) doorgaans op halve rijpadafstand tot de veldrand aangelegd.
Werken met de machine 10.4 Aanwijzingen voor het strooien van slakkenkorrels (bijv. Mesurol) De kunstmeststrooier ZA-X kan in standaarduitvoering ook voor het breed strooien van slakkenkorrels worden gebruikt. De slakkenkorrels (bijv. Mesurol) zijn uitgevoerd als pellets of een vergelijkbare korreling en worden in relatief kleine hoeveelheden (bijv.
Werken met de machine 10.4.1 Controle van de strooihoeveelheid bij stilstand De strooihoeveelheid kan bij stilstand worden gecontroleerd, als de rijsnelheid van de tractor op het veld exact bekend is. Voorbeeld: Slakkenkorrels Strooigoed: Werkbreedte: 10 m Werksnelheid: 8 km/h 3 kg/ha Gewenste strooihoeveelheid: 1.
Pagina 107
Werken met de machine 1. Drijf de aftakas aan met 540 omw/min. 2. Open beide schuiven exact 3 min. 45 sec. 3. Weeg het opgevangen strooigoed [kg] (voor 0,5 ha), bv. 1,5 kg. 4. Reken de opgevangen hoeveelheid strooigoed [kg] om naar de benodigde hoeveelheid strooigoed [kg/ha].
Defecte of versleten onderdelen direct vervangen. De strooi-eigenschappen van uw Neem contact op met de mestkorrels wijken af van de AMAZONE-mest-Service. eigenschappen van de mestsoort die wij bij het maken van de 05405-501111 strooitabel hebben gebruikt.
Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen •...
Reinigen, service en onderhoud • Maak de machine na gebruik schoon met een normale waterstraal (geoliede apparaten alleen op wasplaatsen met olieafscheiders). • Uitstroomopeningen en schuiven zorgvuldig reinigen. • Verwijder vastgekoekte kunstmest van de strooischijven en de strooiplaten. Behandel de droge machine met een corrosiewerend middel. •...
Reinigen, service en onderhoud 12.3 Onderhoudsschema – overzicht Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn • is bereikt. • Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Dagelijks Onderhoudswerkzaamheden Zie blz. Onderdeel Vakwerkplaats •...
Reinigen, service en onderhoud 12.4 Demontage van de cardanas 1. Zet de aandrijfasbescherming in montagestand (Afb. 94). 2. Maak de smeernippels (Afb. 95/1) in de aansluitvork (Afb. 95/3) van de aandrijfas (Afb. 95/2) los. 3. Verwijder de breekbout (Afb. 95/4) tussen vorkflens van de aandrijfas en flens van de ingaande as van de aandrijving.
Reinigen, service en onderhoud 12.7 Aandrijving De aandrijving is onder normale gebruiksomstandigheden onderhoudsvrij. De fabriek levert de aandrijving met voldoende transmissieolie. Bijvullen van olie is doorgaans niet nodig. Uitwendige tekenen, zoals verse olieplekken op de standplaats of op machineonderdelenn en/of harde geluiden duiden op een Olielekkage van het aandrijvingshuis.
Reinigen, service en onderhoud 12.8 Vervangen van de strooiplaten en zwenkvleugels De technische toestand van de strooiplaten inclusief hun • zwenkvleugels draagt voor een groot deel bij aan een gelijkmatige dwarsverdeling van de mestkorrels op het veld (vorming van voren). •...
Pagina 115
Reinigen, service en onderhoud (1) Zelfborgende moer (2) Vulring (3) Fixeerbout (4) Snel losbare schroefverbinding (5) Schotelveer 1. Draai de fixeerpennen los en verwijder ze. 2. Maak de snelsluiting los en verwijder deze. 3. Vervang de strooiplaat. 4. Vervang de zelfborgende moeren van de fixeerpennen door nieuwe zelfborgende moeren.
Reinigen, service en onderhoud 12.8.2 Vervangen van de zwenkvleugels WAARSCHUWING Gevaar voor uitwerpen van zwenkvleugels van de strooiplaat als gevolg van het onbedoeld losraken van de schroefverbindingen! Vervang beslist ook de gebruikte zelfborgende moeren van de schroefverbindingen bij het vervangen van de zwenkvleugels door nieuwe zelfborgende moeren.
Reinigen, service en onderhoud 12.9 Controleer de afstandsmaten tussen roervinger/trechterwand en strooiplaat/toevoerbeugels De afstandsmaat tussen trechterwand (Afb. 100/1) en roerkopvinger (Afb. 100/2) moet 6-7 mm bedragen. Zo nodig de punt van de roervinger verbuigen. De afstandsmaat tussen strooiplaat (Afb. 100/3) en toevoerbeugel (Afb.
Pagina 118
Reinigen, service en onderhoud 4. In de vrijgekomen opening moet ο de kant (Afb. 102/1) van de schuif de onderste hoek (Afb. 102/2) van de uitstroomopening snijden. de stelmal (optioneel Afb. 103/1) ο makkelijk passen. (bestelnr. stelmal: 0542700) 5. Is de betreffende opening te klein of te groot, corrigeer dan de basisafstelling van de schuif (zie hieronder).
Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! • Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
Reinigen, service en onderhoud 12.11.1 Codering van de hydraulische slangen De codering op de armatuur geeft de volgende informatie: Afb. 105/... (1) Type-aanduiding van de fabrikant van de hydraulische slang (A1HF) (2) Productiedatum van de hydraulische slang (04 / 02 = jaar / maand = februari 2004) (3) Maximaal toelaatbare bedrijfsdruk (210 BAR).
2010. Zie hiertoe "Codering van hydraulische slangen". 12.11.4 In- en uitbouwen van hydraulische slangen Neem bij het in- en uitbouwen van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Zorg voor een schone werkplek. •...
Reinigen, service en onderhoud 12.12 Elektrische verlichting WAARSCHUWING Vervang defecte gloeilampen onmiddellijk, zodat u andere verkeersdeelnemers niet in gevaar brengt! Gloeilampen vervangen: 1. Draai het beschermglas los. 2. Verwijder de defecte lamp. 3. Plaats de nieuwe lamp (let op juiste spanning en vermogen). 4.
Reinigen, service en onderhoud 12.15 Aanhaalkoppels schroeven 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M 10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M 18x1,5 M 20 M 20x1,5 M 22 M 22x1,5 1050 M 24...