Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

MG6005
BAG0163.7 01.23
Printed in Germany
nl
Bedieningshandleiding
az
E +S 301
E +S 751
Aanbouwstrooier
E +S H 301
E +S H 751
bedieningshandleiding voor
gebruik door en volg de
aanwijzingen zorgvuldig op!
bedieningshandleiding voor
Lees deze
Bewaar de
toekomstig gebruik!

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Samenvatting van Inhoud voor Amazone E+S 301

  • Pagina 1 Bedieningshandleiding E +S 301 E +S H 301 E +S 751 E +S H 751 Aanbouwstrooier Lees deze bedieningshandleiding voor gebruik door en volg de MG6005 aanwijzingen zorgvuldig op! BAG0163.7 01.23 Bewaar de Printed in Germany bedieningshandleiding voor toekomstig gebruik!
  • Pagina 2 Het mag niet onbelangrijk of overbodig voorkomen, deze gebruiksaanwijzing te lezen en zich aan de aanwijzingen te houden; het volstaat niet van anderen te horen, dat de machine goed is, ze daarom te kopen en te denken dat alles vanzelf gaat.
  • Pagina 3: Identificatiegegevens

    + 49 (0) 5405 50 1-0 Email: amazone@amazone.de Bestellen van onderdelen De lijsten met vervangingsonderdelen zijn vrij toegankelijk via het Portaal Vervangingsonderdelen op www.amazone.de. Wij verzoeken u uw orders bij uw AMAZONE-dealers te plaatsen. Over deze bedieningshandleiding Documentnummer: MG6005 Productiedatum: 01.23 ...
  • Pagina 4 Geachte lezers, Wij passen onze bedieningshandleidingen regelmatig aan. Uw suggesties helpen ons onze bedieningshandleidingen nog gebruikersvriendelijker te maken. AMAZONEN-WERKE H. DREYER SE & Co. KG Postfach 51 D-49202 Hasbergen Tel.: + 49 (0) 5405 50 1-0 E-mail: amazone@amazone.de E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 5: Inhoudsopgave

    Inhoud Tips voor de gebruiker ................8 Doel van het document ......................8 Plaatsaanduidingen in de bedieningshandleiding ..............8 Gebruikte beschrijvingen ......................8 Algemene veiligheidsinstructies ..............9 Verplichtingen en aansprakelijkheid ..................9 Beschrijving van veiligheidssymbolen ................... 11 Organisatorische maatregelen ....................12 Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen .................
  • Pagina 6 Inhoud Roerwerk ..........................47 Doseerschuif met instelhendel en hydraulische sluitschuif ........... 48 Elektrische schuifbediening ....................49 5.10 Draaibare bodemgroep ......................50 5.11 Driepuntsaanbouwframe ....................... 51 5.12 Opklapbaar afdekzeil (optioneel) ..................52 5.13 Bakopzetstukken (optioneel) ....................52 5.14 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel)............53 5.15 Werkverlichting (optie)......................
  • Pagina 7 Inhoud 13.4 Onderhoudsschema – overzicht ..................102 13.5 Afbreekbeveiliging roerwerk....................102 13.6 Vervangen van de strooiplaten en zwenkvleugels .............. 103 13.7 Hydraulisch systeem ......................104 13.7.1 Codering van de hydraulische slangen ................105 13.7.2 Service-intervallen ....................... 106 13.7.3 Inspectiecriteria voor hydraulische slangen ................. 106 13.7.4 In- en uitbouwen van hydraulische slangen .................
  • Pagina 8: Tips Voor De Gebruiker

    Tips voor de gebruiker Tips voor de gebruiker Het hoofdstuk Tips voor de gebruiker bevat informatie over het omgaan met de bedieningshandleiding. Doel van het document Deze bedieningshandleiding • beschrijft de bediening en het onderhoud van de machine. • voorziet u van belangrijke informatie om veilig en efficiënt met de machine te werken.
  • Pagina 9: Algemene Veiligheidsinstructies

    Algemene veiligheidsinstructies Algemene veiligheidsinstructies Dit hoofdstuk bevat belangrijke instructies om veilig met de machine te werken. Verplichtingen en aansprakelijkheid Instructies in de bedieningshandleiding opvolgen Kennis van de basisveiligheidsinstructies en veiligheidsvoorschriften is de eerste voorwaarde om veilig en zonder storingen met de machine te kunnen werken.
  • Pagina 10 Algemene veiligheidsinstructies Gevaren bij het werken met de machine De machine is gebouwd volgens de allernieuwste techniek en de erkende veiligheidstechnische regels. Toch kunnen er zich bij het gebruik van de machine gevaren en beschadigingen voordoen voor het leven van de gebruiker of derden, •...
  • Pagina 11: Beschrijving Van Veiligheidssymbolen

    Algemene veiligheidsinstructies Beschrijving van veiligheidssymbolen Veiligheidsinstructies worden aangegeven met een driehoekig veiligheidssymbool en een signaalwoord. Het signaalwoord (GEVAAR, WAARSCHUWING, VOORZICHTIG) beschrijft de ernst van het dreigende gevaar en heeft de volgende betekenis: GEVAAR verwijst naar een direct gevaar met een hoog risico dat de dood of zwaar lichamelijk letsel (verlies van lichaamsdelen of langdurig letsel) ten gevolge kan hebben als het gevaar niet wordt vermeden.
  • Pagina 12: Organisatorische Maatregelen

    Algemene veiligheidsinstructies Organisatorische maatregelen De eigenaar dient de benodigde persoonlijke veiligheidsuitrustingen ter beschikking te stellen, zoals: Veiligheidsbril • Veiligheidsschoenen • Beschermende kleding • Beschermingsmiddelen voor de huid, enz. • De bedieningshandleiding • altijd daar bewaren waar de machine wordt gebruikt! dient te allen tijde voor gebruikers en onderhoudsmedewerkers •...
  • Pagina 13: Scholing Van De Personen

    Algemene veiligheidsinstructies Scholing van de personen Alleen geschoolde en geïnstrueerde personen mogen met/aan de machine werken. De eigenaar dient de bevoegdheden voor het bedienen en onderhouden duidelijk vastleggen. Personen die nog moeten worden opgeleid, mogen alleen onder toezicht van een ervaren persoon met/aan de machine werken. Personen Voor de Geïnstrueerd...
  • Pagina 14: Veiligheidsmaatregelen Voor Normaal Gebruik

    Algemene veiligheidsinstructies Veiligheidsmaatregelen voor normaal gebruik Gebruik de machine alleen als alle veiligheids- en beschermingsvoorzieningen volledig functioneren. Controleer de machine tenminste een keer per dag op waarneembare schade en het correct functioneren van de veiligheids- en beschermingsvoorzieningen. Gevaren door resterende energie Houd rekening met mechanische, hydraulische, pneumatische en elektrische/elektronische resterende energie in de machine.
  • Pagina 15: Onderdelen, Slijtageonderdelen En Hulpstoffen

    Onderdelen, slijtageonderdelen en hulpstoffen Onderdelen van de machine die niet meer in perfecte staat zijn, dienen direct te worden vervangen. Gebruik uitsluitend originele AMAZONE-onderdelen en slijtageonderdelen of de door AMAZONEN-WERKE goedgekeurde onderdelen, zodat de goedkeuring volgens nationale en internationale voorschriften van kracht blijft. Bij onderdelen en slijtageonderdelen...
  • Pagina 16: Waarschuwingsstickers En Overige Aanduidingen Op De Machine

    Algemene veiligheidsinstructies 2.13 Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de machine Houd alle waarschuwingsstickers op de machine altijd schoon en goed leesbaar! Vervang onleesbare waarschuwingsstickers. Bestel de waarschuwingsstickers aan de hand van het bestelnummer (bijv. MD075) bij uw dealer. Plaats van de waarschuwingsstickers en overige aanduidingen De volgende afbeeldingen geven aan waar de waarschuwingsstickers op de machine zijn aangebracht.
  • Pagina 17 Algemene veiligheidsinstructies Opbouw waarschuwingssticker Waarschuwingsstickers geven gevaarlijke plaatsen op de machine aan en waarschuwen voor restgevaren. Op deze gevaarlijke plaatsen doen zich permanent of onverwacht gevaarlijke situaties voor. Een waarschuwingssticker bestaat uit 2 vlakken: Vlak 1 beschrijft het gevaar in de vorm van een illustratie en is omringd door een driehoekig veiligheidssymbool.
  • Pagina 18: Waarschuwingssticker

    Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD075 Gevaar als gevolg van snijden of amputatie van vingers en handen als gevolg van bewegende machinedelen! Deze gevaren kunnen zwaar letsel met verlies van delen van vingers of handen veroorzaken. Reik nooit met uw handen of armen in de gevaarlijke plaats zolang de tractormotor met aangesloten cardanas / hydraulisch systeem loopt.
  • Pagina 19 Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD082 Gevaar voor personen voor het vallen van treeplanken en platforms bij het meerijden op de machine resp. bij het beklimmen van aangedreven machines! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. Het is verboden om personen mee te laten rijden op de machine en/of rijdende machines te beklimmen.
  • Pagina 20 Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD093 Gevaar voor vastgrijpen of opwikkelen door toegankelijke aangedreven elementen van de machine! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. Open of verwijder nooit de beschermingsvoorzieningen van de aangedreven elementen van de machine zolang de tractormotor bij aangesloten cardanas / aangekoppelde hydraulische aandrijving draait.
  • Pagina 21 Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD097 Gevaar voor beknellen van het gehele lichaam door oponthoud binnen het slagbereik van de driepuntsophanging bij de bediening van de driepuntshydraulica! Dit gevaar kan zwaar letsel met mogelijk de dood tot gevolg veroorzaken. •...
  • Pagina 22: Gevaren Bij Het Negeren Van De Veiligheisinstructies

    Algemene veiligheidsinstructies Bestelnummer en toelichting Waarschuwingssticker MD116 Dit pictogram geeft het noodzakelijke aandrijftoerental (540 1/min) en de draairichting van de cardanas aan machinezijde aan. MD199 De maximale werkdruk in het hydraulische systeem bedraagt 210 bar. 2.14 Gevaren bij het negeren van de veiligheisinstructies Het negeren van de veiligheidsinstructies •...
  • Pagina 23: Veiligheidsinstructies Voor De Gebruiker

    Algemene veiligheidsinstructies 2.16 Veiligheidsinstructies voor de gebruiker WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten vanwege het ontbreken van verkeers- en gebruiksveiligheid! De machine en tractor voor gebruik altijd controleren op verkeers- en gebruiksveiligheid! 2.16.1 Algemene veiligheidsinstructies en voorschriften ter voorkoming van ongevallen Neem behalve deze instructies ook de algemeen geldende •...
  • Pagina 24 Algemene veiligheidsinstructies Voordat u de machine aan de driepuntshydraulica van de tractor • aan- of loskoppelt, dient u de bedieningshendel van het hydraulisch systeem van de tractor te blokkeren in een positie waarin onbedoeld heffen of zakken wordt uitgesloten! • Zet de steunelementen (indien aanwezig) bij het aan- en afkoppelen van machines in de juiste stand (stabiliteit bij stilstand)!
  • Pagina 25 Algemene veiligheidsinstructies Transport van de machine Bij het rijden op de openbare weg dient u zich aan de geldende • verkeersregels te houden! • Controleer voor transport of voedingsleidingen correct zijn aangebracht; ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο...
  • Pagina 26: Hydraulisch Systeem

    • Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is • inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
  • Pagina 27: Elektrisch Systeem

    Algemene veiligheidsinstructies 2.16.3 Elektrisch systeem Bij werkzaamheden aan het elektrische systeem dient u altijd de • accu (minpool) los te koppelen! • Gebruik uitsluitend de voorgeschreven zekeringen. Het gebruik van te zware zekeringen veroorzaakt onherstelbare schade aan het elektrische systeem – brandgevaar! •...
  • Pagina 28 Algemene veiligheidsinstructies Let in bochten op de toelaatbare hoek en de schuifafstand van • de aandrijfas! • Controleer vóór het inschakelen van de aftakas, of het gekozen aftakastoerental van de tractor overeenkomt met het toelaatbare aandrijftoerental van de machine. • Stuur personen weg uit de gevarenzone van de machine voordat u de aftakas inschakelt.
  • Pagina 29: Strooien

    Maak voordat u elektrisch gaat lassen aan tractor en • aangebouwde machines eerst de kabel van de dynamo en accu van de tractor los! Reserveonderdelen moeten minimaal voldoen aan de door • AMAZONEN-WERKE vastgestelde technische eisen! Originele AMAZONE-onderdelen voldoen aan deze eisen! E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 30: Op- En Afladen

    Op- en afladen Op- en afladen WAARSCHUWING Gevaar als gevolg van bekneld raken en/of zich stoten door het onbedoeld vallen van de omhoog gebrachte machine! • Gebruik beslist de aangegeven sjorpunten voor het bevestigen van bevestigingsmiddelen, wanneer u de machine met behulp van een hefwerktuig op- en aflaadt.
  • Pagina 31: Beschrijving Van Het Product

    Beschrijving van het product Beschrijving van het product Lees dit hoofdstuk bij voorkeur bij de machine. Zo raakt u optimaal vertrouwd met de machine. Overzicht van bouwgroepen E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 32: Veiligheids- En Beschermingsvoorzieningen

    Beschrijving van het product (1) Frame (2) Bak (3) Bodemgroep (4) Strooischijven (5) Strooibreedte beschermkap uit meerdere segmenten (6) Cardanas of hydraulische aandrijving (7) Cardanasbeveiliging (8) Afscherm- en functierooster in de bak (9) Afschermplaat (10) Slanghouder Veiligheids- en beschermingsvoorzieningen • Cardanasbeveiliging als beveiliging tegen aanraking van de draaiende cardanas.
  • Pagina 33: Verkeerstechnische Uitrusting

    Sluit de verlichting met de steker op de 7- polige tractor-stekkerdoos aan. Gebruik volgens voorschriften De AMAZONE-strooier E+S 301 / E+S 751 is uitsluitend bedoeld voor normaal gebruik in de winter voor het • strooien op wegen, paden en pleinen.
  • Pagina 34: Gevarenzone En Gevaarlijke Plaatsen

    Beschrijving van het product Gevarenzone en gevaarlijke plaatsen De gevarenzone is de omgeving van de machine waarin personen binnen bereik zijn van arbeidsbewegingen van de machine en zijn gereedschappen; • door de machine naar buiten geslingerde materialen of • voorwerpen; •...
  • Pagina 35: Typeplaatje

    (6) Bouwjaar Technische gegevens Vul-hoogte Vul-breedte Trechter- Laadvermo Gewicht Totale Totale Type inhoud breedte lengte E+S 301 300 l 1300 kg 160 kg 1,00 m 0,98 m 1,08 m 0,90 m + Bak S95 395 l 1300 kg 174 kg...
  • Pagina 36: Benodigde Tractoruitrusting

    Benodigde tractoruitrusting Om de machine in overeenstemming met de voorschriften te gebruiken, dient de tractor te voldoen aan de volgende voorwaarden. Motorvermogen van de tractor E+S 301 vanaf 15 kW (20 pk) E+S 751 vanaf 30 kW (40 pk) Elektrisch systeem...
  • Pagina 37: Opbouw En Werking

    (4) Strooischijf (5) Strooischoepen (6) Schaal afgiftepunt (7) Doseerschuif Langs de trechterwand van de AMAZONE E+S glijdt het strooigoed naar de doorlaatopening) in de bodemgroep. Het roerwerk zorgt voor een gelijkmatige strooigoedstroom op de strooischijf. De strooischijf wordt rechtsom roterend aangedreven en is uitgerust met 8 strooischoepen.
  • Pagina 38: Strooischijven

    Opbouw en werking Strooischijven Strooischijf met strooischoepen standaard. Strooischoeplengte: 110 mm Strooischijf met strooischoepen lang. Strooischoeplengte: 170 mm E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 39: Strooischijfaandrijving Met Hydraulische Motor

    Opbouw en werking Strooischijfaandrijving met hydraulische motor De strooischijf en het roerwerk worden aangedreven door de hydraulische motor. Verplaatsingsvolume hydraulische motor 100 cc. Varianten van de hydraulische strooischijfaandrijving: Strooischijfaandrijving met toerentalregeling via EasySet: • In- en uitschakelen van de strooischijfaandrijving via EasySet. Instelling van de werkbreedte door •...
  • Pagina 40: Strooischijfaandrijving Met Cardanas

    Met deze bak bedraagt het strooischijftoerental ca. 280 min bij een aftakastoerental van 540 min Cardanas in parkeerstand. E+S 301: cardanas 560 mm • E+S 751: cardanas 810 mm • Bij de winterdienst wordt standaard een aftakastoerental van 540 min ingesteld.
  • Pagina 41 Opbouw en werking WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen door niet-beveiligde onderdelen van de cardanas in de buurt van de krachtoverbrenging tussen tractor en aangedreven machine! Werk alleen met volledig beveiligde aandrijving tussen tractor en aangedreven machine. • De niet-beveiligde onderdelen van de cardanas moeten altijd door een beschermplaat op de tractor en een afschermtrechter op de machine zijn beveiligd.
  • Pagina 42: Cardanas Aankoppelen

    Opbouw en werking Gebruik alleen de bijgeleverde aandrijfas resp. het bijgeleverde • aandrijfastype. • Lees de meegeleverde bedieningshandleiding van de cardanas en neem de instructies in acht. Door het juiste gebruik van de cardanas kunnen zware ongevallen worden voorkomen. • Let bij het aankoppelen van de cardanas op het volgende de meegeleverde bedieningshandleiding van de cardanas.
  • Pagina 43: Cardanas Loskoppelen

    Opbouw en werking Kettingen mogen niet blijven hangen aan onderdelen van de tractor of de machine. 7. Controleer of de vrije ruimte rond de cardanas in alle bedrijfsomstandigheden toereikend is. Onvoldoende vrije ruimte leidt tot beschadiging van de cardanas. 8. Zorg alsnog voor voldoende vrije ruimte (indien nodig). 5.4.2 Cardanas loskoppelen WAARSCHUWING...
  • Pagina 44: Hydraulische Aansluitingen

    Opbouw en werking Hydraulische aansluitingen Alle hydraulische slangleidingen zijn voorzien van grepen. • Op de grepen bevinden zich kleurmarkeringen met een markeringsgetal of -letter, om de betreffende hydraulische functie van de persleiding aan een tractorregeleenheid toe te kennen! Bij de markeringen is folie op de machine gelijmd, die de betreffende hydraulische functies verduidelijken.
  • Pagina 45: Hydraulische Slangen Aansluiten

    Opbouw en werking WAARSCHUWING Gebruik als olieretourleiding alleen DN16-leidingen en kies korte retourwegen. Breng het hydraulische systeem alleen op druk, wanneer de vrije retourleiding correct is aangesloten. Monteer de meegeleverde koppelingsmoffen op de drukloze olieretourleiding. WAARSCHUWING Infectiegevaar door hydraulische olie die onder hoge druk naar buiten stroomt! Bij het aansluiten en loskoppelen van de hydraulische slangen moet het hydraulische systeem van zowel de tractor als de machine...
  • Pagina 46: Hydraulische Slangleidingen Loskoppelen

    Opbouw en werking 5.5.2 Hydraulische slangleidingen loskoppelen 1. Zet de bedieningshendel op de regeleenheid in de tractor in de neutrale stand. 2. Verwijder de hydraulische stekers uit de hydraulische moffen. 3. Bescherm de hydraulische contactdozen met behulp van stofafdekkappen tegen verontreiniging. 4.
  • Pagina 47: Roerwerk

    Opbouw en werking Roerwerk De E+S afhankelijk van de toepassing met verschillende roerwerken worden uitgerust. De roerwerken leiden het strooigoed naar de uitstroomopening en maken klonters in het strooigoed klein. (1) Staafroerwerk: strooien van zand en zout (2) Kettingroerwerk: strooien van split en split-zout-mengsel (3) Roerkop: strooien van gegranuleerde meststoffen (4) Vingerroerwerk voor het strooien van zout (5) Spanhuls als overbelastingsbeveiliging...
  • Pagina 48: Doseerschuif Met Instelhendel En Hydraulische Sluitschuif

    Opbouw en werking Doseerschuif met instelhendel en hydraulische sluitschuif De doseerschuif zorgt afhankelijk van instelling voor een bepaalde opening van de doorlaatopening in de bak. Door de vrijgegeven opening komt het strooigoed op de strooischijf. Omdat de strooi-eigenschappen van het strooigoed nogal kunnen verschillen, wordt aangeraden om de gekozen schuifstand voor de gewenste strooihoeveelheid te controleren door een controle van de hoeveelheid strooigoed.
  • Pagina 49: Elektrische Schuifbediening

    Opbouw en werking Elektrische schuifbediening De strooihoeveelheid wordt via een elektromotor met de EasySet- bedieningscomputer ingesteld. (1) Schuif door voor hoeveelheidsinstelling voor het openen en sluiten van de doorlaatopening (2) Doorlaatopening in de bak (3) Elektromotor voor schuifbediening E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 50: Draaibare Bodemgroep

    Opbouw en werking 5.10 Draaibare bodemgroep De bodemgroep met de doorlaatopening voor het strooigoed kan om de verticale middenas worden gedraaid. Hierdoor kan het afgiftepunt van het strooigoed op de strooischijf worden ingesteld en dus het strooigebied aan de eisen worden aangepast.
  • Pagina 51: Driepuntsaanbouwframe

    Opbouw en werking 5.11 Driepuntsaanbouwframe Het frame van de E+S is zodanig uitgevoerd, dat het voldoet aan de eisen en afmetingen van de driepuntsaanbouw categorie I of II. (1) Trekstangpen categorie 1 (2) Trekstangpen categorie 2 (3) Topstangpen categorie 1 en 2 (4) Drie borgpunten voor trekstang (5) Twee borgpunten voor topstang E+S BAG0163.7 01.23...
  • Pagina 52: Opklapbaar Afdekzeil (Optioneel)

    Opbouw en werking 5.12 Opklapbaar afdekzeil (optioneel) Het opklapbare afdekzeil garandeert ook bij nat weer droog strooigoed. (1) Zichtvenster (2) Zwenkhendel met greep (3) Vergrendeling 5.13 Bakopzetstukken (optioneel) • Bakopzetstukken S95 en S190 voor E+S Bakopzetstukken S180 en S360 voor E+S •...
  • Pagina 53: Transport- En Parkeerinrichting (Afneembaar, Optioneel)

    Opbouw en werking 5.14 Transport- en parkeerinrichting (afneembaar, optioneel) Met de afneembare transport- en parkeerinrichting is aankoppelen aan de driepuntshydraulica van de tractor en manoeuvreren op het erf en in gebouwen makkelijk. Om wegrijden van de kunstmeststrooier te voorkomen, zijn de twee rollen voorzien van een vastzetsysteem.
  • Pagina 54: Werkverlichting (Optie)

    Opbouw en werking Let er bij de montage van de starre rollen op, dat de pen (5) door de boring van het frame zit en zo de rollen in lengterichting houdt. 5.15 Werkverlichting (optie) De werkverlichting zorgt in het duister voor goed zicht op het werkveld.
  • Pagina 55: Inbedrijfstelling

    Inbedrijfstelling Inbedrijfstelling Dit hoofdstuk voorziet u van informatie over • het inbedrijfstellen van uw machine; • de wijze waarop u kunt controleren of u de machine aan uw tractor kunt aansluiten/aankoppelen. Voor het in bedrijf stellen van de machine moet de gebruiker •...
  • Pagina 56: Controleren Of De Tractor Geschikt Is

    Inbedrijfstelling Controleren of de tractor geschikt is WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar voor breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! • Controleer of uw tractor geschikt is voordat u de machine aan de tractor koppelt.
  • Pagina 57: Benodigde Gegevens Voor De Berekening

    Inbedrijfstelling 6.1.1.1 Benodigde gegevens voor de berekening Afb. 1 [kg] Eigen gewicht van tractor zie bedieningshandleiding van tractor of [kg] Voorasbelasting van de lege tractor kentekenbewijs [kg] Achterasbelasting van de lege tractor [kg] Totaalgewicht van aan achterzijde zie technische gegevens van machine of het aangekoppelde machine of gewicht aan gewicht aan de achterzijde achterzijde...
  • Pagina 58: Berekening Van De Daadwerkelijke Voorasbelasting Van De Tractor T

    Inbedrijfstelling 6.1.1.2 Berekening van het minimaal noodzakelijke ballastgewicht voor G om de V min bestuurbaarheid van de tractor te waarborgen • − • • • Voer de waarde van het berekende minimale ballastgewicht G V min dat aan de voorzijde van de tractor nodig is, in de tabel (hoofdstuk 6.1.1.7) in.
  • Pagina 59 Inbedrijfstelling 6.1.1.7 Tabel Daadwerkelijke waarde Toelaatbare waarde Dubbel toelaatbaar volgens berekening volgens draagvermogen bedieningshandleiding (twee banden) van tractor Minimaal ballastgewicht voor/achter Totaalgewicht ≤ Voorasbelasting ≤ ≤ Achterasbelasting ≤ ≤ Raadpleeg het kentekenbewijs van uw tractor voor de • toelaatbare waarden voor het totaalgewicht van de tractor, de asbelastingen en het draagvermogen van de banden.
  • Pagina 60: Lengte Van De Cardanas Aan De Tractor Aanpassen

    Inbedrijfstelling Lengte van de cardanas aan de tractor aanpassen WAARSCHUWING Gevaren door beschadigde en/of vernielde, wegvliegende onderdelen ontstaan, als de aandrijfas bij het oplichten/zakken van de aan de tractor aangekoppelde machine wordt samengedrukt of uit elkaar wordt getrokken, omdat de lengte van de aandrijfas niet goed is aangepast! Laat de lengte van de cardanas in alle bedrijfsstanden door een vakwerkplaats controleren en zo nodig aanpassen, voordat u de...
  • Pagina 61 Inbedrijfstelling WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken door onbedoeld wegrollen van de tractor en de aangekoppelde machine! • zakken van de opgelichte machine! • Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en wegrollen, en de opgelichte machine tegen onbedoeld zakken voordat u de gevarenzone tussen tractor en opgelichte machine betreedt voor het aanpassen van de cardanas.
  • Pagina 62: Beveilig De Tractor/Machine Tegen Onbedoeld Starten En Wegrollen

    Inbedrijfstelling Beveilig de tractor/machine tegen onbedoeld starten en wegrollen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten bij handelingen aan de machine door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven, onbeveiligde machine;...
  • Pagina 63: Machine Aan- En Afkoppelen

    Machine aan- en afkoppelen Machine aan- en afkoppelen Raadpleeg bij het aan- en afkoppelen van machines het hoofdstuk "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 23. WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, vastgrijpen, opwikkelen en/of stoten als gevolg van het onbedoeld starten en wegrollen van de tractor bij het aan- of afkoppelen van de cardanas en de voedingskabels! Beveilig de tractor en de machine tegen onbedoeld starten en...
  • Pagina 64: Machine Aankoppelen

    Machine aan- en afkoppelen Machine aankoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken en/of stoten bij het aankoppelen van de machine tussen tractor en machine! Stuur personen weg uit de gevarenzone tussen tractor en machine voordat u naar de machine rijdt. Aanwezige personen mogen alleen aanwijzingen naast de tractor en de machine aanwijzingen geven en pas na stilstand tussen tractor en machine gaan staan.
  • Pagina 65 Machine aan- en afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor uitval van de energietoevoer tussen tractor en machine als gevolg van beschadigde voedingskabels! Let bij het aansluiten van de voedingskabels op het verloop van de voedingskabels. De voedingskabels moeten bij alle bewegingen van de aangekoppelde machine •...
  • Pagina 66: Machine Afkoppelen

    Machine aan- en afkoppelen Machine afkoppelen WAARSCHUWING Gevaar voor lichamelijk letsel door kantelen van de gevulde ma- chine. Koppel alleen een lege machine aan of af. Na het afkoppelen van de machine moet er voldoende ruimte vóór de machine zijn om de tractor in één lijn naar de machine te rijden. 1.
  • Pagina 67: Instellingen

    Instellingen Instellingen Neem bij alle werkzaamheden ten behoeve van het afstellen van de machine de aanwijzingen in de volgende hoofdstukken in acht "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de • machine", vanaf blz. 18 en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23. •...
  • Pagina 68: Instellingen Met De Waarden Van De Strooitabel

    Instellingen Gebruik de gegevens in de strooitabel voor het instellen van de machine. Pas de instelling eventueel aan op de individuele strooi- eigenschappen van het strooigoed. Instellingen met de waarden van de strooitabel Strooischoep kort (110 mm) Strooischoep lang (170 mm) Werkbree Strooibreedt Strooischijf...
  • Pagina 69: Afgiftepunt Instellen

    Instellingen Afgiftepunt instellen Draai hiervoor de bodemgroep op de opgegeven waarden (A - P) conform de strooitabel. 1. Draaiknop losmaken. 2. Verdraai de bodemgroep totdat de wijzer op de gewenste schaalwaarde staat. 3. Draaiknop vastdraaien. Werkbreedte instellen De werkbreedte hangt af van: het strooigoed •...
  • Pagina 70: Werkbreedte Met De Strooibreedtebegrenzing Instellen

    Instellingen 8.3.1 Werkbreedte met de strooibreedtebegrenzing instellen De strooibreedtebegrenzing met de aangegeven hoek volgens de strooitabel aanpassen. Waarde 0: strooibreedtebegrenzing maximaal opgeheven. Waarde 90: strooibreedtebegrenzing maximaal neergelaten. Afhankelijk van de uitvoering de instelling strooibreedte uitvoeren: • instelling via de kettingophanging aan beide zijden uitvoeren. Daarvoor een kettingschakel in de haak hangen en zo de strooibreedtebegrenzing verder optillen/neerlaten.
  • Pagina 71: Werkbreedte Via Strooischijftoerental Instellen

    Instellingen 8.3.2 Werkbreedte via strooischijftoerental instellen Stroomregelklep: Stroomregelklep op de aangegeven waarde conform de strooitabel instellen. Waarde 0: toerental van de strooischijf minimaal Waarde 10: toerental van de strooischijf maximaal EasySet: In EasySet de opgegeven waarde conform de strooitabel invoeren. Waarde 0: toerental van de strooischijf minimaal Waarde 10: toerental van de strooischijf maximaal...
  • Pagina 72: Controle Van De Werkbreedte

    Instellingen 8.3.3 Controle van de werkbreedte De ingestelde werkbreedte controleren met meetlat of • • op het zicht. Komt de werkelijke strooibreedte niet met de gewenste strooibreedte overeen, dan de werkbreedte instelling veranderen. Verandering van de werkbreedte als volgt uitvoeren: Werkbreedte vergroten: Strooibreedte-begrenzingplaten hoger zetten door de ketting in •...
  • Pagina 73: Instellen Van De Strooihoeveelheid

    Instellingen Instellen van de strooihoeveelheid De stand van de doseerschuif is afhankelijk van • de soort strooigoed, en van de toestand (gekorreld, grof/fijn, vochtig, droog) de gewenste strooibreedte [m]. • de gewenste rijsnelheid [km/h]. • de gewenste strooihoeveelheid [g/m²]. • Het instellen van de schuifvergrendeling op een hogere waarde op de schaalverdeling betekent: •...
  • Pagina 74: Controle Van De Afgifte

    Instellingen Controle van de afgifte De strooihoeveelheid [g/m²] is afhankelijk van: • de stand van de doseerschuif. • de rijsnelheid. • het aftakastoerental. • de toestand van het te strooien materiaal (gekorreld, grof/fijn, vochtig/ droog) Wij adviseren een afdraaiproef uit te voeren bij wisselen van strooigoed of verandering van de toestand van het strooigoed.
  • Pagina 75: Mechanische Strooischijfaandrijving

    Instellingen 2. Uitvoeren van de strooihoeveelheidscontrole 2.1 Folie onder de winterstrooier uitspreiden. 2.2 De winterstrooier tot de laagste stand neerlaten. 2.3 De strooibreedtebegrenzing (indien aanwezig) in de onderste positie brengen. Anders: Uitwerpafstand van de machine op een andere manier begrenzen (eventueel achteruit in een garage rijden) 2.4 Mechanische strooischijfaandrijving Stel het toerental van de aftakas constant in (bijv.
  • Pagina 76: Bedieningscomputer Easyset

    Bedieningscomputer EasySet Bedieningscomputer EasySet De bedieningscomputer EasySet is bedoeld voor het bedienen van de machine vanaf de tractor. Functies van de bedieningscomputer EasySet: In bedrijf stellen/uit bedrijf nemen van de machine vanaf de • tractor. ο Schuif openen/sluiten. ο Hydraulische strooischijfaandrijving inschakelen/uitschakelen.
  • Pagina 77 Bedieningscomputer EasySet Display (1) Weergave van de waarde voor de strooihoeveelheid Deze aanwijzing wordt ook bij gesloten schuif getoond. • Waarde 1 – laagste strooihoeveelheid • Waarde circa 50 – maximale strooihoeveelheid - Symbool voor waarde 0,5 (2) Weergave werkbreedte (modus 2, 3) De aanwijzing wordt ook bij opgeheven strooibreedtebegrenzing getoond.
  • Pagina 78: Easyset Bedrijfsmodus Kiezen

    Bedieningscomputer EasySet EasySet bedrijfsmodus kiezen Voor het gebruik moet u de correct ingestelde modus controleren. De modus wordt bij het inschakelen van de EasySet kortstondig getoond. De te kiezen modus is afhankelijk van: de tractor met of zonder snelheidssignaal. • de machine met mechanische of hydraulische •...
  • Pagina 79 Bedieningscomputer EasySet Modus instellen EasySet is uitgeschakeld! Weergave modus: indrukken en vasthouden, gelijktijdig indrukken en vasthouden tot weergave type continu verschijnt. Modus (type) instellen. Weergave veranderde modus knippert. → Instelling opslaan. → Modus opgeslagen, EasySet wordt uitgeschakeld. configuratie afbreken zonder opslaan.
  • Pagina 80: Functies

    Bedieningscomputer EasySet Functies Bediening van de schuif Schuif openen/sluiten. De lichtdiode toont de geopende schuif. → De schuif opent tot de ingestelde waarde → voor de strooihoeveelheid. De instelwaarde wordt ook bij gesloten → schuif getoond. Bij het sluiten van de schuif bij ingeschakelde strooischijfaandrijving wordt het strooischijftoerental automatisch verminderd.
  • Pagina 81 Bedieningscomputer EasySet Grotere waarde voor grotere strooihoeveelheid invoeren. Kleinere waarde voor geringere strooihoeveelheid invoeren. Voor kortstondige verhoging van de afgifte Voor een kortstondige verhoging van de afgifte bij bijzondere omstandigheden (bijvoorbeeld extra doseren in de winter op bruggen). → De hoeveelheidsindicatie op het display verandert niet.
  • Pagina 82 Bedieningscomputer EasySet Hydraulische strooischijfaandrijving / strooibreedte-instelling schakelen Hydraulische strooischijfaandrijving: Hydraulische strooibreedte-aandrijving inschakelen (toets 3 seconden ingedrukt houden)/uitschakelen. De lichtdiode geeft de aangedreven → strooischijf aan. → Het ingevoerde strooischijftoerental wordt als waarde (0 tot 10) weergegeven. De waarde voor het strooischijftoerental →...
  • Pagina 83 Bedieningscomputer EasySet Weergave in modus 2,3: Grotere waarde voor grotere werkbreedte invoeren. Hydraulische strooischijfaandrijving: Toerental van de strooischijf verhogen → Mechanische strooischijfaandrijving: Strooischijfbegrenzing verder optillen. → Kleinere waarde voor kleinere werkbreedte invoeren. Hydraulische strooischijfaandrijving: Strooischijftoerental verminderen → Anzeige im Modus 4, 5: Mechanische strooischijfaandrijving: →...
  • Pagina 84: Impulsen Per 100 M Kalibreren

    Bedieningscomputer EasySet Impulsen per 100 m kalibreren De bedieningscomputer heeft de kalibratiewaarde „Impulsen per 100 m“ nodig voor het bepalen van de werkelijke rijsnelheid [km/h]. • de berekening van de snelheidsproportionele schuifstand. • Bereken de kalibratiewaarde „Impulsen per 100 m“ aan de hand van een kalibratierit als de kalibratiewaarde onbekend is.
  • Pagina 85 Bedieningscomputer EasySet Impulsen per 100 meter bepalen Een meettraject van exact 100 m afmeten. 2. Begin- en eindpunt markeren. 3. Beginpunt innemen. gedurende 2 seconden ingedrukt houden. → Weergave 0 impulsen.  5. Rijd het meettraject van exact 100 m af en stop vervolgens.
  • Pagina 86: Doseerschuif Kalibreren

    Bedieningscomputer EasySet Doseerschuif kalibreren EasySet moet onder de volgende omstandigheden worden gekalibreerd: Na werkzaamheden aan de bodemgroep of vervangen van de • doseermotor. • Wanneer de gewenste en werkelijke afgifte niet overeenkomen. Spanning doseerschuif in Volt: EasySet is uitgeschakeld! Gesloten Open indrukken en vasthouden, gelijktijdig...
  • Pagina 87: Naar Fabrieksinstelling Terugzetten (Reset)

    Bedieningscomputer EasySet Naar fabrieksinstelling terugzetten (reset) gelijktijdig indrukken. EasySet uitschakelen. EasySet naar fabrieksinstelling teruggezet. → Na de reset moet EasySet worden gekalibreerd. Aansluiting (1) Aansluitkabel 12 V (2) Aansluitkabel voor het snelheidssignaal Voor de rijsnelheidsafhankelijke regeling van de afgifte (modus 4, 5) moet de aansluitkabel voor het snelheidssignaal (imp/100 m) op de signaalcontactdoos of op een wielsensor worden aangesloten.
  • Pagina 88: Transport

    Transport Transport Raadpleeg bij transportritten het hoofdstuk • "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", blz. 25. • Controleer voor transport of voedingskabels correct zijn aangebracht. ο ο of de verlichting werkt, schadevrij en schoon is; ο het hydraulische systeem op in het oog lopende gebreken; WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, snijden, vastgrijpen, naar binnen trekken en stoten door onbedoeld losgaan van de...
  • Pagina 89 Transport WAARSCHUWING Het zonder toestemming meerijden op de machine kan ertoe leiden dat de machine omkantelt! Het is verboden om personen mee te laten rijden op de machine en/of rijdende machines te betreden. Breng de strooier bij vervoer over de openbare weg slechts zo •...
  • Pagina 90: Werken Met De Machine

    Werken met de machine Werken met de machine Houd u bij het werken met de machine aan de aanwijzingen van hoofdstukken "Waarschuwingsstickers en overige aanduidingen op de • machine" en "Veiligheidsinstructies voor de gebruiker", vanaf blz. 23 • Het opvolgen van deze aanwijzingen is voor uw eigen veiligheid. WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken of ingesloten raken als gevolg van toegankelijk bewegende...
  • Pagina 91 Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen en gevaar voor het wegslingeren van vastgegrepen voorwerpen in de gevarenzone van de aangedreven cardanas! Controleer voor elk gebruik van de machine of de veiligheids- en • beschermingsvoorzieningen van de aandrijfas goed werken en intact zijn.
  • Pagina 92: Strooier Vullen

    Werken met de machine 11.1 Strooier vullen WAARSCHUWING Het negeren van de gebruiksvoorschriften kan leiden tot gevaar als gevolg van breuk, onvoldoende stabiliteit en onvoldoende stuur- en remvermogen van de tractor! Houd rekening met de maximale belading van de aangebouwde/aangekoppelde machine en de toelaatbare asbelasting en oplegdruk van de tractor! Rijd indien nodig met een gedeeltelijk gevulde bak.
  • Pagina 93: Berekening Van De Strooitrajecten

    Werken met de machine • Om vermalen van het strooigoed en de daaruit voortkomende verhoogde slijtage aan het roermechanisme en de zwevende geleidebus in de trechterbodem te voorkomen, de stand van de uitloopopening tenminste zo groot kiezen dat het strooigoed ongehinderd kan uittreden.
  • Pagina 94: Strooien

    Werken met de machine 11.3 Strooien De strooiplaten zijn vervaardigd van bijzonder slijtvast en roestvrij staal. Toch zijn de strooiplaten aan slijtage onderhevig. WAARSCHUWING Gevaar voor het uitwerpen van delen van de strooiplaten, als gevolg van versleten strooiplaten! Controleer dagelijks voor aanvang / aan het einde van de strooiwerkzaamheden alle strooiplaten op zichtbare gebreken.
  • Pagina 95 Werken met de machine WAARSCHUWING Gevaar voor vastgrijpen en opwikkelen bij contact met de aangedreven agitator bij het beklimmen van de machine! Beklim de machine nooit bij draaiende tractormotor. • • Beveilig tractor en machine tegen onbedoeld starten en wegrollen, voordat u de machine beklimt. WAARSCHUWING Gevaar voor naar binnen trekken en ingesloten raken bij aangedreven agitator!
  • Pagina 96: Storingen

    Storingen Storingen WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen • van de machine. onbedoeld starten en wegrollen van de tractor/machine •...
  • Pagina 97: Noodbediening Strooischijfaandrijving Easyset

    Storingen Storing Oorzaak Oplossing De werkbreedte is niet correct Er zijn verkeerde strooiplaten Monteer de correcte strooi- • gemonteerd. platen. Strooibreedtebegrenzing is niet Strooibreedtebegrenzing • correct ingesteld correct instellen. De oliehoeveelheid van de Kies een passend tractorto- • tractor is niet correct. erental.
  • Pagina 98: Reinigen, Service En Onderhoud

    Reinigen, service en onderhoud Reinigen, service en onderhoud WAARSCHUWING Gevaar voor bekneld raken, scharen, snijden, afsnijden, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, vastgrijpen en stoten door onbedoeld zakken van de door de driepuntshydraulica van • de tractor opgeheven machine. onbedoeld zakken van opgeheven, onbeveiligde onderdelen •...
  • Pagina 99: Reinigen

    Reinigen, service en onderhoud 13.1 Reinigen Reinigen met hogedrukreiniger/stoomstraal U dient de volgende aanwijzingen bij het reinigen met een • hogedrukreiniger/stoomstraal beslist op te volgen: ο Reinig geen elektrische onderdelen. ο Reinig geen verchroomde onderdelen. ο Richt de straal van de hogedrukreiniger of stoom-cleaner nooit rechtstreeks op de smeerpunten, lagers, typeplaat, waarschuwingsborden en kleefolie, symbole ostrzegawcze i folie samoprzylepne.
  • Pagina 100: Volledige Reiniging Na Het Seizoen

    Reinigen, service en onderhoud 13.2 Volledige reiniging na het seizoen Na het seizoen moet de machine worden gedemonteerd en gereinigd; gedemonteerde onderdelen moeten afzonderlijk worden gereinigd. Machine demonteren: 1. Verwijder het rooster. 2. Draai het roerwerk linksom en verwijder dit. 3.
  • Pagina 101: Smeervoorschrift

    Reinigen, service en onderhoud 13.3 Smeervoorschrift Smeermiddelen Gebruik voor het smeren een multipurpose vet op basis van verzeept lithium met EP-additieven. Bedrijf Smeermiddelaanduiding Normale Extreme gebruiksomstandigheden gebruiksomstandigheden ARAL Aralub HL 2 Aralub HLP 2 FINA Marson L2 Marson EPL-2 ESSO Beacon 2 Beacon EP 2 SHELL...
  • Pagina 102: Onderhoudsschema - Overzicht

    Reinigen, service en onderhoud 13.4 Onderhoudsschema – overzicht Voer de onderhoudswerkzaamheden uit zodra de eerste termijn • is bereikt. • Tijdsintervallen, draai-uren van de motor of service-intervallen van de eventueel bijgeleverde documenten van derden hebben voorrang. Dagelijks Onderhoudswerkzaamheden Zie blz. Onderdeel Vakwerkplaats •...
  • Pagina 103: Vervangen Van De Strooiplaten En Zwenkvleugels

    Reinigen, service en onderhoud 13.6 Vervangen van de strooiplaten en zwenkvleugels WAARSCHUWING Gevaar voor scharen, snijden, amputatie, vastgrijpen, opwikkelen, naar binnen trekken, ingesloten raken of stoten bij alle afstelwerkzaamheden aan de machine als gevolg van het onbedoeld aanraken van bewegende •...
  • Pagina 104: Hydraulisch Systeem

    Reinigen, service en onderhoud 13.7 Hydraulisch systeem WAARSCHUWING Gevaar voor infectie door onder hoge druk staande hydraulische olie die in het lichaam dringt! Werkzaamheden aan het hydraulische systeem mogen • uitsluitend door een vakwerkplaats worden uitgevoerd! • Laat alle druk uit het hydraulische systeem ontsnappen voordat u met de werkzaamheden aan het hydraulische systeem begint! Spoor lekkages altijd op met daartoe geschikte hulpmiddelen! •...
  • Pagina 105: Codering Van De Hydraulische Slangen

    Vervang beschadigde en verouderde hydraulische slangen! • Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Gebruik hydraulische slangen niet langer dan zes jaar. Dat is inclusief een eventuele opslagtijd van maximaal twee jaar. Ook...
  • Pagina 106: Service-Intervallen

    Reinigen, service en onderhoud 13.7.2 Service-intervallen Na de eerste 10 bedrijfsuren en daarna om de 50 bedrijfsuren 1. Controleer alle componenten van het hydraulische systeem op lekkage. 2. Trek schroefverbindingen eventueel na. Voor elke inbedrijfstelling 1. Controleer de hydraulische slangen op zichtbare gebreken. 2.
  • Pagina 107: In- En Uitbouwen Van Hydraulische Slangen

    13.7.4 In- en uitbouwen van hydraulische slangen Neem bij het in- en uitbouwen van hydraulische slangen de volgende aanwijzingen in acht: Gebruik alleen originele hydraulische slangen van AMAZONE! • Zorg voor een schone werkplek. • U dient de hydraulische slangen zodanig in te bouwen dat er •...
  • Pagina 108: Top- En Trekstangpennen Inspecteren

    Reinigen, service en onderhoud 13.8 Top- en trekstangpennen inspecteren GEVAAR! Risico's voor beknelling, vastgrijpen en schokken als de machi- ne onbedoeld loskomt van de tractor! Vervang met het oog op de verkeersveiligheid beschadigde top- en trekstangpennen onmiddellijk. Inspectiecriteria voor topstangpennen en trekstangpennen: •...
  • Pagina 109: Aanhaalkoppels Schroeven

    Reinigen, service en onderhoud 13.9 Aanhaalkoppels schroeven 10.9 12.9 M 8x1 M 10 16 (17) M 10x1 M 12 18 (19) M 12x1,5 M 14 M 14x1,5 M 16 M 16x1,5 M 18 M 18x1,5 M 20 M 20x1,5 M 22 M 22x1,5 1050 M 24...
  • Pagina 110: Strooitabellen Voor Strooizout (Los Stortgewicht: 1,29 Kg/L)

    Strooitabellen voor strooizout (los stortgewicht: 1,29 kg/l) Strooitabellen voor strooizout (los stortgewicht: 1,29 kg/l) Mechanische strooischijfaandrijving: • Vereist aftakastoerental: 540 min Uitzondering: gereduceerd toerental aftakas nodig. Afstand van de strooischijf tot de grond: 60 cm • De tabelwaarden voor de afgifte zijn aangegeven in g/m². •...
  • Pagina 111: Strooitabel Snelheidsafhankelijk

    14.2 Strooitabel snelheidsafhankelijk Niet voor E+S met EasySet! → Strooischoep kort (110 mm) Strooischoep lang (170 mm) Strooibreed Strooibreed Werkbree tebegrenzin Strooischijf Werkbree tebegrenzin Strooischijft toerental Afgiftepunt oerental Afgiftepunt Benodigde schuifstand Schuiverpositie Schuiverpositie km/h km/h E+S BAG0163.7 01.23...

Deze handleiding is ook geschikt voor:

E+s 751E+s h 301E+s h 751

Inhoudsopgave