Voorste hefarmen monteren
1. Verwijder de 2 tapbouten waarmee het verbindingsstuk
van de taatsassen van de hefarmen is bevestigd aan de
taatsassen. Verwijder en bewaar het verbindingsstuk van
de taatsassen en de tapbouten (Fig. 12).
2
Figuur 12
1. Verbindingsstuk van
taatsassen van hefarm
2. Steek een draaistang in de linker en rechter hefarm en
houd deze recht tegenover de montagegaten (Fig. 13).
Figuur 13
1. Hefarm
3. Zet de draaistangen vast aan de hefarmen met een
tapbout van 5/16 18 x 7/8 inch.
4. Plaats beide hefarmen op de taatsassen van de hefarmen.
Zet het verbindingsstuk van de taatsassen van de hefarmen
vast met de tapbouten die u eerder hebt verwijderd. Draai
de tapbouten vast met een torsie van 95 Nm.
5. Verwijder de achterste borgveren waarmee de montage-
pennen zijn bevestigd aan beide uiteinden van de
hefcilinder.
1
2. Taatsas van hefarm
1
2
2. Draaistang
18
1
4
6
5
Figuur 14
1. Hefarm (rechts)
2. Hefarm (links)
3. Borgring
6. Zet het rechter uiteinde van de hefcilinder vast aan de
rechter hefarm met een pen en twee afstandsstukken.
Vastzetten met een borgveer.
2
3
1
Figuur 15
1. Hefcilinder
2. Slangen
7. Zet het linker uiteinde van de hefcilinder vast aan de
linker hefarm met een pen. Vastzetten met een borgveer.
Opmerking: Als de hefarmen volledig zijn opgeheven,
moet u de slangen laten lopen zoals wordt aangegeven in
Figuur 18, waarbij de afstand tussen de slangen en de
hefarmen ongeveer 1–3 mm moet bedragen.
3
2
4
4. Montagepen
5. Hefcilinder
6. Afstandsstuk (2)
3. Afstand op dit punt