Bediening
Foutmelding
Boodschap onderhoud
Schoorsteenveger-
functie
14
Verlaagde omgevingstemperatuur
De gewenste verlaagde omgevingstemperatuur wordt op de vol-
gende wijze ingesteld:
– De valideertoets (OK) indrukken
– De verwarmingskring kiezen
– Parameter Gew wrde gereduceerd kiezen
– Met de draaiknop de gewenste verlaagde omgevingstempera-
tuur instellen
– Opnieuw de valideertoets (OK) indrukken
Door de modustoets "Werking verwarming" in te drukken, is het
mogelijk opnieuw toegang te krijgen tot de basisweergave vanaf
het programmeer- of info niveau.
Info aflezing
Door de infotoets in te drukken kan men de verschillende tempe-
raturen en berichten raadplegen, o.a.:
• Omgeving- en buitentemperatuur
• Fout- of onderhoudcodes
Indien er geen storing geweest is en, bij afwezigheid van een on-
derhoudsvraag, verschijnen deze informaties niet op het display.
Indien het storingsymbool
dit dat er ergens een storing in de installatie is.
Door op de infotoets te drukken kan men nadere informatie betref-
fende de storing opvragen (zie tabel met de foutcodes).
Indien het onderhoudsymbool
een onderhoudsbericht of de installatie bevindt zich in een specia-
le modus.
Door op de infotoets te drukken kan men nadere informatie betref-
fende de onderhoudsvraag bekomen (zie tabel Onderhoudscodes).
In de fabrieksinstelling is de onderhoudsvraag niet actief.
Met de schoorsteenvegertoets
tie geactiveerd resp. gedeactiveerd. De geactiveerde speciale
functie wordt door het symbool
Fabrieksinstellingen herstellen
De fabrieksinstellingen worden als volgt hersteld:
– Op het instelniveau Vakman het prog.-nr. 31 oproepen
– Instelling op Ja wijyigen en wachten totdat de instelling weer
naar Nee gaat
– Menu door te drukken op de toets ESC verlaten
Informatie voor het wijzigen van parameters krijgt u in de para-
graaf Programmering.
op het display verschijnt, betekent
, op het display verschijnt is er
wordt de schoorsteenvegerfunc-
in het display weergegeven.
AUGUST BRÖTJE GmbH