FUNCTIES VOOR HET OPNEMEN
42
NE
Iris-vergrendeling
Net als de pupil van het menselijk oog trekt de iris
samen in goed verlichte omstandigheden, houdt
een teveel aan licht tegen en ontspant in
donkere omstandigheden zodat meer licht kan
worden toegelaten.
Gebruik deze functie in de volgende situaties:
● Wanneer u opnamen maakt van een bewegend
onderwerp.
● Wanneer de afstand tot het onderwerp verandert
(en dus de afmeting op het LCD-scherm
verandert), bijvoorbeeld wanneer het onderwerp
achteruit loopt.
● Wanneer u opnamen maakt tegen een
reflecterende natuurlijke achtergrond, zoals aan
het strand of tijdens het skiën.
● Wanneer u opnamen maakt van onderwerpen
onder spotlight.
● Bij het gebruik van de zoom-functie.
1
Zet de Aan/Uit-schakelaar op "M".
2
Druk op EXPOSURE.
● De indicator voor de belichtingsregeling verschijnt.
3
Stel de zoom-functie zo in dat het onderwerp
het LCD-scherm vult en houd vervolgens SET
op de schijf voor het scherpstellen met de hand
langer dan 2 seconden ingedrukt. De indicator
voor de belichtingregeling en de aanduiding " "
verschijnen in het scherm.
4
Druk op SET op de schijf voor het
scherpstellen met de hand. De aanduiding "
verandert in "
" en de iris is vergrendeld.
Terug naar automatische irisregeling
Druk tweemaal op EXPOSURE. Of, zet de Aan/
Uit-schakelaar op "A".
● De indicator voor de belichtingregeling "
verdwijnen van het scherm.
De belichtingregeling en de iris vergrendelen
Pas na stap 2 de belichting aan door de schijf
voor het scherpstellen met de hand te draaien.
Vergrendel vervolgens de iris in de stappen 3 en
4. Druk voor een automatische vergrendeling
tweemaal op EXPOSURE in stap 2. De belichting
en de iris worden automatisch geregeld.
Tegenlichtcompensatie
Tegenlichtcompensatie maakt het onderwerp
snel helderder.
Met een eenvoudige handeling kunt u de
belichting laten toenemen zodat donkere
gedeeltes van het onderwerp helderder worden.
1
Zet de Aan/Uit-schakelaar op "M".
2
Druk op BACKLIGHT (8) en de indicator
tegenlichtcompensatie"
Tegenlichtcompensatie uitschakelen
Druk tweemaal op BACKLIGHT (8) zodat de
indicator "
OPMERKING:
Door het gebruik van tegenlichtcompensatie kan het
licht rond het onderwerp te fel worden en het
onderwerp zelf wit.
Spotbelichtingsregeling
Door een gebied voor spotmeting te selecteren
kunt u nauwkeuriger de belichtingscompensatie
regelen. U kunt op het LCD-scherm kiezen uit
drie meetgebieden.
1
Zet de Aan/Uit-schakelaar op "M".
2
Druk tweemaal op BACKLIGHT (8) en de
indicator spotbelichtingsregeling "
● Er verschijnt een kader voor een
spotmetingsgebied in het centrum van het
LCD-scherm.
3
Selecteer het gewenste spotmetingsgebied
door op 3 of op 5 te drukken.
4
Druk op SET.
● Spotbelichtingregeling is ingeschakeld.
● De belichting wordt aangepast voor de meest
geschikte helderheid van het geselecteerde
"
gebied.
De iris vergrendelen
Na stap 3 houdt u SET langer dan 2 seconden
ingedrukt. De aanduiding "
"
iris is vergrendeld.
Spotbelichtingsregeling uitschakelen
Druk eenmaal op BACKLIGHT (8) zodat de
indicator "
OPMERKINGEN:
● U kunt de spotbelichtingsregeling niet gebruiken
in combinatie met de volgende functies.
• "BEELDEN LOS" in het menu "EFFECT"
(
blz. 45)
• Digitale zoom (
• Belichtingsregeling met de hand
● Afhankelijk van de locatie en de condities van de
opnamen kan het optimaal haalbare resultaat wat
tegenvallen.
" verschijnt.
" verdwijnt.
" verschijnt en de
" verdwijnt.
blz. 19)
" verschijnt.