Download Print deze pagina

Stoll ProfiLine FS Series Gebruiksaanwijzing pagina 62

Advertenties

5.5
Frontlader uitlijnen voor de montage
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsels en ongevallen door incorrecte frontlader-vergrendeling!
Indien de frontlader-vergrendeling niet correct ingesteld is, kan de frontlader uit het opneempunt glijden
en daarbij ongevallen veroorzaken en personen verwonden.
 Voor een correcte instelling van de frontlader-vergrendeling zorgen.
AANWIJZING
Materiële schade door abrupte bediening!
De frontlader en de opneempunten kunnen bij het uitlijnen door abrupte bewegingen beschadigd
worden.
 Voor de montage van de frontlader de soepele bediening van de bedieningshendel controleren.
 Zorg voor een voorzichtige bediening van de tractor en de frontlader.
Als de frontlader voor het eerst wordt gemonteerd of daarvoor op een ander tractor werd gebruikt,
kunnen de frontlader-poten te hoog of te laag staan voor de montage. In dit geval moet de frontlader
voor de montage worden uitgelijnd.
Frontlader uitlijnen en monteren:
(1) Frontlader-vergrendeling losmaken.
 Beide vergrendelingshendels omhoog bewegen.
(2) Tractor langzaam centraal in de arm rijden.
 Tractor vooruit rijden tot de opneempunten zo dicht mogelijk bij de frontlader-poten liggen.
(3) Tractor uitschakelen.
 Trek de parkeerrem aan.
 Zet de motor af.
 Hydraulica drukloos schakelen (zie 6.1 Bedieningselementen).
(4) Hydraulische leidingen aansluiten.
(5) Elektrokabels aansluiten.
(6) Tractor starten.
(7) Frontlader-poten uitlijnen.
 Optillen-, neerlaten-, storten- en scheppen-functies gebruiken tot de frontlader-poten de juiste
hoogte bereikt hebben.
(8) Tractor vooruit rijden, tot aan beide zijden de bovenste frontladerpennen de glijrails en de
vanghaken raken.
 De frontlader is uitgelijnd voor de montage aan de tractor.
(9) Optillen-functie gebruiken tot de frontladerpennen in de vanghaken liggen.
(10) Frontlader-vergrendeling sluiten.
 Optillen-functie gebruiken tot de frontlader zich net boven de bodem bevindt.
 Trek de parkeerrem aan.
 Zet de motor af.
 Sla beide vergrendelingshendels om naar beneden.
 Frontlader-vergrendeling controleren en eventueel instellen (zie 5.6 Frontlader-vergrendeling
instellen).
(11) Parkeersteunen inklappen.
 Beide parkeersteunen inklappen (zie 6.2 Parkeersteunen bedienen).
 De frontlader is gemonteerd en klaar voor gebruik.
61
INGEBRUIKNAME
B58FZS 0000000078 NL 007

Advertenties

loading