Inbedrijfstelling en voorbereiding voor het meten
Netwerkconfiguratie
74
VOORZICHTIG
Neem het nominale vermogensverbruik van de modules en de eventueel op
een module aangesloten apparaten in acht.Breng, indien nodig, een extra
voedingsmodule aan.Zie "Modulespecificaties", Bladzijde 158.
Schakel de voeding in.
De voedings-LED's op alle modules moeten ononderbroken groen branden.
Netwerk-LED's knipperen eerst vijf keer per seconde groen wanneer wordt gewacht
op DHCP-toewijzing van een IP-adres.
Wacht tot de netwerk-LED op alle modules twee keer per seconde groen knippert.
Voer een broadcast uit, zie "Aansluiting", Bladzijde 67.
Klik op de knop «OK» in het dialoogvenster wanneer wordt gevraagd om te
schakelen naar statische adressering.
Schakel de voeding uit.
Installeer maximaal nog eens tien modules in de moduleketen.
Schakel de voeding in.
Wacht tot de netwerk-LED op alle modules twee keer per seconde groen knippert.
Voer een broadcast uit.
Klik op de knop «OK» in het dialoogvenster wanneer wordt gevraagd om te
schakelen naar statische adressering.
Schakel de voeding nogmaals uit, installeer maximaal tien modules, schakel de
voeding in, broadcasting, en schakel om naar statische adressering tot alle modules
in de moduleketen een uniek IP-adres hebben.
Bedieningsinstructies