1.2 TECHNISCHE GEGEVENS
Gewicht (incl. bekleding van de verbrandingskamer)
Nominaal vermogen met NSHF*
Gemiddelde verwarmingsgastemperatuur bij de aansluiting:
Gemiddelde rookgastemperatuur na NSHF
Benodigde min. opvoerdruk **
Rookgasdebiet
Houtopleghoeveelheid NWL/maximaal
Voor andere vulvolumes
max. opleghoeveelheid
Tripelwaarde voor 8 kg/60 min
Gemiddelde rookgastemperatuur bij de aansluiting:
Rookgasdebiet
Gemiddelde rookgastemperatuur bij de aansluiting na NSHF
Tussen de tripelwaarden na de keuring (2,7 kg) en de max. vulhoeveelheid van 7 kg kan worden
geïnterpoleerd. De bepaling van de lengte dient te gebeuren door de installateur op basis van de
omstandigheden, de materialen en de uitvoering. Een beoordeling kan een treklengte van 50-80 K/m
opleveren. d.w.z. 590 °C - 180 °C = 410 K / 60 K = 6,8 m
* De aangegeven waarden zijn gemiddelden bij een verbranding. Deze
waarden zijn gemeten onder proefomstandigheden bij een nominaal ver-
warmingsvermogen, wanneer in 70 min een hoeveelheid hout van ca.
2,7 kg in de vorm van droge blokken beukenhout wordt verbrandt, en
de metalen naverwarmingskast (naverwarmingsaggregaat) van de firma
Spartherm is geïnstalleerd.
** Druk in de aansluiting van de inbouwhaard. Verhoogde opvoerdrukken
kunnen met geschikte maatregelen, bijv. door een extra luchtinrichting of
een smoorklep worden gereduceerd tot minder dan 25 Pa.
Noodzakelijke minimale isolatie (Silca 250 KM)
Renova B
Aanbouwwand (zijdelings/achter)
142
kg
Plafond
8,8
kW
Plaatsingsvloer (alleen onder de metalen naverwarmingskast)
357
°C
Vereiste minimale afstanden tot de verbrandingskamer/onderdelen
208
°C
Convectieruimte afstand (zijdelings / achter)
12
Pa
Afstand tot plaatsingsvloer
9,4
g/s
Naverwarmingsplaat tot verbrandingskamerwand
2,7
kg/70 min
Verbindingskanaal naar plafond van verwarmingskamer
Minimumafstand in het stralingsbereik van de ruit
7
kg/60 min
brandbare onderdelen
15
Pa
Brandbare onderdelen achter stralingsbescherming
590
°C
Bereik van niet brandbare vloerbedekking naar voren
25
g/s
Bereik van niet brandbare vloerbedekking naar opzij
316
°C
Stralingsbeschermingsplaat
Tussen de inzethaard en de verwarmingskamerwand moet een stralingsbeschermingsplaat worden voor-
zien op de diepte van de inbouwhaard 1,0 m x 1,0 m, 25 cm over de bovenrand van de installatiebodem.
Als alternatief kan de afstand tussen het verwarmingstoestel en de verbrandingskamerwand tot 130 mm
worden verhoogd of kan de isolatiesterkte tot 120 mm worden verhoogd. Bij gebruik van de metalen
naverwarmingskast (naverwarmingsaggregaat) moet onder het grondvlak daarvan een stralingsbescher-
mingsplaat, of een 20 mm sterke isolatie worden voorzien
De isolatiesterkten worden bepaald conform DIN EN 13229 met geopende
luchtroosters in de verwarmingskamer. Indien een gesloten verwarmingska-
mer moet worden opgesteld, moeten de isolatiesterkten worden verhoogd
via een detectiemethode. Bij gebruik van de gekeurde buitenstookinrichting
moet deze zijn omgeven door 100 mm geschikte brandwerende isolatie (zie
materiaalvoorschriften minimale isolatiesterkte) ten opzichte van andere
componenten.
NL 5
mm
100
mm
160
mm
20
mm
100
mm
140
mm
100
mm
200
mm
800
mm
400
mm
500
mm
300
NL